Uit:
Ravage #2 van 2 februari 2001
Stille
momenten van wanhoop
'Code
Inconnu' van de Oostenrijker Michael Haneke lijkt op het eerste
gezicht een puzzeltocht van een eigenzinnig regisseur, het is ook
een intrigerende film van een beroepsprovocateur. Want met het in
Parijs gesitueerde drama heeft hij alweer een indringende en politiek
geladen donderpreek over onze samenleving gemaakt, dit keer met
een multiculturele kleur.
De
sleutelscène aan het begin van Code Inconnu waarin een witte
jongen een prop papier naar een Roemeense bedelaarster gooit waarmee
hij de drift van een zwarte jongen opwekt, is de knuppel in het
hoenderhok. Er ontstaat een vechtpartij. De zwarte jongen wordt
in de boeien geslagen en afgevoerd naar het politiebureau, de Roemeense
wordt het land uitgezet.
De
film gaat over de onzichtbare muren die tussen de verschillende
bevolkingsgroepen staan en over het sluimerende geweld dat elk moment
kan exploderen. De andere sleutelscène is die waarin hoofdpersoon
Anna (Juliette Binoche) getreiterd en bespuwd wordt door een Arabische
jongen in de metro. De films van Haneke bevatten vaak shockerende
momenten van geweld. Toch zijn het juist de ingehouden stille momenten
van wanhoop in zijn films die doel treffen, daar is geen bloed voor
nodig. Deze scène schokt omdat het onomwonden laat zien hoe
alledaags geweld in elkaar steekt.
Daarenboven
zet Haneke met zijn fragmentarische vertelstijl - de film is een
aaneenschakeling van losse episodes - de kijker voortdurend op het
verkeerde been. Wat zijn personages zoals Anna de actrice, haar
vriend de oorlogsfotograaf, de Roemeense vluchtelinge en de zwarte
Senegalese jongen verbindt, is dat ze zwelgen in een poel van frustratie
en existentiële angst.
Dergelijke
thematiek keert steeds weer terug in Haneke's oeuvre. Der Siebente
Kontinent (1989) gaat over neurotische ouders die zich opsluiten,
hun dochter vergiftigen en zelfmoord plegen. Benny's Video (1992)
handelt over een tiener die opgesloten raakt in zijn videowereld
en zijn vriendinnetje vermoordt. In 71 Fragmente einer Chronologie
des Zufalls (1994) schiet een universiteitsstudent willekeurig mensen
neer. Funny Games (1997) toont hoe twee psychopaten een familie
gijzelen, kwellen en afslachten. Het is een uitzonderlijk onaangename
verhandeling over de banaliteit van het kwaad. In tegenstelling
tot zijn andere films geeft Funny Games geen uitsluitsel over waarom
deze psychopaten zo handelen, daarom is het zo'n verontrustende
film.
Eigenzinnig
Haneke
wilde een film maken over de hedendaagse migratiestroom die altijd
een economische achtergrond heeft; de kloof tussen rijk en arm.
Vanuit het knusse Oostenrijk streek hij dus neer in het multiculturele
Parijs om er een bikkelharde film over de cultuur van het elkaar
negeren te maken. Hij spaart niemand in Code Inconnu. Allochtone
jongeren kunnen derhalve sadistische kwelgeesten zijn evenals die
autochtone kwelgeest aan het begin van de film. Politiek correct
zijn Haneke's films nooit.
Hardnekkig
weigert hij trouwens in te gaan op mogelijke politieke aspecten
van zijn films. Volgens Haneke kan zijn nieuwe film niet vastgepind
worden op thema's, zoals de multiculturele spraakverwarringen, de
onmogelijkheid te communiceren, de kille consumptiemaatschappij
en rassenhaat. Toch maakt Code Inconnu meer duidelijk over het zogenaamde
multiculturele drama dan een stapel krantenartikelen. Haneke beschouwt
zijn film vooral als een relativering van het conventionele realisme.
Hardhandig en eigenzinnig weigert hij te conformeren aan het realisme
van Hollywood en zijn imitatoren.
Hoe
dan ook, Haneke is een uitzonderlijke chroniqueur van de hedendaagse
samenleving.
Ulrik
van Tongeren
|