... Uit: Ravage #13, 15 oktober 2004

Ravage   ● Archief    ● Overzicht 2004    ● Overzicht #13


Haat, hoop en heldenmoed

Independent-journalist Robert Winder beschrijft in 'Bloody Foreigners' de positieve kanten van nieuwkomers, een standaardwerk over de geschiedenis van immigratie in het Verenigd Koninkrijk.

Vildane Berani kan medicijnen gaan studeren op Merton College, Oxford. Het Britse ministerie van Binnenlandse Zaken heeft de hoogbegaafde 18-jarige vluchtelinge uit Kosovo op het laatste nippertje een verblijfsvergunning gegeven, zodat ze geen dertigduizend (het tarief voor buitenlanders), maar slechts 1.125 ponden hoeft te betalen voor het eerste studiejaar. Het feit dat haar verhaal groots door The Daily Mail was opgetekend, heeft mogelijk meegespeeld bij de positieve beslissing van de beslisambtenaren.

The Daily Mail? Dat is toch een rabiaat rechts tabloid dat dagelijks met reportages komt over Gambiaanse zorgtoeristen die de nationale gezondheidszorg te gronde zouden richten, over Somalische vluchtelingen die kustplaatsjes van karakter zouden doen veranderen en over het grote gevaar dat Blair met zijn "tolerante" immigratiebeleid zou vormen voor de leefbaarheid van het Elizabethiaanse koninkrijk?

Ja, dat is allemaal waar, maar tegelijkertijd is deze krant niet te beroerd om de positieve kanten van immigranten te belichten, een cruciaal verschil met Nederland waar de sfeer dusdanig is dat de oorspronkelijk uit Indonesië afkomstige badmintonster Mia Audina na het behalen van Zilver in Athene emotioneel uitriep dat ,,buitenlanders niet alleen maar slecht'' zijn.

Nee, dan liever het Verenigd Koninkrijk, waar het door de publicist David Goodhart in het leven geroepen immigratiedebat niet heeft kunnen voorkomen dat men het zilveren bokstroetelkind Amir Khan op handen draagt. Daar is de stemming omtrent immigranten te vergelijken met de hypocriete houding ten opzichte van erotiek, seks of hetgeen daarmee geassocieerd wordt.

De lezers van The Sun, The Daily Star en The Sunday Sport worden, al dan niet op de voorpagina, steevast begroet door een stralende jongedame in bikini, die tegenwoordig ook nog, in een ballonnetje, commentaar geeft op de transfer van Wayne Rooney of pornosurfende ambtenaren. In dit land van de verlichte zeden wordt een reclamespotje van de Europese Unie waarop te zien is hoe een moeder haar baby de borst geeft, uit de bioscoop verbannen.

Maar we hadden het over immigranten. Over de positieve kanten van immigratie spreekt de Independent-journalist Robert Winder uitgebreid in 'Bloody Foreigners: the story of immigration to Britain', een standaardwerk over de geschiedenis van immigratie in het Verenigd Koninkrijk. In zijn boek blijkt dat immigranten, of het nu gaat om Ieren, Russen, Nederlanders, Pakistani of Ghanezen, zelden met open armen zijn ontvangen, maar dat ze door hard werken een plaats hebben weten te verwerven op deze rots in de branding van de Atlantische Oceaan.

De taal en de vrije markt bleken goede voorwaarden te zijn voor succesverhalen. Sterker, sommige immigranten werden Engelser dan de Engelsen, zoals de schrijver V.S. Naipaul, de historicus Simon Schama, de beruchte zakenman Nicholas van Hoogstraten, de componist Georg Friedrich Handel, de feministe Germaine Greer en de dichter T.S. Eliot, auteur van 'The Waste Land'.

Zelfs de dichter Leslie Howard, bekend van het 'oer-Engelse' gedicht 'The Scarlet Pimpernel', blijkt buitenlandse ouders te hebben, met de naam Stainer. En wat te denken van de koninklijke familie met haar Russische, Griekse en Duitse bloedbanden? En de huidige leider van de Conservatieve Partij, is dat geen zoon van politiek vluchtelingen?

Uit het boek blijkt eens te meer dat de geschiedenis zich, steeds weer in nieuwe vormen, herhaalt. Waar rampen en plagen vroeger op het conto kwamen van de vreemdelingen, daar zijn dat nu criminaliteit, de belabberde situatie in de zorg en tot voor een paar jaar de nederlagen van het cricketteam.

Het is inderdaad een harde waarheid dat mensen van heinde en verre de gratis National Health Service bestormen, maar dit misbruik is niets vergeleken bij het duurbetaalde mismanagement. En ervaring leert tevens dat een bustocht met de 185 of 176 door de Londense stadsdelen Camberwell en Lewisham zelfs op klaarlichte dag niet altijd even veilig is dankzij de Jamacaanse jeugdbendes.

Maar de grootste misdaden van de laatste decennia zijn allemaal het werk van de blanke Engelsen: ik noem de namen van seriemoordenaars als Fred & Rosemary West, Myra Hindley, de dood van de Bulger-peuter in Liverpool en de Soham-moorden, gepleegd door Ian Huntley.

In het verleden heeft ook de Nederlandse gemeenschap er als zondebok gefungeerd, en wel bij de grootste ramp die Londen ooit gekend heeft: de vuurzee van 1666. Deze was, zo werd snel na de ramp besloten, het werk van een samenzwering tussen Fransen en Nederlanders, de grootste rivalen van destijds.

'It will be a long time before the people of London forget their wild rage against the foreigners', schreef een Nederlandse waarnemer. Deze anti-Nederlandse stemming zou de immigranten uit de Lage Landen niet tegenhouden. Vooral in de regeringsperiode van Willem van Oranje (1688 - 1702) zochten veel Nederlanders hun heil aan gene zijde van de Noordzee. Waren het in de eeuwen daarvoor met name Nederlandse protestanten op de vlucht, religieuze vluchtelingen, aan het einde van de Gouden Eeuw ging het vooral om de gegoede klasse.

Hierover schrijft Winder: 'When the time came, the Dictionary of National Biography, the A-Z of English life, would be expanded and framed by two immigrants, Jacques Abbadie (a Hugenot) and a Dutch military family, the Zuylensteins. Both crossed the Channel as part of William's train. The King, as kings do, acted quickly to ennoble and reward his friends, who promptly founded English dynasties. Hans Willem Bentinck became the Earl of Portland; Arnold Joost van Keppel became the Earl of Albemarble.'

Drie eeuwen later is de Nederlandse ambassadeur in London een telg van de Bentinck-dynastie. Dezer dagen kunnen Nederlanders er geen kwaad meer doen dankzij voetballers als Dennis Bergkamp en Ruud van Nistelrooy en de schilder Vincent van Gogh. Hoe lang zal het nog duren voordat dit ook geldt voor bijvoorbeeld de Aziatische nieuwkomers?

Naarmate de jaren vorderden, kwamen de immigranten van steeds verder, vooral vanuit de koloniën. De immigratie vanuit het subcontinent was, vóór de onafhankelijkheid van India, aanvankelijk een aangelegenheid van de gegoede klasse, zoals Humayun Ansari laat zien in 'The Infidel Withun: Muslims in Britain since 1800.'

De favoriete bediende van Koningin Victoria was bijvoorbeeld Munsi Abdul Karim. Nawab Nazim of Bengal leefde zich in Londen uit als playboy en in 1892 arriveerde Muhammad Ali Jinnah het Verenigd Koninkrijk om er rechten te studeren. Deze vroegere vriend van Ghandi zou later de grondlegger van het moderne Pakistan worden.

Pas veel later, in de jaren tachtig van de vorige eeuw, kwamen grote groepen lager opgeleide Pakistani, veelal van het platteland afkomstig (zie de parallel met de Marokkanen en Turken in Nederland), naar de resten van wat eens een wereldrijk was. Sinds 9 september 2001 heeft vooral deze groep het zwaar te verduren, vanwege de (geveinsde?) angst voor terrorime binnen de regering-Blair.

Meer dan angst leeft er bij de bevolking een nieuw patriottisme op, waar de vele vlaggen van St. George op auto's, kantoorgebouwen en huizen wapperende getuigen van zijn en zich politiek-empirisch uit in de hernieuwde opkomst van de United Kingdom Independence Party.

Het is tevens een afrekening met het doorgeschoten politiek-correcte denken dat tot absurde toestanden heeft geleid, met als dieptepunt de inval bij een oude dame in Leicester die een kudde porseleinen varkentjes voor het raam had staan. De versierselen werden meegenomen en vernietigd omdat ze aanstoot zouden geven bij de moslims in de buurt.

Het debat omtrent nieuwkomers is volwassen geboren. Op immigratiegebied lijkt een en ander voorspoedig te verlopen. Er zijn in de 21e eeuw nog geen rassenrellen geweest. Bollywood verdrijft Hollywood langzaam van het scherm (op het West End is momenteel een Bollywood-uitvoering te zien van Shakespeare's The Twelfth Night), het Caribisch Carnaval van Notting Hill (de wijk waar eind jaren vijftig rassenrellen waren, maar waar Peter Mandelson, Ruby Wax, Van Morrison en Robbie Williams thans buurtgenoten zijn) boekt steevast succes, Ali G. (een jood die gangsta rapper speelt) is razend populair, de club Funky Buddha is cool dan wel hot, een rapper heeft de redes van good old Tony Benn op vinyl gezet, de regering-Blair herbergt een 'zwarte' minister en de Indo-Engelse muziek van Nitin Shawney is inmiddels al klassiek.

De boeken van Ansari en vooral van Winder dragen bij tot een volledig beeld van wat immigranten hebben betekend en nog steeds betekenen voor Cool Brittannia. Het is jammer dat Winder zijn boek in het laatste deel, The Identity Parade, laat verzanden in een politiek manifest. Dat heeft het boek niet nodig, omdat de historische feiten voor zich spreken. Goede wijn behoeft geen krans.

Hij heeft gelijk dat xenofobie bestaat in het Verenigd Koninkrijk, maar dat wordt ten dele gecompenseerd door een typerende eigenschap van de Britten: ze lachen niet alleen die buitenlanders met hun "rare" gewoonten uit, maar ook zich zelf. Leer dat de Nederlanders maar eens!

PJ

Bloody Foreigners: The Story of Immigration to Britain, Robert Winder. Uitgeverij Little Brown, 544 pagina's, 30 euro.

The Infidel Within: Muslims in Britain since 1800, Humayun Ansari. Uitgeverij Hurst, 438 pagina's, 21 euro.

Naar boven