Uit:
Ravage #3, 21 februari 2003
Kissinger
vreest vervolging
De
Amerikaanse oud-minister van Buitenlandse Zaken, Henry Kissinger,
is onlangs afgetreden als voorzitter van de commissie die een onderzoek
instelt naar de terreuraanslagen van 11 september. Ernstige kritiek
vanwege zijn zakelijke belangen en beschuldigingen over zijn verleden
lagen hieraan ten grondslag.
'De
Verenigde Staten zien het als haar belangrijkste taak om oorlogsmisdadigers
en internationale terroristen op te pakken en te berechten. Maar
binnen de Amerikaanse politieke en journalistieke cultuur is er
geen ruimte voor de gedachte dat Amerika zelf onderdak en bescherming
biedt aan een van de ergste oorlogsmisdadigers', zo stelt de journalist
Christopher Hitchens.
Met
zijn recente boek 'The trial of Henry Kissinger' probeert hij dit
stilzwijgen te doorbreken. Zijn doel is daarbij niet zo zeer om
de 76-jarige Henry Kissinger achter tralies te krijgen. Het gaat
Hitchens er om de grotendeels onwetende Amerikaanse bevolking duidelijk
te maken dat hun simplistische indeling van de wereld in "kwaden"
en "goeden" (waaronder altijd de Verenigde Staten) onjuist is.
Dat
Kissinger de laatste jaren steeds meer onder vuur is komen te liggen
is voor een belangrijk deel te danken aan het National Security
Archive van de George Washington University. Deze instelling dwingt
op basis van de Freedom of Information Act toegang tot officiële
documenten af. Kissinger speelde in de periode 1969-1977 een hoofdrol
in de Amerikaanse buitenlandse politiek, en dat is thans lang genoeg
geleden om tot openbaarmaking over te gaan.
Onlangs
nog werd Kissinger gedwongen om 30.000 pagina's verslag van zijn
officiële telefoongesprekken aan het Nationaal Archief af te
staan. Waarschijnlijk zullen ze volgend jaar (met enkele doorhalingen)
vrij worden gegeven. Ook buitenlandse archieven over deze periode
gaan steeds meer open. 'Kissinger is nu een bange man. Hij vreest
de onthullingen die zullen komen', meent Hitches.
Pinochet
Het
succes van de actie om de Chileense ex-dictator Pinochet te vervolgen,
vormde een belangrijke stimulans voor de huidige campagne voor de
berechting van Kissinger. Het e-mail actiebulletin van de International
Campaign against Impunity "Pinochet Watch" is vervangen door een
"Kissinger Watch".
Een
van de laatste daden van president Clinton was de declassificatie
van alle documenten die een licht kunnen werpen op de schendingen
van de mensenrechten gedurende en voorafgaand aan het Pinochet-tijdperk
in Chili. Deze documenten tonen aan dat Kissinger steun verleende
aan de staatsgreep tegen de democratisch gekozen regering van Chili,
dat hij betrokken was bij het opstellen van een lijst van 20.000
mensen die vermoord moesten worden en bij de moord op de opperbevelhebber
van het Chileense leger, generaal Schneider. De CIA heeft toegegeven
de moordenaars na hun daad 35.000 dollar te hebben betaald.
De
kinderen van Schneider zijn bij het federale hof in Washington een
rechtszaak tegen Kissinger begonnen, zij eisen drie miljoen dollar
schadevergoeding. In een andere rechtszaak eist de echtgenote van
de Amerikaanse journalist/filmer Horman, vermoord in Chili, van
Kissinger 4,9 miljoen dollar.
Op
verzoek van de Argentijnse regering zegde de regering-Clinton in
2000 toe de documentatie vrij te geven over de Amerikaanse contacten
met Argentinië uit de tijd van de staatsgreep. In augustus
jl. zijn opnieuw 4.667 documenten vrijgekomen. Uit deze documentatie
blijkt dat Kissinger het generaalsbewind in Argentinië aanmoedigde
bij de vervolging van 'terroristen'. Naar schatting 15.000 mensen
werden gemarteld, gedood of worden vermist.
De
Argentijnse regering stelt ook een onderzoek in naar de Operatie
Condor, waarbij Kissinger een "potentiële getuige of verdachte"
is. Het betreft een gezamenlijke operatie met doodseskaders van
zes Latijns-Amerikaanse dictaturen die werd gecoördineerd vanuit
een Amerikaanse militaire basis in Panama.
Belediging
Kissinger
kan thans nergens meer in het openbaar optreden zonder te worden
lastig gevallen over zijn verleden. In mei 2001 klopte de Franse
criminele politie aan bij Ritz Hotel in Parijs om Kissinger te ondervragen
over de verdwijning van vijf Fransen indertijd in Chili. Hij weigerde
en verliet het land zo snel mogelijk. Vervolgens eiste ook het Chileense
hooggerechtshof een getuigenis van Kissinger.
De
regering-Bush reageerde fel op deze stap. Een woordvoerder verklaarde
dat hierdoor twijfels waren gerezen over het geplande Internationaal
Gerechtshof in Den Haag: ,,Het gevaar van het Internationaal Gerechtshof
is dat Amerikaanse burgers in het buitenland als gevolg van zulke
politiek gemotiveerde klachten gearresteerd en vervolgd zullen worden.''
Toen
Kissinger in februari jl. door 400 demonstranten werd opgewacht
bij een bezoek aan de universiteit van Cork in Ierland, noemde hij
het een belediging met Milosevic vergeleken te worden. Een maand
later moest hij op het laatst afzien van een bezoek aan Brazilië.
De Braziliaanse regering had hem gewaarschuwd dat zij niet zou kunnen
verhinderen dat hij aangeklaagd zou worden.
In
april jl. kwam Kissinger naar Londen om voor 25.000 dollar een lezing
te geven voor industriëlen. Rechters uit Spanje en Frankrijk
vroegen via interpol aan de Britse regering om Kissinger op te sluiten
"wegens daden van internationaal terrorisme". Pas toen de Britse
regering Kissinger verzekerde dat hij niet opgepakt zou worden besloot
hij naar Londen te reizen.
Kissinger
reageerde fel op de beschuldigingen. ,,Ze proberen universele mensenrechten
te gebruiken voor afrekeningen over gebeurtenissen van 30 jaar geleden.''
Hij vroeg zich af ,,of gerechtshoven wel de juiste instellingen
zijn om te oordelen.''
Ook
Duitsland is nu een gevaarlijk land voor Kissinger. Telkens als
hij naar Duitsland wilde reizen werd het ministerie van Justitie
in Berlijn door de Amerikaanse ambassade gevraagd in hoeverre dit
problemen zou geven. Op 30 juni jl. werd echter een "Völkerstrafgezetzbuch"
van kracht en woordvoerders van het ministerie van Justitie verklaarden
tegenover het weekblad Der Spiegel dat een rechtszaak tegen Kissinger
wegens volkenmoord zeker tot de mogelijkheden behoort.
Bombardementen
Een
ander punt in de discussie rond Kissinger betreft Vietnam. Tijdens
het bezoek van Kissinger aan Londen eiste een Britse mensenrechtenadvocaat
dat Kissinger gearresteerd zou worden wegens schendingen van de
mensenrechten in Indo-China. De Londense rechter wees het verzoek
af. Als reden werd opgegeven dat het bewijsmateriaal onvoldoende
was. Voor de advocaat was dit aanleiding om een nieuwe, beter gefundeerde
aanklacht tegen Kissinger voor te bereiden.
Het
ergste verwijt aan Kissinger over Vietnam is dat hij in 1968 namens
de Democratische regering-Johnson met de Vietnamezen onderhandelde
over vrede. Maar tegelijk saboteerde hij deze besprekingen door
de Vietnamezen te beloven dat ze na de verkiezingen onder een Republikeinse
president een beter akkoord zouden kunnen sluiten. De Vietnamezen
braken de besprekingen af. Het gevolg was een verlenging van de
oorlog met vier jaar.
Het
bezorgde Kissinger een prachtige carrière bij de Republikeinen.
Volgens een schatting van het Amerikaanse Senaat zijn in Vietnam
drie miljoen burgers gedood. Kissinger dreigde tijdens de onderhandelingen
verscheidene malen om atoombommen tegen de Vietnamezen te gebruiken.
Kissinger
wordt ook verweten dat hij in 1969-1975 in strijd met de Amerikaanse
grondwet en met het internationale recht massale bombardementen
op Laos en Cambodja liet uitvoeren. Hierdoor vielen in Laos 350.000
doden. In Cambodja vielen volgens een onderzoek van de Finse regering
bij deze "eerste fase van de holocaust" 600.000 doden.
Tijdens
een tweede fase onder het regime van Pol Pot (1975-1978) werden
opnieuw honderdduizenden Cambodjanen gedood. Pot werd vervolgens
in de periode 1979-1991 door de Verenigde Staten economisch, militair
en politiek gesteund. Thans eisen de Verenigde Naties een onderzoek
naar de moorden in Cambodja, maar gevreesd wordt dat het mandaat
zal worden beperkt tot de "tweede fase van de holocaust" zodat de
Verenigde Staten buiten schot blijven.
Militaire
steun
Eind
vorig jaar vrijgegeven officiële Amerikaanse documenten bewijzen
voor het eerst dat Kissinger in 1975 Indonesië het groene licht
gaf voor de verovering van de Portugese kolonie Oost-Timor. Kissinger
stelde tegelijk een verdubbeling van de Amerikaanse wapenleveranties
aan Indonesië voor.
,,Kissinger
en president Ford gaven Soeharto het groene licht. Wij kregen opdracht
het Indonesische leger alles te geven wat ze wilden. Zonder voortdurende
grootscheepse Amerikaanse militaire steun zouden de Indonesiërs
niet in staat geweest zijn tot de invasie'', verklaarde de CIA operations
officer in Jakarta Philip Liechty. Omdat de Amerikaanse wapens slechts
gebruikt mochten worden voor zelfverdediging schond Kissinger ook
Amerikaanse wetten. De Indonesische bezetting van Oost-Timor zou
200.000 mensen (een derde van de bevolking) het leven kosten.
Indonesië
staat onder internationale druk om tot een tribunaal te komen voor
de genocide op Oost-Timor. 'Kissinger zal deze ontwikkeling met
bezorgdheid volgen, en zich afvragen of er nog meer onthullingen
over zijn rol zullen komen', concludeert Hitches in zijn boek.
De
lijst van beschuldigingen tegen Kissinger is lang. Zo zou hij op
Cyprus betrokken zijn geweest bij de coup in 1974 tegen de democratisch
gekozen president, aartsbisschop Makarios, door het Griekse kolonelsregime.
Dit vormde een aanmoediging voor de Turkse invasie en de deling
van het eiland.
Gedurende
de periode 1972-1975 was Kissinger betrokken bij de rekrutering,
aanmoediging en bewapening van de Koerden om in opstand te komen
tegen Sadam Hussein. Dit gebeurde op verzoek van de Sjah van Iran.
Toen Sadam en de Sjah vervolgens een akkoord sloten werden de Koerden
in de steek gelaten en door Sadam uitgeroeid.
In
dezelfde periode werd in Afrika de Portugese kolonie Angola onafhankelijk,
en net als in Oost-Timor wilde Kissinger ook hier verhinderen dat
een linkse bevrijdingsbeweging aan de macht kwam. Hoewel de Sovjet
Unie en haar satellieten drie jaar eerder hun steun aan de linkse
MPLA stopgezet hadden, verkondigde Kissinger dat er in Angola sprake
was van "Sovjet agressie".
Toen
UNITA-leider Savimbi met de MPLA wilde onderhandelen om een burgeroorlog
te voorkomen werd hij door de CIA teruggefloten. Daarbij zegde Kissinger
aan Savimbi blijvende Amerikaanse militaire steun toe. Dit was het
begin van een lange oorlog, die pas begin dit jaar eindigde. Vijftien
jaar lang leverden de Amerikanen in nauwe samenwerking met Zuid-Afrika
aan UNITA de benodigde wapens. Volgens een recente schatting van
de CIA verloren mogelijk 1,5 miljoen Angolezen het leven.
Campagne
Het
zal niet verbazen dat Kissinger een prominente plaats inneemt bij
de huidige Amerikaanse campagne tegen het Internationaal Strafhof.
In een artikel in het Amerikaanse blad Foreign Affairs sprak hij
minachtend over een ,,inquisitie en heksenjacht'' en een ,,dictatuur
van de deugdzamen''. Kissinger: ,,We moeten niet toestaan dat legale
principes worden gebruikt als wapen voor politieke afrekeningen.''
Kissinger
verklaarde in Foreign Affairs heel goed te weten waarvoor mensenrechten
dienden, omdat hij zelf aan de basis had gestaan van de Helsinki-akkoorden
in 1975. Deze mensenrechteninitiatieven waren volgens hem ,,primair
bedoeld als een diplomatiek wapen dat ingezet zou worden tegen de
Sovjet Unie wegens de behandeling van haar eigen bevolking en de
andere onderdrukte volkeren, en niet als legaal wapen tegen individuele
leiders voor buitenlandse gerechtshoven.''
De
kans dat Kissinger daadwerkelijk berecht zal worden, is klein. Maar
de huidige campagne kan er mogelijk toe bijdragen dat de huidige
Amerikaanse leiders wat zorgvuldiger rekening houden met het internationale
recht bij toekomstige oorlogen en bij hun vervanging van buitenlandse
regeringen.
Sietze
Bosgra
C.
Hitchens: 'The trial of Henry Kissinger'. Uitgeverij Verso, 2001.
Naar
boven |