Uit: Ravage #2, 31 januari 2003

Een verguisd schrijver

De schrijver en journalist Jacques Gans (1907-1972) had van politieke incorrectheid zijn politieke overtuiging gemaakt. Geen enkele autoriteit was voor hem heilig. Hierdoor maakte hij zich op den duur overal onmogelijk, behalve, gek genoeg, bij De Telegraaf.

Het waren zijn columns in de krant van wakker Nederland, die Jacques Gans vanaf midden jaren '50 bekend maakten bij een groot publiek. Omdat hij geen angst kende om, met de pen, op welke autoriteit dan ook in te hakken, groeide hij al snel uit, tot een held van menig kleinburger. Toch geeft het etiket 'Telegraaf-columnist' een vertekend beeld van één van de kleurrijkste schrijvers van het midden van de vorige eeuw. Het is te danken aan de biografie van Willem Maas dat dit beeld, dertig jaar na zijn dood, alsnog recht wordt gezet.

In de jaren '20 ontvluchtte Gans nog de Nederlandse maatschappij - die hij veel te bekrompen vond - naar Parijs om daar naar het voorbeeld van Nescio's Uitvreter als bohémien te leven. Toen hij meer politiek geëngageerd raakte, trok hij begin jaren dertig naar Berlijn waar hij aan de zijde van de communisten letterlijk tegen het opkomende nazisme te vechten.

Als schrijver behoorde hij tot de Podium-generatie en was hij bevriend met Ter Braak en Du Perron. Toen Jacques Gans moeite had om zijn artikelen gepubliceerd te krijgen, kreeg hij van Du Perron zelfs de kans om zijn naam onder de artikelen te zetten, zodat ze ineens wél werden gepubliceerd.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Gans actief in het verzet. Bij het controleren van een vluchtroute kwam hij in Londen terecht. Typerend voor hem kwam hij vervolgens in de Engelse hoofdstad wederom in het verzet terecht, maar dan tegen de Nederlandse regering in ballingschap. Die leek er namelijk naar zijn overtuiging op te azen om van het oranjesentiment in bezet Nederland misbruik te maken om na de oorlog een autoritair Oranjebewind te installeren.

Persiflage

Het blijft een fascinerende vraag: hoe kan iemand die, ondanks zijn constant wisselend politieke opvattingen, altijd een felle bestrijder was van alles wat ook maar enigszins naar fascisme rook, iemand die tijdens de oorlog nog benadrukte hoe 'fout' deze collaborerende krant was, na de oorlog juist één van de boegbeelden van De Telegraaf worden?

Misschien is de beste verklaring hiervoor dat Jacques Gans politieke incorrectheid tot zijn politieke ideologie had verheven. Daarnaast was het de enige krant die bereid was om hem een regelmatig inkomen te geven.

Typerend voor de persoon Jacques Gans was de titel van een roman waar hij eind jaren dertig aan schreef: Tegen Den Stroom. Nog veel typerender was echter de gang van zaken rond deze roman. Gans had, omdat hij nooit een vaste uitgever vond en toch zeker wilde zijn van financiële inkomsten uit het manuscript dat hij schreef, een aandelensysteem bedacht. Hoewel de verkoop van de aandelen vanwege de publiciteit voor dit eigenzinnige project best goed liep, zou het manuscript uiteindelijk nooit afkomen.

In zijn hart was Gans altijd een anarchist, die zich overal waar hij kwam automatisch in de hoek van de oppositie nestelde. Zijn verzet tegen achtereenvolgens de Nederlandse burgermaatschappij, de opkomende nazistische dictatuur en de stalinistische partijdiscipline binnen communistische organisaties kon bij collega schrijvers nog op begrip rekenen. Maar toen hij zich na de oorlog nog tegen alles en iedereen bleef verzetten, nam dit begrip af.

Ook het feit dat hij vanaf het begin van zijn schrijversloopbaan de bijnaam 'Tientje' droeg, omdat hij van het lenen van tientjes een sport leek te maken, droeg er toe bij dat hij niet erg geliefd was onder collega's. Omdat hij steeds meer naar zijn eigen imago leek te handelen, werd hij op den duur in de ogen van velen een soort persiflage van zichzelf.

Begrafenis

Achteraf gezien had hij zeker niet altijd ongelijk met zijn tegendraadse opvattingen. Zo was één van de redenen dat hij na de Tweede Wereldoorlog uit moest wijken naar de zogenaamde rechtse media, zijn felle verzet tegen de koloniale politiek van de sociaal-democraat Willem Drees. In tegenstelling tot in de socialistische media, kreeg hij dáár wel de kans om zijn kritiek te uiten.

Jacques Gans ging erg ver in zijn streven naar volledige onafhankelijkheid. Hij weigerde niet alleen zich afhankelijk te maken van één politieke stroming, een staat of een werkgever, maar beschouwde zelfs het afsluiten van een verzekering, als een te grote inbreuk op zijn onafhankelijkheid. Omdat hij ook geen geld naliet, heeft uiteindelijk De Telegraaf zijn begrafenis betaald. Zo was hij die absolute onafhankelijkheid predikte, zelfs postuum nog afhankelijk van deze krant...

Maar wat rechtvaardigt deze dikke biografie over Jaqcues Gans, auteur van slechts twee romans? Maas schept het beeld van een onsympathiek personage dat zichzelf op den duur overal (behalve bij De Telegraaf) onmogelijk maakt en draagt nauwelijks iets aan waaruit blijkt dat Gans eigenlijk een groot schrijver was. Zijn levensverhaal is echter dermate boeiend dat zelfs als Jacques Gans nooit had bestaan, hij het verdiend zou hebben om als romanpersonage bedacht te worden.

De biografie is uitgebreid gedocumenteerd, met als resultaat een dikke bijlage met voetnoten. Hoewel dit de leesbaarheid van het levensverhaal in de weg zit, is het boek daardoor ook buitengewoon bruikbaar als naslagwerk voor de literaire en politieke situatie in het Europa van het Interbellum tot en met de jaren vijftig.

Carl Versteeg

Willem Maas, Jacques Gans. Biografie,
Uitgeverij de Prom, 2002.

 



Naar boven

 

 



Ravage
Archief
Overzicht 2003
Overzicht # 2

..