- Home
- Archief
- 1999

Uit: Ravage #281 van 2 april 1999

De NAVO is onderdeel van het probleem

Op de Balkan voltrekt zich een humanitaire ramp. Honderdduizenden Kosovari zijn verjaagd van huis en haard, honderden zijn vermoord. De ellendige beelden van etnische zuivering die we zo goed kennen uit Bosnië en Kroatië worden wederom breed uitgemeten op onze tv schermen. Vluchtelingen trekken de grenzen van de naburige landen over, de vluchtelingenkampen groeien in aantal en omvang. De VN vluchtelingenhulporganisatie snelt te hulp. Voor velen doet het proces denken aan een natuurramp. Natuurrampen, zoals bekend, zijn onomkoombaar. Maar hoe onomkoombaar was deze catastrofe eigenlijk? Er is immers een reeks politieke keuzes aan voorafgegaan, die uitmondden in de NAVO bombardementen.

De directe aanleiding van de oorlog vormt het onderhandelingsproces van Rambouillet. Daar is onder westerse druk een document tot stand gekomen dat in essentie een zeer grote autonomie vastlegde voor de Kosovari, terwijl tegelijkertijd het grootste deel van de Joegoslavische soevereiniteit over het gebied werd ingeperkt dan wel afgebroken. Om de uitvoering van het verdrag te bewaken zou een NAVO vredesmacht in het gebied gestationeerd worden. Zoals bekend werd het verdrag wel ondertekend door de Kosovari maar niet door de Joegoslavische regering van Milosevic. Nadat de Amerikaanse onderhandelaar Holbrooke nog een keer langs was geweest in Belgrado, blijkbaar met hetzelfde aanbod, ontketende de NAVO een luchtaanval op Joegoslavië.

Die aanval was in eerste instantie gericht op de luchtverdedigingsinstallaties van Joegoslavië, zodat latere aanvallen op het Joegoslavische leger veilig konden worden ondernomen. Wat de gevolgen zijn geweest is onduidelijk. Misschien is een substantieel deel van het militaire apparaat van het Joegoslavische leger vernietigd, misschien ook niet. Volgens Russische bronnen zijn meer dan duizend burgers gedood of gewond. Dergelijke cijfers worden heftig ontkend door de NAVO.
De woordvoerders van die organisatie houden vol dat er sprake is van precisie bombardementen die alleen militaire doelen treffen. In ieder geval is het offensief niet zonder risico's: dat blijkt uit het verlies van een zogenaamd voor radar onzichtbare Stealth vliegtuig van de Amerikaanse luchtmacht.

De reactie van Milosevic op de bombardementen is bekend. Een proces van massale etnische zuiveringen werd ingezet waardoor elk etmaal een kleine honderdduizend mensen het land ontvluchtten. Misschien onder invloed van de verontwaardiging in de publieke opinie hierover, werden al na een paar dagen de doelen van de NAVO uitgebreid. Niet alleen de luchtafweer en commando structuur werd aangevallen: ook de tanks en kanonnen die in Kosovo werden ingezet. Van heinde en verre werden nog eens tientallen bommenwerpers aangevoerd om deze taak uit te voeren.

Waartoe diende deze massale strafexpeditie? Want dat was het, met vergaande gevolgen. Voor het eerst in de geschiedenis van de NAVO werd een soevereine staat aangevallen zonder een mandaat van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. Daarmee werden de schamele garanties, die kleine landen een beetje bescherming bieden tegen agressie door grotere landen, onderuit gehaald. Er kwamen felle reacties vanuit Rusland en China, die in het eenzijdige optreden van de NAVO een precedentwerking zagen voor de toekomst.

De officiële motivaties voor de bombardementspolitiek werden door minister Van Aartsen als volgt opgesomd in de Tweede Kamer, toen de bommenwerpers al onderweg waren:
1. Stopzetting van excessieve militaire acties
2. Voorkomen van verdere humanitaire catastrofe
3. Ondertekening van het Rambouillet akkoord
4. Afdwingen van de eerder gemaakte afspraken met de NAVO over het terugtrekken van (Joegoslavische) eenheden.

Met het eerste wordt bedoeld militaire acties van het Joegoslavische leger en de paramilitaire eenheden (o.a. van de beruchte Arkan) in Kosovo. Van getuigenissen die uit Kosovo komen weten we dat het gaat om etnische zuiveringsoperaties, gerichte moordpartijen op Albanezen, 'verdwijningen' van Servische inwoners van Kosovo (het bevrijdingsleger van de Kosovari voert op kleinere schaal ook moorden uit), en het uitvoeren van contra guerrilla operaties tegen het Albanese bevrijdingsleger, die zonder onderscheid ook de bevolking treffen.

De techniek die hierbij gebruikt wordt bestaat deels uit beschietingen door artillerie en tanks, maar ook mortieren, machinegeweren en geweren. Luchtbombardementen kunnen kanonnen en pantservoertuigen vernietigen, en zelfs soldaten doden als die zonder dekking over open terrein bewegen. Ze kunnen beslist niet verhinderen dat kleine groepen van gewapende soldaten door dorpen en de hoofdstad Pristina trekken en daar de bevolking terroriseren. De enige mogelijkheid om dat te verhinderen is om het land te bezetten met grondtroepen en de vijand te verjagen.

Dit is tevens een commentaar op de tweede vraag: een humanitaire catastrofe kan niet verhinderd worden door de luchtbombardementen. De eis tot ondertekening van het akkoord werd in de verklaringen van de NAVO gescheiden van de luchtaanvallen. Dat wil zeggen dat de NAVO stelt dat het tot doel heeft het leger van Joegoslavië deels af te breken. Dit is een op zich zelf staand doel en wordt dus bereikt op een door de NAVO zelf gedefinieerd ogenblik, los van wat er werkelijk op de grond gebeurt en los van de politieke doelen.

Deze (derde en vierde) politieke doelen die door minister Van Aartsen werden aangehaald, zijn in openbare uitspraken van Albright ook reeds verzwakt: zij had het er over dat er een overeenkomst moest komen in lijn met de eerder gemaakte afspraken (zij het wel met de belangrijke eis dat de NAVO een eventuele vredesmacht moet blijven leiden).

De reden dat de militaire en de politieke doelen gescheiden zijn van elkaar heeft te maken met de politieke realiteit die de Nederlandse voorstanders van bombardementen niet onder ogen willen zien. Namelijk dat de eis aan Milosevic om het verdrag te ondertekenen voor hem politieke zelfmoord is (omdat een vreemde vijandelijke krijgsmacht op Joegoslavisch grondgebied zonder verzet wordt toegelaten). De grote vraag is waarom zo een eis gesteld werd en in feite nog steeds op tafel ligt.

Waarom is er niet een andere vredesmacht voorgesteld, geleid door de OVSE of de VN? Waarom wordt dit nu niet gedaan? Het lijkt er immers op dat de Joegoslavische regering niet gaat inbinden. Dit is volstrekt logisch, omdat het nu aangeboden verdrag de wezenlijke belangen van de Joegoslavische staat en dus haar politieke leiders aantast. Dat wordt ook zo gezien door een groot deel van de bevolking die als één man rond Milosevic is gaan staan.

In de discussie wordt door sommige voorstanders van interventie ook nog een ander militair alternatief voorgesteld: een invasie door NAVO troepen te land die heel Kosovo zou moeten bezetten. Maar het zou weken, zo niet maanden duren voordat de minimale invasiemacht (minstens 100.000 man) ter plekke is. Voor het gemak wordt er vanuit gegaan dat hieraan volledige medewerking wordt verleend door de buurlanden en de nabije NAVO lidstaten, hetgeen twijfelachtig is. In die tijd zijn de etnische zuiveringen allang voltooid.

De hele opzet van de operatie klopt dus niet: ze is voorgesteld als een manier om de Kosovari bevolking te redden, maar werkt in feite averechts. Wie de militaire logica volgt komt onvermijdelijk op een grondoorlog terecht. Maar dat gaat juist niet gebeuren. Waarom volhardt de NAVO op de weg van luchtbombardementen?

Van groot belang is het politieke idee dat de NAVO de oplossing is van de grote politieke problemen in het komende tijdperk. Overal breken conflicten uit: in plaats van de Verenigde Naties moet de NAVO het antwoord bieden. Niet alleen in het oude verdragsgebied maar ook overal ter wereld waar de westerse landen hun belangen in gevaar zien. De Balkan is niet van wezenlijk belang voor de politieke elites in het westen, maar het conflict heeft wel een zeer belangrijke functie: namelijk om het nut van de NAVO te bewijzen als bewaker van de internationale vrede. In die calculatie spelen de belangen van de plaatselijke bevolking nauwelijks een rol. Er is overduidelijk gekozen voor een militaire optie terwijl andere mogelijkheden niet zijn uitgeprobeerd.

Een daarvan was een aanbod voor een vredesmacht onder VN leiding met deelname van Russische en andere troepen naast die van de NAVO. Dat zou de Russische diplomatie een kans hebben gegeven om een dempende rol te spelen. Rusland heeft behalve goede relaties met Milosevic namelijk ook de controle over de energie leveranties van Joegoslavië. Voor die Russische medewerking moet door het Westen een prijs worden betaald: misschien via IMF monetaire ondersteuning of andere hulpprogramma's. Dat betekent geenszins dat de Russische regering het beste voorheeft met de plaatselijke bevolking: voor haar is de Balkan slechts een pion in een groter machtspel. Maar zo'n diplomatiek compromis zou de ramp die zich nu voltrekt hebben vermeden.

Het is te gemakkelijk om alleen maar te roepen dat er door bombardementen geen vrede kan worden afgedwongen. Er is een plicht voor de tegenstanders om alternatieven aan te bieden. Dat bestaat momenteel helaas uit het naar voren brengen van een oplossing die bij de internationale machtspolitiek ligt en niet bij de bevolking ter plaatse. Toch is het van groot belang om de Nederlandse politici af te brengen van het rampzalige idee dat de bommenregen van de NAVO de bevolking daar zal helpen. Dat wordt nog een hard debat.

Karel Koster
Medewerker van het Anti Militaristisch Onderzoeks Kollektief.

 

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1999