Uit:
Ravage #3 van 27 februari 2004
Wereldbank
bekritiseerd in
eigen rapport
Volgens
een door de Wereldbank zelf betaalt en opgezet onderzoek moet deze
bank zijn praktijken grondig veranderen om nog enig bestaansrecht
te hebben. In april beslist de directie wat ze met het resultaat
van het onderzoek doet. De heren zitten met de handen in het haar
en dreigen het rapport naast zich neer te leggen.
Op
19 februari zit ik in het Hemeltje, het kleine alternatieve theater
van Wageningen. Een groepje muzikanten speelt Zuidamerikaanse liedjes.
Zangeres Teresa blijkt uit Peru afkomstig te zijn.
Vorig
jaar was ik zelf nog in Peru om lokale boeren bij te staan in hun
strijd tegen een Amerikaans goudmijnbedrijf. Teresa kijkt me indringend
aan en zegt: ,,Mijn volk wint helemaal niets met dat goud. Integendeel,
alles wordt geëxporteerd en blijft in de zakken van Toledo's
mensen steken, terwijl wij met de vervuiling en ontwrichting blijven
zitten.''
De
rest van de avond blijf ik daarover nadenken en komt alles wat ik
in Peru heb gezien weer boven. De dode rivieren, de ziektes, de
corruptie, de vernietiging, de wanhoop, de angst, de boosheid, het
verdriet.
Pijpleiding
Over
de hele wereld worden mijnen en oliepijpleidingen mede-gefinancierd
door de Wereldbank. Alhoewel deze bank zegt met ons ontwikkelingsbudget
armoede te willen bestrijden, sluit ze dubieuze overeenkomsten waar
vooral multinationale bedrijven en corrupte overheden beter van
worden.
In
november nog keurde de Wereldbank een lening van 250 miljoen dollar
goed voor een gigantische oliepijpleiding van BP in de Kaspische
regio. Dat bedrag wordt zeker vertienvoudigd door andere banken.
De pijpleiding wordt aangelegd door conflictgebieden in Azerbeidsjan
en Turks Koerdistan, zet het belangrijkste waterwingebied van Georgië
op het spel en beperkt zo'n beetje elke controlemogelijkheid van
de lokale overheden.
De
Wereldbank financiert deze pijpleiding met het argument dat er weinig
andere "ontwikkelings" mogelijkheden voor de regio zijn. Dat de
olievoorraden voornamelijk de VS en Europa zullen bedienen, doet
dan blijkbaar even niet zoveel terzake.
Activisten,
campagnegroepen en NGO's beweren al langer dat de de praktijken
van de Wereldbank niet door de beugel kunnen. Maar recentelijk zijn
er ook verschillende officiële onderzoeken gedaan naar de 'effectiviteit'
van de leningen van de Wereldbank. Dat wil zeggen: naar de mate
waarin ze bijdragen aan de formele missie van de bank, armoedebestrijding
en duurzame ontwikkeling.
Eensgezind
luiden de conclusies dat de leningen in veel gevallen juist de misère
van mensen vergroten. Vooral in landen met een corrupte, repressieve
en ondemocratische overheid - en dat is waar het overgrote deel
van het geld aan wordt besteed.
Scepsis
December
vorig jaar publiceerde Emil Salim, voormalig milieuminister van
Indonesië, zijn eigen semi-onafhankelijke rapport. Salim was
persoonlijk aangetrokken door Wolfensohn, de baas van de Wereldbank.
Na
decennia van opstanden, conflicten en demonstraties, en na publiekelijk
te zijn toegesproken tijdens de tumultueuze jaarvergadering van
Praag in 2000, besloot Wolfensohn dat er wat moest gebeuren. Tot
verbazing van zijn staf beloofde hij de voors en tegens van investeringen
in de olie- gas- en mijnbouwsector te bekijken. Dit was het begin
van de Extractive Industries Review (EIR), die bijna drie jaar zou
duren.
Aanvankelijk
bestond er wereldwijd flinke scepsis over deze EIR. Niet alleen
vanwege het verleden van Salim, maar ook vanwege het lage budget,
de invloed van de bank en de vooringenomen toon van het onderzoek.
Activisten en campagnegroepen van over de hele wereld lieten hun
ongenoegen blijken, waarna er enige verbeteringen werden aangebracht.
Maar de verschillende conferenties, projectbezoeken en literatuurstudies
die onderdeel waren van de EIR bleven problematisch verlopen.
Het
proces leidde tot vele verhitte discussies tussen NGO's, dorpsorganisaties,
inheemse volkeren en vakbonden van over de hele wereld. Een grote
groep Aziatische organisaties liep weg tijdens een bijeenkomst over
de EIR in april 2003.
Goed
nieuws
Ondanks
al deze moeilijkheden concludeert het uiteindelijke rapport dat
het tot nu toe flink mis is gegaan. Het rapport doet de volgende
aanbevelingen: de Wereldbank moet mensenrechten respecteren, inheemse
volkeren en lokale gemeenschappen meebeslissingsrecht geven, schadelijke
mijnbouwtechnologieën uitsluiten, geen projecten meer financieren
in gebieden met gewapende conflicten, met een corrupte overheid
of van hoge biodiversiteit en zich totaal terugtrekken uit olieprojecten.
Goed nieuws: als dit allemaal uitgevoerd zou worden, zou de Wereldbank
eigenlijk net zo goed kunnen inpakken.
De
hoogste staf van de Wereldbank heeft echter al aangegeven het onderzoek
grotendeels naast zich neer te zullen leggen en ook de olie- en
mijnbouwgiganten laten zich hierin niet onbetuigd.
Groepen
over de hele wereld, inclusief nobelprijswinnaars, parlementariërs
en kerkelijk leiders zijn momenteel aan het mobiliseren om te zorgen
dat de bevindingen van het rapport bekend worden gemaakt en ze zullen
worden geaccepteerd door de Wereldbank.
Je
kunt binnenkort verschillende activiteiten verwachten over de Wereldbank
in Nederland, onder meer in Maastricht, Nijmegen, Wageningen en
Amsterdam. Ik denk dat ik Teresa maar uitnodig om dan weer te komen
zingen.
Janneke
Meer
info op www.eireview.info. Via die site kun je een email sturen
naar Wolfensohn, de hoogste baas van de Wereldbank. Als je liever
Ad Melkert aanspreekt kan dat ook, via amelkert@worldbank.org.
Kijk
ook op www.foei.org/ifi en www.aseed.net en www.wbbeurope.org
Naar
boven |