Uit:
Ravage #9 van 27 juni 2004
Kromspraak
in Zweedse Eurotop processen
Nederlander
ten onrechte verdacht
Op
3 juni om ongeveer half twaalf 's avonds wordt op de Amsterdamse
Nieuwendijk een jongeman gearresteerd. Tegen hem loopt al enige
tijd een uitleveringsverzoek vanuit Zweden. Dit in verband met de
ongeregeldheden tijdens de Eurotop in het Zweedse Göteborg,
zomer 2001.
Maarten
is een van de tientallen Nederlanders die in de zomer van 2001 afreist
naar het Zweedse Göteborg om deel te kunnen nemen aan de protesten
tegen de Eurotop. Vroeg in de ochtend van 14 juni arriveert hij
met de boot in de havenstad. Hij besluit de nacht door te brengen
in de Hvitfeldtska school omdat daar de medewerkers van de Nederlandse
kookgroep Rampenplan verblijven.
,,Ik
ken een aantal van hen en had gehoord dat deze plek door de gemeente
was aangewezen als slaapplaats voor de demonstranten'', vertelt
Maarten. Als hij de volgende ochtend wakker wordt, is het gebouw
omsingeld door de politie. De reden hiervoor is onduidelijk. Tot
dan hadden zich in de stad nog geen ongeregeldheden voorgedaan.
De
politie weigert verdere mededelingen te doen dan dat de logees gesommeerd
worden in het schoolgebouw te blijven. Na verloop van tijd maakt
het politiekordon plaats voor zeecontainers die in een cirkel om
het gebouw worden.
Uitbraak
Tijdens
een in de middag belegde vergadering in het schoolgebouw wordt besloten
om als groep op geweldloze wijze naar buiten te lopen. ,,De politie
reageerde op deze geweldloze 'uitbraakactie' door met stalen knuppels
op ons in te slaan, en ons met charges te paard terug te drijven.
Voorzover mogelijk trokken we ons terug in de school, waarbij enkele
stenen werden gegooid. Ik kreeg van deze gebeurtenissen weinig mee,
want ik was snel weer teruggekeerd in het gebouw'', aldus Maarten.
Omdat
men de inschatting maakt dat de politie alle aanwezigen in het gebouw
zal aanhouden, wordt er geprobeerd om in kleine groepjes over de
containerwand te klimmen. Anderen verlaten het gebouw om zich 'over
te geven'. Om een uur of negen 's avonds gaat het gerucht dat de
politie de school zal binnen vallen. Maarten besluit daarop mee
te gaan met een groep (achteraf gezien de laatste) die zou proberen
om over de containers te klimmen.
Maarten:
,,Ik liep mee naar de containers en klom er bovenop. Vervolgens
trok ik anderen .. Na verloop van tijd word ik door een
agent, die zich eveneeens op de containers bevindt, gesommeerd aan
de binnenzijde van de containerwand naar beneden te springen. Nadat
ik daartoe aanstalten maak, geeft die agent mij een duw in de rug
waardoor ik van de container val. Vervolgens wordt ik door zo'n
vier agenten besprongen. Mijn hoofd wordt hardhandig tegen de grond
geduwd en ze 'stampen' op mijn knieën en voeten. Ik krijg (in
het Engels) te horen dat ze me dood zullen maken als ik me zou bewegen.
Ze laten me ongeveer een half uur zo liggen.''
Vervolgens
wordt Maarten samen met anderen in een gereedstaande bus naar het
hoofdbureau van politie gebracht. Daar moeten ze de rest van de
nacht met tie-rips (plastic handboeien) om in de bussen blijven
zitten. De volgende dag worden de meeste arrestanten uit de bussen
verwijder en vrij gelaten. Maarten blijft als een van de weinigen
achter.
Maarten:
,,Ik werd naar binnen gebracht waar een politieagent in burgerkleding
me vertelde dat ik gedeporteerd zal worden. Op mijn vraag waarom
antwoordde hij dat ik naar Göteborg gekomen zou zijn om voor
problemen te zorgen. Op mijn tegenwerping dat dat niet waar was,
zei hij dat het niet uitmaakte en dat ik toch zou worden uitgezet
naar Nederland. Hierop werd ik naar een deportatiecentrum gebracht
waar ik de nacht doorbracht. Op 16 juni werd ik via Hamburg naar
Schiphol gevlogen. In Amsterdam aangekomen zeiden ze me dat ik vrij
was om te gaan.''
Aanklacht
Terug
in Nederland besluit Maarten een klacht in te dienen tegen de Zweedse
justitie. Dit omdat hij zonder reden in de school was vastgehouden
om vervolgens te worden gedeporteerd. Terwijl anderen de volgende
ochtend weer vrij werden gelaten. De Zweedse justitie laat vervolgens
weten dat de klacht niet in behandeling zal worden genomen.
Enige
tijd later krijgt Maarten van de Zweedse arrestantengroep (een club
die zich belangeloos inzet voor het lot van arrestanten -red.) te
horen dat er een aanklacht tegen hem was ingediend wegens 'våldsamt
upplopp', vrij vertaald: 'deelname aan een gewelddadig oproer',
en openbare geweldpleging .
Maarten:
,,Ik liet de aanklacht vertalen en het bleek echt flauwekul. Ik
zou met een grote stok op de containers zijn geklommen en vervolgens
een agent op de achterkant van zijn hoofd hebben geslagen. Uit videobeelden
die ik heb verzameld blijkt dat dit onzin is. Er is duidelijk te
zien dat ik me alleen bezig heb gehouden met het . trekken
van mensen. Ik had geen stok in mijn handen en heb niemand geslagen.''
Ook
gezien de getuigenverklaringen lijkt de kans groot dat Maarten goede
kans maakt om deze zaak te winnen. De eerste getuige, de agent die
op zijn hoofd zou zijn geslagen, heeft niet gezien wie dat gedaan
zou hebben. De tweede getuige is een andere agent. Hij beschrijft
de persoon die de klap zou hebben uitgedeeld als volgt: blauwe jeans
en sprietig, piekig haar. Maarten had ten tijde van het gebeuren
een zwarte broek aan en was helemaal kaalgeschoren. Ook bij een
latere foto-confrontatie herhaalt de agent dat hij denkt dat het
Maarten is, maar dat de persoon die de agent sloeg meer haar had.
Een derde agent verklaart dat de persoon die hij arresteerde (omdat
er geroepen werd dat deze een agent had geslagen) halflang haar
had.
Daarnaast
zijn er nog videobeelden gemaakt van Maarten op de containers bij
de Hvitfeldtska school. Op deze beelden is te zien dat hij niet
voldoet aan de (nogal uiteenlopende) persoonsbeschrijvingen en dat
hij bovendien geen stok in zijn hand heeft. Ook is te zien dat hij
uit de buurt blijft van de agenten (die ook op de containers staan)
en slechts bezig is andere mensen op de containers te helpen. Dit
alles gaat op een rustige manier en de agenten die op een paar meter
afstand staan, wekken niet de indruk er net een van hen met een
stok op zijn hoofd is geslagen.
Hoge
straffen
Op
het eerste gezicht lijkt het een eenvoudig te winnen zaak, daar
elk bewijs voor de aanklacht ontbreekt. Maar de rechtszaken van
de ruim zestig personen die eerder werden veroordeeld voor hun (vermeende)
aandeel in de rellen tijdens de Eurotop in Göteborg zijn niet
bepaald toonbeelden van objectieve rechtspraak.
Zo
werd er voorafgaande elke rechtszaak een videocompilatie van de
rellen in Göteborg getoond, ook als de zaak van de verdachte
daar niks mee te maken had. Daarnaast werden er standaard straatstenen
voor de rechters op de tafel gelegd als 'bewijsmateriaal', zelfs
in geval verdachte niet werd verdacht van het gooien van stenen.
De toon was daarmee in elk geval gezet.
Ook
werden er voor Zweedse begrippen buitensporig hoge straffen uitgedeeld,
die gemiddeld tien maal hoger uitvielen dan de straffen die voor
vergelijkbare vergrijpen in Zweden worden gegeven. Voor 'våldsamt
upplopp' lag dit zelfs zeventien keer hoger. Daarnaast werden personen
waarvan bekend was dat ze politiek actief waren voor een zelfde
delict hoger gestraft dan 'niet-politieke' verdachten.
In
diverse rechtszaken rees op z'n minst het vermoeden dat politie
en justitie met bewijsmateriaal hadden geknoeid, bewijsmateriaal
zouden hebben laten verdwijnen of domweg geweigerd hebben materiaal
af te geven. In een aantal zaken is dit zelfs onomstotelijk aangetoond.
Vervalst
bewijs
Het
meest schrijnende voorval is de zaak van Hannes Westberg. Hij werd
tijdens een van de demonstraties door een politieagent in zijn buik
geschoten. Tijdens de behandeling van zijn zaak liet de politie
videobeelden zien waaruit zou moeten blijken dat de politieagent
die op Westberg zou hebben geschoten hiertoe gerechtigd was. De
rechtbank veroordeelde Westberg op grond van deze beelden tot acht
maanden cel.
Nadat
de cameraman, die deze beelden had gemaakt, het in de rechtszaal
vertoonde 'bewijsmateriaal' onder ogen kwam, constateerde hij dat
ermee was geknoeid. De politie had de beelden van stenen gooiende
gemaskerde personen, die waren gemaakt op een ander moment, plaats
en tijdstip, erin gemonteerd. Verder bleken er beelden van het politiegeweld
uit de film te zijn verwijderd en werden er ook gescandeerde leuzen
uit een andere demonstratie gebruikt.
Uit
ongemanipuleerde beelden van de gebeurtenis bleek vervolgens dat
Westberg weliswaar op knullige wijze een steen gooide, maar dat
er absoluut geen sprake was - zoals de politie wilde doen geloven
- van een agressieve menigte die de politie aanviel. De rechtbank
vond het vervalsen van de videobeelden echter geen reden om de zaak
te heropenen.
Een
ander voorbeeld van kromme rechtspraak is dat van een twintigjarige
jongeman die op grond van verklaringen van een undercover agent
werd opgepakt. Volgens de agent had de jongen op een bijeenkomst
voorafgaand aan de top anderen opgejut. Hij 'moedigde anderen op
agressieve toon aan om te gaan vechten' en 'verklaarde dat er problemen
zouden komen als de "klote smeris" hen zou proberen tegen te houden',
aldus de agent.
Deze
bijeenkomst (inclusief de undercover agent) werd echter gefilmd.
Uit de beelden blijkt dat de verdachte niet gesproken heeft over
vechten, nooit termen als 'klote smeris' heeft gebruikt en alleen
sprak over de plannen van de zogenaamde 'witte overalls' om symbolisch
en geweldloos de Eurotop te bestormen. De rechtbank vond het ook
hier echter niet nodig om de zaak te herzien.
Uitlevering
De
Zweedse solidariteitsgroep, die zich bezig houdt met de nasleep
van de ongeregeldheden, ontraadde op een gegeven moment mensen om
een klacht in te dienen of als getuige op te treden. Het risico
om, net als Maarten, vervolgens zelf te worden aangeklaagd zou immers
te groot zijn.
Zo
werd een Noorse jongen bij de inval in een andere school, de Schillerska
school, ernstig mishandeld door een speciale politie-eenheid. Toen
hij na lang aarzelen een klacht indiende, kreeg hij prompt een aanklacht
aan zijn broek. Het zelfde overkwam mensen die optraden als getuige
voor aangeklaagde activisten.
Het
staat dus helemaal niet vast dat Maarten een eerlijk proces krijgt
en dat het allemaal wel los zal lopen. Want hoewel de Hoge Raad
in enkele zaken besloot tot lagere straffen, een door de regering
ingestelde commissie zeer kritisch oordeelde over het politieoptreden,
en er aantoonbaar geknoeid is met bewijsmateriaal, zag de rechtbank
in Göteborg geen reden om nog eens kritisch naar haar eigen
werk te kijken.
Men
zag geen aanleiding om reeds gedane zaken te heropenen en de rechtbank
ging, ook na de uitspraken van de Hoge Raad, gewoon door met het
uitdelen van bijzonder hoge straffen. Naar eigen zeggen zou het
anders oneerlijk zijn geweest tegenover de personen die in eerdere
rechtszaken hoge straffen kregen opgelegd.
Op
de avond van 3 juni wordt Maarten, die door de Nederlandse autoriteiten
werd gezocht, in Amsterdam van straat geplukt. Na een kort verblijf
in de politiecel en het het afstaan van z'n paspoort wordt hij weer
vrij gelaten. Wat er nu met Maartens zaak gebeurt is onduidelijk.
,,In
eerste instantie wilde ik proberen mijn proces in Nederland te laten
voeren, want ik heb weinig vertrouwen in de Zweedse rechtbanken'',
zegt Maarten. ,,Maar Nederland levert haar onderdanen echter erg
makkelijk uit, zodat een proces hier onwaarschijnlijk lijkt. De
Zweedse openbaar aanklager heeft tegen mijn advocaat gezegd dat
Zweedse politieagenten mij eerst in Nederland willen verhoren, voordat
het tot een (mogelijk) proces komt. Ik heb mijn paspoort ingeleverd
en moet me beschikbaar houden voor onderzoek.''
Steungroep
Maarten
Nadat
Maarten op 3 juni werd aangehouden, hielden vijftig sympathisanten
die nacht een lawaaiactie bij het politiebureau. Maarten kwam enkele
dagen later vrij. Inmiddels is er een solidariteitsgroep voor de
man in het leven geroepen, welke een brochure heeft uitgegeven en
informatie over de zaak op de volgende website beschikbaar heeft
gesteld: www.steunmaarten.org
Naar
boven |