Uit: Ravage #6 van 30 april 2004

Benetton doet aan landroof

Een verbijsterend gevoel van vrijheid

Patagonië kent een lange geschiedenis van onderdrukking en landroof. Het bedrijf achter de huidige nieuwe ronde van onteigening staat gek genoeg vooral bekend om haar belangstelling voor nobele zaken.

Patagonië ligt in het uiterste zuiden van Argentinië. Het gebied kent elk denkbaar klimaat en landschap, van turkooisblauwe rivieren en meren tot woestijn en gletsjers. Aan de voet van de Cordillera, de met smetteloze sneeuw bedekte bergketen van de zuidelijke Andes die Argentinië en Chili scheidt, ligt de uitgestrekte en vruchtbare vlakte van de pampa's, waarop schapen en runderen grazen.

In deze streek wonen de Mapuches, ook wel de Gente de la Tierre (Mensen van de Aarde) genoemd. Deze inheemse bevolking leefde zo'n 10.000 jaar aan beide zijden van de bergen zonder zich te hoeven bekommeren om haar nationaliteit.

Landroof

De afgelopen vijfhonderd jaar hebben de Mapuches voortdurend invasies, pogingen tot uitroeiing en landroof weerstaan. In 1879 werden meer dan 1300 Mapuches vermoord en werd hun land in een uitroeiingsoorlog, de Conquista del Desierto (Verovering van de Woestijn), geconfisceerd ten behoeve van de Engelse immigranten.

Gedurende deze campagne deelde de Argentijnse staat het grootste deel van het gestolen land op in kavels van 8000 vierkante kilometer en schonk meer dan 41 miljoen vierkante kilometer aan minder dan 2000 kolonisten.

In de daarop volgende jaren werd Patagonië een privé-domein voor buitenlandse en Argentijnse landeigenaren. De gedecimeerde Mapuches waren veroordeeld te leven op de armste grond en vluchtten naar de koudste en minst gastvrije gebieden langs de bergketen.

Vandaag de dag worden de Mapuches geconfronteerd met een nieuwe verovering nu rijke Europeanen en Noord-Amerikanen arriveren om profijt te trekken van de lage grondprijzen en van de open economie, die in de jaren negentig onder het gobaliseringsgezinde presidentschap van Carlos Menem tot stand kwam. De laatste jaren zijn figuren als Ted Turner, Jerry Lewis, Sylvester Stallone, Christophe Lambert en George Soros de nieuwe landheren van Patagonië geworden.

Deze instroom van beroemdheden en zakenmagnaten leidt tot een neo-koloniale landroof waarbij zelfs het kleine territorium dat nog in handen was van de Mapuches hen wordt ontnomen. ,,Ze hebben alles omheind wat ze hebben wilden'', vertelt de Mapuche-boer Rogelio Fermín over de meest recente afzettingen. ,,Was het een mooie vallei dan eigenden ze zich deze om die reden toe, waren het mooie pampa's, dan pikten zij ze in. Ze lieten ons op de stenen, de slechtste gronden, achter.''

Vrijheid

Onder de nieuwe eigenaren van Patagonië vallen twee broers het meeste op. Zowel vanwege de hoeveelheid grond die ze hebben weten te kopen als vanwege de overeenkomst die ze hebben gesloten met de omwonende Mapuche families. Deze twee broers zijn Carlo en Luciano Benetton.

De Benetton groep is met 900.000 hectare grond (een gebied zo groot als 1.800.000 voetbalvelden) in het aan hulpbronnen rijke Patagonië momenteel de grootste landeigenaar van Argentinië. Hun grondbezit beslaat 40 maal het oppervlak van de hoofdstad Buenos Aires, de tweede grootste stad van Latijns Amerika.

Benetton bezit kledingwinkels in 120 landen. Met 7.000 verkooppunten en productiecijfers van 100 miljoen artikelen per jaar bedragen de gemiddelde jaarinkomsten van Benetton 7 miljard euro. ,,Patagonië geeft me een verbijsterend gevoel van vrijheid'', zei Carlo Benetton nadat hij bezit nam van zijn Argentijnse territorium.

Maar de gebroeders Benetton ontvangen ook inkomsten uit hun landerijen. De 280.000 schapen produceren 6.000 ton wol per jaar, tien procent van hun productiebehoefte. In 1991 kocht Benetton voor het totaalbedrag van 50 miljoen dollar het Britse Compañía Tierras del Sur Argentina S.A. uit, door de lokale bevolking eenvoudigweg 'La Compañía' genoemd.

Hongerloon

In ruil voor land dat 13.000 jaar door de Mapuches werd bewoond, bouwde Benetton in 1992 het Leleque Museum, om 'verslag te doen van de geschiedenis en de cultuur van een mythisch land'.

Zevenhonderd meter verwijderd van het Leleque Museum wonen de Curiñancos, een Mapuche familie die de pech had zich aan de verkeerde kant van Benetton's 'verbijsterende gevoel van vrijheid' te bevinden. Na de onteigening van hun land in de negentiende eeuw trokken veel Mapuches naar de steden, waar ze fabrieksarbeider werden. Enkelen bleven achter en voorzagen als boer in hun eigen levensonderhoud. Vandaag de dag werken sommige Mapuche boeren onder Benetton tegen een hongerloontje in de wolproductie.

Zoals zoveel Mapuches maakte Curiñanco de reis naar de stad. Geboren en getogen in Leleque, verhuisde hij later naar het nabijgelegen Esquel. Na in december 2001 aan den lijve de ellende van Argentinië's economische crisis te hebben ondervonden, besloten de 52-jarige Atilio en zijn vrouw Rosa terug te gaan naar hun land. Zij wilden proberen hun eigen voedsel te verbouwen, vee te fokken en een klein bedrijf te starten.

De Curiñanco's namen contact op met het Instituto Autárquico de Colonizacián (IAC), een onroerend goedkantoor van de overheid, om toestemming te vragen een stuk bouwland in gebruik te mogen nemen. Dit stuk land, Santa Rosa geheten, ligt tegenover het land van Benetton. Het was de Mapuches algemeen bekend dat het om niet bezet inheems grondgebied ging en het IAC bevestigde dat mondeling.

Ontmanteld

Na acht maanden hadden de Curiñancos echter nog geen schriftelijk antwoord over het eigendom van de Santa Rosa ontvangen. Toen het IAC in augustus 2002 eindelijk bericht stuurde aan de familie dat 'informatie was verkregen die ons ertoe brengt aan te nemen dat het perceel een bedrijfsbestemming heeft' en dat het 'ons belang is het te bestemmen voor een kleinbedrijf', besloten de Curiñancos hun plan door te zetten.

Op 23 augustus 2002 presenteerden ze zich in Chubut op het bureau van de politie van Esquel om te melden dat zij bezit zouden nemen van de Santa Rosa. Diezelfde middag begon een groep landarbeiders het land met de weinige middelen die ze hadden om te ploegen, te bezaaien en lieten er hun dieren grazen.

Een week later meldde het plaatselijke kantoor van Benetton echter dat de Santa Rosa eigendom was van hun bedrijf. Benetton bracht een rapport uit waarin beweerd werd dat de grond niet gebruikt mocht worden om vee te fokken en gaf te kennen het voornemen te hebben de zeggenschap over het perceel te gaan uitoefenen.

Na twee maanden ontmantelde de politie te nederzetting en legde beslag op de eigendommen van de Curiñancos. De familie keerde noodgedwongen terug naar Esquel. Tot op de dag van vandaag gebeurt er niets op de grond rondom de bezittingen van de Benettons.

,,Wij gingen naar het land zonder iemand kwaad te doen'', zegt Atilio. ,,We hebben geen afrastering doorgeknipt, wij zijn niet in de nacht gegaan, we hebben ons niet verstopt. We hebben afgewacht of er iemand ons kwam zeggen dat ze er problemen mee hadden, om ons documenten voor te leggen waaruit bleek dat het land van iemand was. Maar er kwam niemand.''

Onrechtmatig

Volgens de advocaat van Benetton, Martin Iturburu Moneff, ontbeerde de handelswijze van de Curiñancos iedere wettelijke basis. ,,Suggereren dat teruggave van onrechtmatig verkregen land de waardigheid zou herstellen van een familie die probeert te overleven, zou de mensen alleen maar op het verkeerde been zetten. Dat verdraait de zaken'', zegt advocaat Moneff.

Weken later verklaarde hij aan de pers dat de relatie tussen de Compañia en de Mapuches uitstekend zou zijn. ,,Dit is de eerste keer dat we een probleem over het land hebben gehad.'' De Curiñancos lieten weten dat zij terug zouden keren naar het land dat van hen was afgenomen. Zij weigerden aan te nemen dat de Benettons de geschiedenis opnieuw zouden schrijven.

Op 26 november 2002, meer dan een jaar na de uitzetting en na een intensieve campagne van de Curiñanco-familie, hadden zij een ontmoeting met de vice-president van La Compañía. Deze zei dat hij de Benettons zou voorstellen de aanklachten tegen hen te laten vallen. In ruil daarvoor zouden ze hun pogingen het land terug te krijgen moeten staken. Overtuigd van hun gelijk antwoordden de Curiñancos afwijzend: ,,Zelfs als moeten we ervoor naar Italië, we zullen doorgaan te vechten voor ons land.''

Leleque

Aan de andere kant van de stoffige snelweg, tegenover het land van de Santa Rosa, moet Doña Calendaria, de 85 jaar oude moeder van Atilio, over de afrastering van het landgoed van de Benettons klimmen om bij het water te komen van het enige riviertje in de omgeving. ,,De weg naar de rivier de Chubut is een lokale weg die niet afgesloten zou moeten zijn'', zegt Laura, een buurtbewoonster die al veertig jaar in de streek woont.

Ze beschrijft hoe de streek veranderde sinds de Benettons het land in 1991 kochten. ,,Ze hebben drie hekken met sloten geplaatst en je moet hen toestemming vragen om erdoor te mogen. Je kan alleen maar gaan vissen als je toestemming hebt, want je mag er niet zomaar in. Aan het andere einde van het landgoed wonen een paar families, maar die kunnen er niet uit via het grondgebied van de Benettons. Ze moeten er omheen, een tocht van 90 kilometer.''

Leleque is een dorp van achttien families, voornamelijk Mapuches. Voorheen werkten ze voor de Argentijnse spoorwegen als laders van wol, leer en andere goederen die naar de hoofdstad werden vervoerd. In 1992, een jaar nadat Benetton het omringende land had gekocht, werd het laadstation van Leleque gesloten.

,,Dit was vroeger een heel mooi stadje, maar nu lijkt het meer op een kerkhof'', zegt de buurvrouw van Doña Calendaria, Pichón Llancaqueo. Toen het laadstation werd opgeheven, werd het stromend water voor de families afgesneden en stopte de politie haar dienstverlening in de streek. Het plaatselijke kerkhof behoort nu tot het landgoed van de Benettons, in de tuin van het Leleque Museum. Zonder werk, drinkwater en land om hun voedsel te verbouwen hebben de bewoners van Leleque alleen nog hun dieren om te overleven.

Toeristentrein

In september 2003 nam de overheid een resolutie aan waarbij het de dorpsbewoners verboden werd dieren te houden. In dezelfde maand ontvingen de vijftig bewoners van Leleque de aanzegging van de spoorwegen, die eigendom zijn van de staat, dat ze drie maanden de tijd kregen om hun dorp te verlaten. Ze moesten plaats maken voor een toeristische attractie.

Dit project, dat de steun heeft van de provincie Chubut, bevat onder andere het opnieuw in gebruik nemen van de spoorweg voor een begeleide rondreis door Patagonië. Hoewel provinciale autoriteiten ontkennen dat het project verband houdt met Benetton zal een van de belangrijkste onderdelen van de tour een tocht zijn door het schilderachtige landschap dat nu in hun bezit is.

'Een tocht door de oorsprong van de streek, beginnend bij El Maiten en dan richting Leleque. Daar zult u het Leleque Museum bezoeken waar u kunt genieten van een Patagonisch asado (Argentijnse barbecue), en de farm van de Benettons', luidt de officiële omschrijving van het project. Om plaats te maken voor al dit authentieks zal ook de school voor de achttien leerlingen van Leleque gesloten worden.

Terwijl de staat herhuisvesting voor de uitgezette bewoners belooft, presenteert Miguel Mateo, de woordvoerder van de provinciale spoorwegen van Chubut, het hele proces als een eenvoudige herschikking. ,,Ik houd niet van het woord uitzetting, dat houdt in dat mensen op straat gegooid worden.'' Maar afgaand op de staat van dienst van de provincie is zelfs dat niet gegarandeerd.

Niet overtuigd door de retoriek hebben de bewoners van Leleque zich georganiseerd. Ze wijzen erop dat eerder afgesproken is dat andere lokale gemeenschappen in het territorium van de Mapuches, zoals de mensen van Nahuelpan, op hun land mochten blijven en opgenomen zouden worden de toeristische trekpleisters die gebruik maken van hun spoorwegstation. ,,Het verschil is'', zeggen zij, ,,dat die andere stations niet omringd zijn door het grondgebied van de Benettons.''

Sebastian Hacher

Dit artikel verscheen eerder in Metamute, vertaling Peter Gelauff, Noticias.

Wereldwijde actiedag

Op 7 mei begint de rechtszaak van Benetton tegen de Mapuche familie Curiñancos die weigert om van het eigen land te vertrekken. Reden voor een oproep tot een wereldwijde actiedag.

Benetton ontleent zijn macht grotendeels aan zijn internationale advertentiecampagne die het bedrijf op een of andere manier een progressief imago heeft gegeven. Er is niets progressiefs aan Benetton, het is een agressieve multinational die probeert zoveel mogelijk winst te maken.

Solidariteit is hard nodig. Een goede manier waarop mensen over de hele wereld actief kunnen worden, is door gebruik te maken van de advertenties van het bedrijf zelf. Benetton is op veel plaatsen aanwezig: op reclameborden, in de metro of op de bushokjes. Het bedrijf telt zo'n 5000 verkooppunten (zie: http://www.benetton.com/storelocator/storelocator.jsp). Dat zijn de plekken waar het ware gezicht van Benetton onthuld kan worden.

We willen een ieder die geen zin heeft om dit geval van business as usual te accepteren, oproepen om iets te doen. We roepen ook mensen met creatieve kennis en ideeën op om nieuwe reclames te maken die commentaar geven op Benetton's werkelijke praktijk. Als je ze maakt, stuur ze dan op naar boycottbenetton@riseup.net Ze zullen op de website verschijnen en mensen die er lokaal gebruik van willen maken, kunnen ze downloaden.

Multinationals als Benetton bezitten deze wereld niet, ze denken dat alleen maar. Samen kunnen we ze tegenhouden. We stellen de dag van 7 mei voor als dag van wereldwijde actie tegen Benetton. Vele verschillende soorten actie kunnen voor die dag bedacht worden. Natuurlijk kunnen mensen die dat willen ook al eerder acties uitvoeren. De oorspronkelijke bewoners moeten verdedigd worden tegen de multinationals. Het neoliberalisme breidt zich nog steeds uit. Hoe lang staan we dit nog toe?

Meer info: http://benetton.linefeed.org

 

Naar boven

 

 




Ravage
Archief
Overzicht 2004
Overzicht # 6

..

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Naar boven