Uit:
Ravage #2 van 6 februari 2004
Politici
aangeklaagd voor oorlogsmisdrijven
Betreurenswaardig,
doch opportuun. Met woorden van dergelijke strekking verdedigde
oud-premier Kok voor de rechtbank het NAVO-bombardement op de RTS-studio
in Belgrado eind april 1999. Hierbij kwamen zestien werknemers om
het leven. Nabestaanden van de slachtoffers willen via een bodemprocedure
een viertal politici uit het voormalig paarse kabinet hiervoor aansprakelijk
stellen.
Geroezemoes
in de wandelgangen van de Haagse rechtbank. Voor de ingang van de
rechtszaal hoopt een horde journalisten en belangstellenden zich
op. Zodra Wim Kok binnen gezichtsbereik is, wordt het stil. Het
is een uniek moment als de oud-premier voor de rechter-commissaris
de eed van belofte aflegt. Sinds de Tweede Wereldoorlog is het niet
meer voorgekomen dat politici terecht staan voor schending van het
oorlogsrecht.
Samen
met oud-minister Jozias van Aartsen van Buitenlandse Zaken nam Kok
op 26 januari deel aan een getuigen-verhoor. Eerdaags dienen ook
voormalig minister Frank de Grave en voormalig kamervoorzitter Jeltje
van Nieuwenhoven in het beklaagdenbankje plaats te nemen. Afhankelijk
van het resultaat van deze verhoren bepaalt de eisende partij of
het zinvol is een bodemprocedure te starten tegen de vier politici.
Die
eisende partij is samengesteld uit nabestaanden van de 34 burgerslachtoffers
uit Belgrado en Nis die gedurende de Kosovo-oorlog als gevolg van
NAVO-bombardementen om het leven kwamen. Voor de rechtsgang worden
ze onder andere bijgestaan door de juristen N. Steijnen en M. Stelling
alsmede de initiatiefgroep 'Permanente Commissie inzake Westerse
Oorlogsmisdrijven'.
Welcome!
'Welcome
in court excellencies!'. Met deze opbeurende leuze op een spandoek
werden Van Aartsen en Kok verwelkomd bij de ingang van de Haagse
rechtbank. Vredesactivisten hadden de namen van de 34 doden bevestigd
aan houten kruisen. Actievoerders van de SP protesteerden tegen
het gebruik van clusterbommen, waarmee burgers in Nis om het leven
zijn gekomen.
De
bombardementen maakten onderdeel uit van de operatie Alied Force,
uitgevoerd door strijdkrachten van de NAVO. Op 24 maart 1999 opende
de NAVO vanuit de lucht de aanval op de machtscentra van de Servische
leider Milosevic, die ervan werd verdacht een bewuste campagne tegen
de Albanezen in z'n land te voeren. Aan de vooravond van de oorlog
hadden de Serviërs 360.000 Kosovo-Albanezen op de vlucht gejaagd.
Aanvankelijk
bestookte de luchtmacht voornamelijk militaire doelen, waarna de
infrastructuur van Milosevic werd aangepakt. In de nacht van 22
op 23 april 1999 werd het gebouw van de staatszender RTS in Belgrado
getroffen, waarbij 16 werknemers omkwamen. De ochtend na het bewuste
bombardement sprak Wim Kok van een legitiem doelwit. We moesten
namelijk vooral niet vergeten dat de RTS als een verlengstuk van
de dictatuur van Milosevic had gefunctioneerd, aldus Kok.
In
het onderzoeksrapport 'Collateral Damage or Unlawfull Killings?'
(juni 2000) concludeert Amnesty dat RTS weliswaar kritisch stond
tegenover de NAVO-luchtaanvallen maar beslist geen propagandazender
was van Milosevic. Amnesty stelt vast dat de NAVO vooraf niet alle
noodzakelijke maatregelen heeft genomen om burgers als die van de
RTS-studio te beschermen en noemt het een oorlogsmisdaad.
Onwetend
Tijdens
het getuigen-verhoor beweerde de oud-premier van tevoren niet te
hebben geweten dat de RTS-studio in Belgrado door NAVO-vliegtuigen
zou worden gebombardeerd. Toch was hij niet verrast door het bombardement
omdat hij wel wist dat de NAVO zich op een nieuwe categorie doelen
zou gaan richten, waaronder communicatiecentra vielen.
Het
was in de tijd van het tweede paarse kabinet. Op 29 maart 1999 stelde
de Tweede Kamer in met de Nederlandse deelname aan de Kosovo-oorlog.
Er werd gedurende de oorlog dagelijks overleg gevoerd door minister
De Grave van Defensie, minister Van Aartsen van Buitenlandse Zaken
en premier Kok. ,,Wij handelden met volledig mandaat als kernteam
binnen de ministerraad'', aldus Kok.
Het
verhoor van Kok in de rechtbank leverde bitter weinig op. De man
slaagt er twee jaar na zijn vertrek uit het parlement nog steeds
in belangrijke zaken te bagatelliseren en nietszeggende antwoorden
te formuleren. Op de vraag van rechter-commissaris P. Koppen of
hij wist dat de RTS-studio geen 'militair communicatiecentrum' was
ten tijde van de aanval, mompelde Kok dit vooraf ,,niet zeker te
hebben geweten'' en het achteraf ,,niet met zekerheid vast heeft
kunnen stellen.''
Over
het gebruik van clusterbommen was Kok duidelijk. ,,Clusterbommen
zijn geen landmijnen, dus niet verboden. Binnen de NAVO zijn clusterbommen
een algemeen aanvaard middel.'' Hij zei de doden ,,te betreuren''
die zijn gevallen in Nis, maar dit was het gevolg van een technisch
mankement. ,,Dit incident heeft er wel toe geleid dat minister De
Grave een moratorium heeft ingesteld op het gebruik van clusters
door de Nederlandse luchtmacht'', aldus Kok.
Amnesty
Oud-minister
Van Aartsen was heel wat duidelijker. Hij verklaarde dat de afweging
om de RTS-studio aan te vallen door de NAVO-top in Brussel werd
gemaakt. De precieze doelen waren al een jaar eerder op een topbijeenkomst
in Washington vastgesteld door de secretaris-generaal van de NAVO,
Solano.
Van
Aartsen zei dat de NAVO-woordvoerder in maart 1999 drie of vier
keer in het openbaar had gezegd dat communicatiecentra doelwit zouden
kunnen zijn. Bovendien had de NAVO dit schriftelijk medegedeeld
aan Amnesty International, zo voegde hij opvallend genoeg toe. Amnesty
spreekt dit tegen. ,,We hebben er met verbazing kennis van genomen
en Van Aartsen om opheldering gevraagd'', meldt R. Bosgraaf van
Amnesty desgevraagd.
De
huidige fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer zei dat
het bombardement op de RTS-studio gerechtvaardigd was. ,,Het bombardement
was geoorloofd en ook proportioneel, mede gezien alle ellende die
Milosevic al veroorzaakt had in het voormalige Joegoslavië'',
aldus Van Aartsen. Het doel van de luchtaanvallen was om Milosevic
te dwingen weer deel te laten nemen aan de onderhandelingen over
het lot van de Kosovo-Albanezen.
Tijdens
de zitting zei Van Aartsen dat de RTS-studio niet alleen een rol
speelde binnen de propagandamachinerie van de Servische leider Milosevic,
maar ook een onderdeel vormde van het zenuwcentrum van diens militaire
apparaat. Hij achtte het van ,,militair belang dat de RTS werd uitgeschakeld'',
ook al was het maar tijdelijk.
Wraking
Na
afloop van de zitting diende de landsadvocaat namens voormalig kamervoorzitter
Jeltje van Nieuwenhoven het verzoek in haar te ontheffen van de
door het Gerechtshof opgelegde plicht te komen getuigen. Van Nieuwenhoven
weigert medewerking omdat ze naar eigen zeggen slechts wat te melden
heeft over het verloop van de beraadslagingen in de Tweede Kamer
omtrent de Kosovo-oorlog destijds. Van de bombardementen weet zij
zogenaamd niets.
Rechter-commissaris
Koppen was het hier wel mee eens, hetgeen voor Nico Steijnen, advocaat
van de nabestaanden van de burgerslachtoffers, aanleiding was de
rechter-commissaris te wraken. Steijnen verweet de rechter-commissaris
partijdigheid en vroeg om vervanging. Eind februari oordeelt de
rechtbank of de wraking terecht is. Het getuigen-verhoor van De
Grave, welke in februari gepland stond, wordt hierdoor tot nader
orde uitgesteld.
Deze
stap werd Steijnen, die overigens geen overtuigende indruk maakte,
leidde bij de aanwezige achterban tot discussie. ,,We vonden het
achteraf wel een moeilijk besluit'', zegt Hans Hupkes, woordvoerder
van de nabestaanden. ,,De rechter-commissaris had z'n werk voor
de eerste twee getuigen-verhoren in onze ogen goed gedaan. Het is
nog maar de vraag of, indien de wraking wordt ingewilligd, een volgende
rechter-commissaris van vergelijkbaar niveau is.''
Dat
Van Nieuwenhoven vrijstelling heeft gekregen noemt Hupkes ,,uiterst
merkwaardig en zeer uitzonderlijk.'' De landsadvocaat gaf als reden
aan dat Van Nieuwenhoven inderdaad weinig heeft toe te voegen aan
hetgeen Van Aartsen en Kok al hebben verklaard. ,,Dat moet dan maar
blijken uit de beantwoording van de vragen. Dit kun je als rechter-commissaris
onmogelijk zelf uitmaken'', aldus Hupkes.
Betrokken
De
Permanente Commissie inzake Westerse Oorlogsmisdrijven, een samenwerkingsverband
dat het initiatief nam voor het aansprakelijk stellen van de politici,
blikt tevreden terug op de eerste getuigen-verhoren.
Dat
Kok heeft ontkend dat Nederland vooraf van de aanval op de RTS-studio
in Belgrado op de hoogte was, betekent volgens Juristen voor de
Vrede, aangesloten bij de initiatiefgroep, nog niet dat er dan geen
sprake kan zijn van mede-aansprakelijkheid voor de vreselijke gevolgen.
'De
getuigenis is opmerkelijk omdat tevens vaststaat dat meermalen door
het propaganda-apparaat van de NAVO via de massamedia is gewaarschuwd
dat de RTS-studio doelwit zou worden', stelt Juristen voor de Vrede
vast.
Verder
zijn er wat betreft de aanval op de RTS-studio geen expliciete waarschuwingen
geweest dat dit doel zou worden aangevallen. 'Er zijn slechts algemeen
gestelde waarschuwingen door de woordvoerder van de NAVO geweest
tijdens persconferenties. De burgerbevolking is niet rechtstreeks
gewaarschuwd door middel van pamfletten of anderszins'.
Tevens
is komen vast te staan dat de staat 'geen enkel voorbehoud heeft
gemaakt ten aanzien van het gebruik van clusterbommen, noch wat
betreft de doelen waartegen die geweldsmiddelen werden ingezet,
noch wat betreft de afstand van die doelen tot de bevolkingscentra',
concludeert Juristen voor de Vrede.
Rillingen
,,We
weten nu dat er aan de vooravond van het bombardement op de RTS-studio
een bijeenkomst van de NAVO-raad is geweest waarop vooral Frankrijk
bezwaar maakte tegen de aanval'', zegt Hupkes. ,,Kok en Van Aartsen
beweren nu dat ze vooraf niets wisten van deze incidenten, maar
als NAVO-lid heeft ook Nederland deelgenomen aan de planning van
de bombardementen.''
De
rechter heeft bij aanvang van de procedure vier jaar geleden bepaald
dat er geen enkele belemmering is om politici persoonlijk aansprakelijk
te stellen. Hupkes: ,,Toen de rechter-commissaris dit nog eens benadrukte,
liepen bij de landsadvocaat de rillingen over het lijf. Hij wil
juist dat de staat vervolgd worden en niet de verantwoordelijke
personen!''
De
Permanente Commissie maakt voor haar rechtszaak gebruik van een
draaiboek, dat jaren geleden door een vredesorganisatie in Londen
werd samengesteld. Aan de hand hiervan kunnen burgers van elk willekeurig
NAVO-lidstaat politici verantwoordelijk stellen voor schending van
het oorlogsrecht tijdens een NAVO-operatie.
Naast
Nederland loopt momenteel in Berlijn een vergelijkbare civiele procedure.
Nabestaanden van de burgerslachtoffers in Varvarin, waar op 30 mei
1999 elf slachtoffers vielen als gevolg van de luchtaanval op een
brug, stellen samen met een vredesorganisatie de Duitse staat hiervoor
aansprakelijk. De rechtbank heeft de eis inmiddels afgewezen.
Volgens
Hupkes toont dit aan dat het beter is politici te dagen, de staat
is immers onschendbaar. Dat Nederland een geringe rol heeft gespeeld
tijdens de Kosovo-oorlog, zal volgens Hupkes niet van invloed zijn
op een eventuele veroordeling. ,,Het doet er in wezen niet toe wie
uiteindelijk de bommen dropt, het gaat om de gezamenlijke verantwoordelijkheid
en afspraken die hierover zijn gemaakt. Elk NAVO-lid is medeplichtig.''
Alex
van Veen
Meer
info: www.natosued.org
Naar
boven |