Uit:
Ravage #2, 31 januari 2003
Geweld
in de sloppenwijk
De
film 'City of God' heeft in Brazilië tot verhitte debatten
geleid. Op overtuigend realistische wijze toont het de armoede en
het geweld in de Braziliaanse sloppenwijken. Misschien dat daar
nu eindelijk wat aan wordt gedaan.
City
Of God (Cidade De Deus) van de Braziliaanse regisseur Fernando Meirelles
is een explosief voorbeeld van de bloeiende nieuwe Latijns-Amerikaanse
cinema. De film volgt twintig jaar lang het leven van een aantal
personages in een favela (sloppenwijk) in Rio de Janeiro. Deze favela's
zijn geconstrueerd door de overheid om de armen ver weg te houden
van het stadscentrum en de goddelijke stranden. Gewelddadige bendes
maken er de dienst uit.
De
film is meer dan een weergave van de Braziliaanse werkelijkheid.
Ook in onze zogenaamd beschaafde westerse samenleving zijn dergelijke
rafelrand-samenlevingen in opkomst, achterstandsbuitenwijken in
Parijs, Brussel en Amsterdam bewijzen dat. Wat te denken van de
jeugdbende die Amsterdam-West terroriseert en ongrijpbaar blijft
voor de politie. Deze jongens hebben inmiddels, evenals de bendes
in City of God, een bijna mythische status gekregen.
City
of God is zeer gewelddadig, maar verheerlijkt het geweld niet. Het
geweld is niet om te amuseren, daarvoor is het te realistisch en
worden de ontzielde lichamen van de jonge geweldslachtoffers te
uitvoerig in beeld gebracht. Bovendien geeft de film een uitmuntende
analyse van de machocultuur onder de vuurwapen dragende (extreem)
jonge jongens. Law and order is in de favela, evenals in de sloppenwijken
van Gangs of New York, afwezig. Alsof de mensenlevens in de favela
minder waarde hebben.
City
of God is gebaseerd op een autobiografisch boek van Paulo Lins en
bestaat uit een serie korte verhalen waarin de speciale aandacht
uitgaat naar twee jongens: Rocket die ervan droomt fotograaf te
worden en zijn vriend Ze die groot wil worden in de wereld van de
georganiseerde misdaad.
Voor
elk van drie verschillende tijdvakken gebruikt cameraman Cesar Charlone
een andere visuele stijl. Zijn nerveuze camerawerk met behulp van
handcamera's zorgt voor een nieuw soort sociaal-realisme. Het feit
dat de film gedraaid is in een bestaande favela, zorgt voor een
zeer overtuigend realisme.
In
de echte City of God kon niet worden gefilmd, daarvoor is deze te
gevaarlijk. Een alternatieve lokatie werd gevonden. De gangsterbaas
van die lokatie zat in de gevangenis maar wist er vanachter de tralies
voor te zorgen dat de filmmakers veilig konden werken. De 200 acteurs
werden uit diverse sloppenwijken gerekruteerd en een half jaar getraind.
Dit alles heeft geleid tot een tomeloze authenticiteit.
City
of God heeft tot verhitte debatten geleid in Brazilië en tot
het besef dat er wat gedaan moet worden aan de schokkende armoede
in de sloppenwijken van Rio. Er zijn weinig films die zoiets bewerkstelligen.
Hopelijk is de productie van Fernando Meirelles geen visitekaartje
voor Hollywood, laat hem doorgaan met zijn bevlogen sociaal-realisme.
Ulrik
van Tongeren
...................
Wurgende
actie
Het
indrukwekkende 'Bloody Sunday' van regisseur Paul Greengrass is
een controversiële reconstructie van de slachtpartij op 30
januari 1972 in het Noord-Ierse Derry. De film is gebaseerd op verklaringen
van zowel demonstranten als soldaten, weergegeven in Don Mullan's
'Eyewitness Bloody Sunday'.
James
Nesbitt speelt subliem ingehouden de mensenrechtenactivist Ivan
Cooper, een protestant uit de middenklasse en gekozen parlementslid,
die oproept tot een mars voor gelijke rechten. Cooper probeert beide
zijden van de religieuze scheidslijn in het gareel te houden. De
Engelse generaal Ford gebruikte het militaire optreden om de controle
over het gebied te houden, zoals in de film wordt getoond.
Historici
zullen heel wat af te dingen hebben op de weergave van de feiten.
Zoals het verbijsterende moment wanneer een para een zwaargewonde
man in de rug schiet. Volgens het onderzoek stond de soldaat verder
weg. Het feit van de laffe daad blijft.
Zulke
dichterlijke vrijheden zijn inherent aan het dramatiseren van waar
gebeurde gebeurtenissen. Ondanks de 100 miljoen pond kostende parlementaire-enquête
van Lord Saville blijft de grote vraag overeind waarom deze demonstratie
uitliep op een 'Killing Fields' slachtpartij?
De
hyperdocumentaire stijl van de film met de uitgebleekte kleuren
en de wobbelende handcamera heeft al tot beschuldigingen van manipulatie
geleid. Maar hoe zou het anders gefilmd kunnen zijn dan op deze
wijze? Regisseur Greengrass gooit de kijker middenin de wurgende
actie zonder sentimentele ballast, zodat je mee kan leven met het
vreselijke lot van de demonstranten.
Duidelijk
is dat de regisseur en zijn team Gillo Pontecorvo's meesterwerk
Battle of Algiers als voorbeeld hebben gebruikt voor hun enscenering.
Evenals deze film slaagt Bloody Sunday erin om niet alleen de chaos
en emotie van de geweldexplosie te tonen, maar ook de complexiteit
van het politieke conflict. (UvT)
Naar
boven |