Uit:
Ravage #11 van 29 augustus 2003
'Ik
ben een pathologisch optimist'
Schrijver
en beeldend kunstenaar Simon Vinkenoog
Het
gesprek met Simon Vinkenoog vindt plaats in z'n tuinhuis in Amsterdam-Noord.
Alvorens ik het tuinpad betreedt, loop ik langs een tuinkabouter.
Deze reageert daarop met een vrolijk gefluit. ,,Ik zie dat je een
prachtig vragenlijstje bij je hebt'', zegt Vinkenoog lachend.
Simon
Vinkenoog werd als enig kind op 18 juli 1928 geboren. Vanaf 1948
werkte hij voor de Unesco in Parijs. ,,Eenvoudig pak- en documentatiewerk'',
verduidelijkt Vinkenoog. Hij kreeg daarvoor een mooie titel: special
request documents officer. ,,Ik ben nog altijd een documentalist.''
Tijdens
zijn verblijf in Parijs werd z'n woning het middelpunt van de experimentele
avant-garde. Schrijvers en dichters uit de lage landen troffen elkaar
in zijn woning. ,,Ik bén een netwerk!'', vertelt Vinkenoog.
,,Voor mijn vijfenzeventigste verjaardag heb ik in Ruigoord een
bord beschilderd met het citaat: "I want everybody to meet everybody".
Als iedereen iedereen kan ontmoeten en elkaar leert kennen, is er
veel minder kans op oorlog.''
Schoppen
Veel
van de schrijvers die destijds zijn huis in Parijs aandeden, schopten
tegen het establishment maar groeiden later uit tot gevestigde namen
in de literaire wereld. Vinkenoog niet, die bleef schoppen.
Vinkenoog:
,,Nou, schoppen, schoppen... Kijk, ik ben experimenteel, provocatorisch,
Don Quichot, de nar, de joker, degene die de waarheid mag zeggen.
Ik heb voor het dichterschap gekozen, omdat dit het enige waarlijk
vrije beroep is. Ik leef van het mezelf zijn, mezelf tot uiting
te brengen in een wereld die een ieder op zijn eigen manier naar
zijn hand kan zetten. Wie goed doet goed ontmoet.''
Je
moet in het leven kunnen relativeren en ook kunnen verabsoluteren,
vindt Vinkenoog. ,,We leven in het onbekende. Het is een groot gebeuren
rondom ons allen. De mens moet terug keren tot zichzelf. Het enige
wat je hebt, is het leven. Het leven te leven betekent je los maken
van dingen die je beletten te leven. Dat is ook het ware anarchisme.
Je hebt ook het anarchisme van het bommen gooien en van de straatgevechten,
maar anarchie is een utopie. Dat is waar wij naar moeten streven.''
In
de jaren vijftig werkte hij enkele jaren voor de Haagse Post, maar
koos in 1961 na het verschijnen van z'n eerste boek voor het onafhankelijk
schrijverschap. ,,Ik kan niet tegen routine'', licht Vinkenoog toe.
,,Ik wil schrijven om de geschiedenis levend te houden. Ik ben een
stukje orale wereldgeschiedenis. Ik ben de hele wereld rondgeweest.
Op een gegeven moment weet je waar het om gaat. En dat is gewoon
dat je de eerste de beste begrijpt... (diepe zucht). Fuck de system,
fuck de bureaucratische regeltjes, begrijpen is ons vak...''
Poetry
Slam
Veel
initiatieven van Vinkenoog brachten voor de poëzie belangrijke
ontwikkelingen in gang. Zo stond hij in 1966 aan de basis van een
indrukwekkende bijeenkomst van dichters in theater Carré,
die werd uitgezonden op radio en tv. Nu nog is hij direct betrokken
bij het nieuwste fenomeen op dichtersgebied, de Poetry Slam. Een
jaarlijks terugkerende dichterswedstrijd mét jury.
,,Ik
ben ooit gevraagd, en doe het graag'', zegt Vinkenoog. ,,Ze hebben
zelfs applausmeters. Het vertellen van moppen is er uitgegroeid
tot stand-up comedy! Officiële uitgevers zeggen dat je je niet
teveel met die slammers moet inlaten, dat is niet goed voor je literaire
reputatie. Alsof een dichter aan zijn reputatie denkt.''
Vinkenoog
vindt het geen enkel probleem dat literatuur door toedoen van Poetry
Slam uitdraait op een applauswedstrijd. ,,Je bereikt zo mensen met
poëzie die er anders nooit naar geluisterd zouden hebben. Poëzie
is nergens te horen, het staat niet in de krant of in de weekbladen.
Een gedicht houdt de mensen die het schrijven en er naar luisteren
in leven. 'Staying alive', dat is de drive van poëzie!''
Wat
betreft zijn eigen werk is er geen gedicht dat hij koestert, of
als zijn hoogtepunt beschouwt. ,,Dat moet nog komen. Ik geef de
moed niet op. Er zijn wel een paar dichtregels van mezelf die ik
uit het hoofd ken.'' Vinkenoog citeert: ,,'Al wat beweegt zal in
beweging blijven/Erop en of eronder, en keuze is er niet/Niets dat
beklijft, alles zal verdwijnen/Je leven een vuurwerk, of niet.'
Poëzie moet hardop gezegd worden, moet dimensies krijgen. Het
is een ervaring. Die word je niet deelachtig door in een boekje
te gaan zitten lezen alsof het een romannetje is.''
Inspiratie
Vinkenoog
staat bekend als een fervent roker van stimulerende middelen. Vormen
ze zijn inspiratiebron? ,,Het maakt geen verschil meer'', zegt hij.
,,Ik rook al meer dan vijftig jaar stimulerende middelen, mijn humeur
is daardoor een stuk verbeterd. Ik praat wat makkelijker. Ik kan
wat meer ingevingen krijgen. Maar een goede 'hai' is bestand tegen
weer en wind.''
Wanneer
ik hem vraag naar zijn grote voorbeeld als dichter, slaakt Vinkenoog
een diepe zucht. ,,Als ik er één noem, doe ik de anderen
te kort. Oké, Rimbaud, Artaud, Whitman.... Lucebert heeft
heel belangrijke dingen geschreven. Ik zou ook de vijftigers kunnen
noemen die ik in 1951 in een boekje bij elkaar bracht. Dat waren
toch allemaal stemmen waarbij je voelde dat er een nieuw bewustzijn
in zat. Ze braken met het doodgebloede verouderde provincialisme
dat Nederland tot 1940 heeft gekenmerkt.''
Vinkenoog
levert al jaren een vaste bijdrage aan het spirituele tijdschrift
Bres. Om deze reden werd hem, nadat hij aanvankelijk was uitgenodigd
voor een optreden, een aantal jaren geleden de toegang geweigerd
tot kraakpand Vrankrijk in Amsterdam. Dat moet wel bijzonder pijnlijk
voor hem zijn geweest.
,,In
geen enkel opzicht was dit pijnlijk'', zegt Vinkenoog resoluut.
,,Ik had er gewoon niks te zoeken. Ik ben ook nooit een kraker geweest.
Ik heb mij altijd afgekeerd van elk geweld. Ik leef voor mezelf,
'verboden te verbieden'. Maar als mensen mij iets verbieden, wie
ben ik dan om te zeggen dat ik er zo nodig naar binnen moet. Ik
vond het wel vreemd, want de aanleiding was ontzettend absurd. Ik
wil ik er ook verder niet op ingaan, het is te min voor woorden.''
Geweld
Vinkenoog
voelt veel verwantschap met mensen die zich verzetten tegen misstanden
in de maatschappij, maar is tegen elke vorm van geweld. ,,Geweldloosheid
is de enige manier om een andere wereld te bereiken. Je kunt verzet
plegen als er geweld op jou wordt gepleegd, dat is zelfverdediging.
Maar je moet het geweld uit jezelf bannen. Geweld escaleert, geweld
keert zich tegen zichzelf. Het kwaad straft zichzelf. Al wat je
een ander aandoet krijg je weer terug in je leven.''
Dat
besef is hem op 31-jarige leeftijd bijgebracht door LSD. ,,Ik wist
dat ik zelf verantwoordelijk was voor alles wat ik deed, en dat
ik voordien heel onverantwoordelijk had geleefd. Veel misverstanden,
veel gekwetst. Ik ben ruzies gaan oplossen. Geen oud zeer meer.
Geboorte, orgasme, dood, God, zo eenvoudig is het.''
Hoe
denkt hij over de bouwfraude, de Betuwelijn, de uitbreiding van
Schiphol of de aanleg van de Afrikahaven bij zijn geliefde Ruigoord?
,,Ik doe mijn hele leven al niks anders dan me ergeren aan hoe het
eraan toegaat'', zegt Vinkenoog. ,,Maar aangezien het allemaal grote
blunders zijn, en regeren niet meer vooruitzien is, kun je ach en
wee roepen en gaan kankeren, maar dan krijg je ook kanker.''
Vinkenoog
richt zich dan ook liever op de positieve kanten van het leven.
,,Theo van Gogh heeft me ooit eens een pathologisch optimist genoemd.
Ik ben liever een pathologisch optimist dan een pathologisch pessimist.
Je wilt vechten tegen die oorlog, maar door tegen de oorlog te vechten
doe je toch weer aan die oorlog mee. 'Verdom de oorlog, beziel de
vrede'.
,,We
bevinden ons in een geweldig machtsapparaat, daarbij vergeleken
is 'Big Brother' niets. Maar het staat op springen, en het moet
springen. Ik geloof absoluut niet in de parlementaire democratie,
dat is überhaupt geen democratie. Hoed je bovendien voor de
democratie, want dan krijgt het merendeel van de mensen het voor
het zeggen, en die weten absoluut helemaal niet hoe het moet. Ik
stem wel. De laatste jaren op de SP. Jan Marijnissen doet het erg
goed. Die begint tenminste van onderop.''
Dood
Begin
augustus zaten Vinkenoog en zijn vrouw Edith tijdens de laatste
avond van het jaarlijkse festival Landjuweel in Ruigoord nog trots
op de praalwagen. ,,Die duizenden mensen met kaarsen en fakkels,
en dan een ritje in die praalwagen, verrukkelijk!'', zegt Vinkenoog
die altijd nauw bij het kunstenaarsgezelschap in Ruigoord betrokken
is geweest.
,,Het
eerste Landjuweel was echt een duinlandschap'', vertelt hij. ,,Met
een heuveltje, een paar weitjes en struikgewassen en kleine bomen.
De natuur heeft daar dertig jaar zijn gang kunnen gaan. Nu is al
dat moois platgewalst voor de aanleg van de Afrikahaven. Er komt
wel weer gras uit de grond, maar boven de daken zie je al die waanzinnige
kranen die miljoenen hebben gekost, en al jaren niets doen. En in
de Afrikahaven is een prachtig openlucht zwembad ontstaan.''
Op
18 juli jl. werd Vinkenoog 75 jaar, een leeftijd waarop velen zich
gereed maken voor de dood. Vinkenoog zeker niet? ,,Tuurlijk wel.
Dat doe je je hele leven als je bewust leeft. Bij alles wat je doet,
weet je dat er een einde aan komt. Maar ik ben nog niet toe aan
afscheid nemen, ik wil nog heel lang mee. Wel zie ik zoveel mensen
mij ontvallen. Er zijn veel mensen die vereenzamen omdat ze alleen
maar met tijdgenoten omgaan. Zelfs mensen in de 50 of 60 hebben
om die reden al de neiging te sterven.''
Lachend:
,,Ik wil op mijn 86-ste nog blowen. Ik heb nog altijd werk te doen,
en ik vind dat ik een leuke stiel beoefen. Vind het heerlijk het
verloop van de seizoen mee te maken, hier op deze tuin. En straks
hebben we weer het heerlijke leven in de stad. Ach ja... Amsterdam
is nog steeds wat ik het noem: Madmaster... keer het om.''
Simon
Vinkenoog staat op, pakt een bezem, en begint wat bloemen en bladeren
weg te vegen. ,,Je gaat me toch niet wegvegen'', vraag ik hem. ,,Jawel.''
Marina
Groen
Simon
Vinkenoog, Herem'ntijd, Kroniekschrijving van 30 jaar Wereld in
Beweging, ISBN 90 6229 056 6, Bres BV, Amsterdam
Naar
boven |