Uit:
Ravage #15 van 21 november 2003
Superzaad
of fiasco?
Het
areaal landbouwgrond waarop genetisch gemanipuleerde gewassen wordt
verbouwd neemt wereldwijd toe. De voorstanders spreken van superzaad.
De boeren in de landen waar deze transgene gewassen verbouwd worden,
vertellen een heel ander verhaal.
Stel
je voor, een veel milieuvriendelijkere landbouw die ook nog eens
grotere oogsten oplevert. We kunnen we de honger in de wereld oplossen
en inspelen op een groeiende wereldbevolking. Bovendien neemt de
welvaart in landen als China toe waardoor meer mensen meer vlees
gaan eten en moeten we rekening houden met een krimpend areaal landbouwgrond.
Dit
was en is nog steeds de kern van het verhaal van agrochemische bedrijven
als Syngenta en Monsanto, het bedrijf dat het woord Imagine in haar
logo voert. Met dit toekomstverhaal willen ze genetisch gemanipuleerde
gewassen geaccepteerd en geïntroduceerd krijgen.
Manipulatie
In
de loop der tijd hebben de voorstanders van gentechvoeding er enkele
argumenten aan toegevoegd: Door onze toegenomen kennis van de structuur
van planten kunnen we voedzamere gewassen maken, of planten die
minder water nodig hebben of zout-resistent zijn, et cetera. De
'genetische revolutie' in de plantenveredeling belooft ons kortom
een gouden toekomst.
Sinds
de introductie van genetisch gemanipuleerde of transgene gewassen
is het areaal flink gegroeid: van 1 miljoen hectare in 1996 naar
ongeveer 60 miljoen hectare in 2003. Het betreft met name de gewassen
soja, maïs, katoen en koolzaad. Hierbij gaat het in wezen om
twee soorten manipulatie: herbicide-resistentie en insectresistentie.
De laatste worden ook wel Bt-gewassen genoemd.
Herbicide-resistentie
is veruit de meest toegepaste vorm. Ongeveer 75 procent van alle
transgene gewassen is herbicide resistent. Dat wil zeggen dat de
plant bespoten kan worden met herbicides zonder zelf het loodje
te leggen.
Van
alle gemanipuleerde gewassen wordt 95 procent in slechts drie landen
geteeld: de VS, Canada en Argentinië. Maar de Bt-katoen tref
je ook in China, India, Australië en nog wat landen aan.
Superzaden
Volgens
Monsanto en de ISAAA, een lobbygroep van gentechbedrijven, zijn
alle boeren zeer gelukkig met de nieuwe 'superzaden'. Andere rapportages
uit de diverse landen geven echter een heel ander beeld.
In
India werden de Bt-katoenzaden aangekondigd als 'superzaden die
een veel hogere opbrengst gaan geven'. De hype die hierdoor ontstond
leidde tot groot enthousiasme om de transgene katoen te gaan telen.
Het enthousiasme sloeg om in woede toen op veel plaatsen de gentechkatoen
een complete mislukking bleek. De Bt-katoen blijkt niet erg resistent
tegen het plaaginsect. Ondanks dit fiasco heeft de overheid de teelt
ervan niet verboden, niemand ter verantwoording geroepen en de boeren
niet schadeloos gesteld. Wel is er een onderzoek gestart.
In
Canada is herbicide resistent koolzaad inmiddels een lastig te bestrijden
onkruid geworden. Dit komt met name omdat veel zaden na de oogst
in het veld achterblijven en de volgende jaren opnieuw opkomen in
een veld waar dan een ander gewas wordt geteeld. Boeren moeten nu
teruggrijpen op oudere, giftiger middelen om deze opslagplanten
te bestrijden. Het is in Canada inmiddels onmogelijk geworden om
biologisch koolzaad te telen.
In
Mexico wees nieuw onderzoek dit jaar uit dat de besmetting van inheemse
maïssoorten door gemanipuleerd gewas nog ernstiger is dan aanvankelijk
werd gedacht. In veel regio's wordt DNA in de maïs aangetroffen
dat afkomstig is van verschillende gentech-maïssoorten. Zelfs
de in 1999 wereldwijd verboden Starlinkmaïs is daarbij aangetroffen.
Mexico
wordt sinds de toetreding tot NAFTA overspoeld met goedkope maïs
uit de VS. Officieel kent het land een verbod op de teelt van gemanipuleerde
maïs, maar de enorme toestroom van maïs uit de VS ondermijnt
dit verbod.
Kaalslag
,,Ach'',
zeggen de voorstanders, ,,als de transgene gewassen zo slecht zijn,
zullen boeren ze al snel niet meer gebruiken. Aangezien het areaal
nog steeds groeit zal het wel meevallen.'' Dat lijkt een plausibel
argument, maar klopt het ook?
Neem
Argentinië, een van de drie landen waar sinds 1996 massaal
transgene gewassen, met name soja, wordt geteeld. De sojateelt is
er explosief gegroeid van 50.000 hectare in 1975 tot 13 miljoen
hectare in 2003. Dit komt met name doordat de overheid soja gebruikt
als middel om deviezen te krijgen voor het aflossen van de staatsschuld.
Deze keuze ging ten koste van de teelt van erwten, linzen en zelfs
de melkproductie, producten die Argentinië nu moet importeren.
Dit
proces ging gepaard met een kaalslag onder de kleine en middelgrote
boeren ten gunste van de grote landeigenaren, omdat de introductie
van de transgene soja voor hen gunstig was. Monsanto rekende een
lage prijs voor het bestrijdingsmiddel dat bij de gemanipuleerde
soja hoort en vroeg bovendien geen 'technologiepremie' voor de zaden,
een premie die Noord-Amerikaanse boeren wel betalen. De teelt van
transgene soja is en wordt op agressieve wijze uitgebreid ten koste
van onder meer grote delen van het regenwoud.
Daarbij
is het herbicidegebruik de afgelopen zes jaar verdubbeld. Vaak wordt
het gif vanuit sproeivliegtuigen toegediend waarbij aangrenzende
gewassen van kleine boeren worden vernietigd, het vee en de mensen
vergiftigd en de watervoorzieningen ernstig vervuild.
Door
de economische crisis is de armoede in Argentinië ernstig toegenomen.
De armen krijgen in de gaarkeukens nu een eenzijdig sojadieet wat
leidt tot allerlei gezondheidsproblemen. Dit alles in een land dat
tot 1990 meer dan zelfvoorzienend was en een divers voedselpakket
kende. Gezien het belang van soja voor de schatkist van Argentinië
zal de teelt nog verder worden uitgebreid, ondanks alle negatieve
gevolgen.
Industrieel
model
In
Colombia groeit het areaal transgene gewassen omdat de minister
van Landbouw, een ex-directeur van Syngenta, de teelt van gentechplanten
tot prioriteit verheven heeft. Niet omdat boeren hiervoor kiezen.
Bt-katoen wordt verbouwd in gebieden die onder controle staan van
paramilitaire groepen. President Uribe behoort tot de kleine elite
van grootgrondbezitters die hun landbezit de afgelopen jaren hebben
zien toenemen tot 40 procent van alle landbouwgrond. Op die gronden
zal naar alle waarschijnlijkheid een toename van gentechgewassen
te zien zijn.
Een
andere reden voor de groei van het areaal gentechgewassen komt voort
uit het feit dat onderzoek in de plantenveredeling meer en meer
gericht is op het maken van gemanipuleerde planten. Dit geldt voor
westerse landen maar evenzeer voor de internationale instituten
in ontwikkelingslanden die vallen onder CGIAR, een internationaal
agrarisch onderzoeksprogramma.
Daarbij
past gentech precies in het industriële landbouwmodel dat de
hele wereld wordt opgedrongen door de VS en de EU, instituten als
IMF en Wereldbank en uiteraard bedrijven als Monsanto maar ook Cargill,
Unilever en Nestlé. Hier gaat het niet om het bereiken van
voedselzekerheid en soevereiniteit maar om het verkrijgen van de
volledige controle over de gehele voedselketen.
Voedselzekerheid
De
WTO onderhandelingen in Cancún zijn weliswaar mislukt maar
de wens van de G-21, die voor de mislukking zorgden, is om toegang
tot de markten van VS en EU te krijgen voor de producten van hun
landbouwelites. Dat zal de kleine boeren in die landen niet helpen.
Kleine boeren hebben baat bij een fundamenteel ander landbouwbeleid:
een beleid dat voedselzekerheid en voedselsoevereiniteit centraal
stelt in plaats van productie voor de export.
Onderzoek
laat zien dat met name in het Zuiden de productie per hectare bij
kleine boeren veel hoger ligt dan bij grootschalige (monocultuur)landbouw.
De productiviteit van kleine boeren kan per hectare twee tot vijf
maal hoger zijn. Of daarbij behoefte is aan gentechgewassen is zeer
de vraag. Toch worden deze kleine boeren op diverse manieren de
transgene richting opgeduwd, onder meer door onderzoeksprogramma's
die door westerse ministeries worden gefinancierd.
Zo
financiert het Nederlandse ministerie van Ontwikkelingssamenwerking
gentechonderzoek in projecten in India en nog enkele landen. De
VS financiert de oprichting van gentechonderzoeksinstituten in met
name Afrika. Door bilaterale onderhandelingen lukt het hen landen
als Uganda, Kenya en Nigeria enthousiast te krijgen voor gentech.
Bovendien
wordt in Afrika aan de hulp ter bestrijding van Aids de voorwaarde
gesteld dat men transgene voedselhulp accepteert. Op die manier
wordt gepoogd een herhaling te voorkomen van de weigering van Zambia
gemanipuleerde maïs toe te laten. Dit was immers een ernstige
blamage was voor de gentechlobby en de VS.
Ontslagen
Ondanks
alle steun die de gentechbedrijven op diverse manieren ontvangen
is de strijd nog steeds niet beslist. De anti-gentechcampagne in
Europa heeft wereldwijd navolging gekregen.
Monsanto
blijft hard pushen om na de gemanipuleerde soja ook herbicide resistente
tarwe op de markt te krijgen, maar ontmoet hevig verzet. Het bedrijf
kondigde onlangs nieuwe ontslagen aan en liet weten een deel van
de onderzoeksactiviteiten in Europa te stoppen.
Ook
wil Monsanto stoppen met onderzoek naar pharmagewassen. Hierbij
gaat het om de productie van medische stoffen in planten zoals groeihormonen
en anti-conceptiemiddelen. In de VS zijn reeds honderden veldproeven
met dit soort gewassen in het open veld uitgevoerd, wat gezien de
risico's van uitkruising en andere manieren van verspreiding bijzonder
onverantwoord is.
In
de Europese Unie worden nog nauwelijks transgene gewassen geteeld.
Alleen in Spanje werd dit jaar Bt-maïs verbouwd op 50.000 hectare
overheidsgrond. Spanje, Engeland en Nederland zouden het liefst
snel meer gentechplanten toelaten maar landen als Italië, Frankrijk
en Oostenrijk zijn gelukkig veel voorzichtiger.
Hoewel
er in Nederland gentechmaïs mag worden geteeld, gebeurt dat
nog steeds niet door de afwijzende houding van de zuivelindustrie
die geen melk van koeien afneemt die gevoed worden met gemanipuleerde
maïs. Aardappelbedrijf Avebe doet wel veldproeven met hun gemanipuleerde
zetmeelpieper, welke is bestemd voor industrieel gebruik. In Wageningen
wordt onderzoek verricht naar een gentech aardappel die resistent
moet worden tegen de gevreesde phytophtora schimmel.
Wytze
de Lange
Medewerker
gentechnologie XminY Solidariteitsfonds
Monsanto
trekt zich terug uit Europa
Het
Amerikaanse agrochemieconcern Monsanto stopt met zijn omstreden
graanactiviteiten in Europa. Het besluit van de pionier op het
gebied van genetisch gemanipuleerde gewassen, onder meer met proefvelden
in Europa, maakt onderdeel uit een van een grote reorganisatie.
De
Europese weigering om gentechgewassen toe te laten heeft er niets
mee te maken, aldus Monsanto in een verklaring. Monsanto gaat
een koper zoeken voor de activiteiten. Het gaat om een hoofdkantoor
in het Britse Cambridge en kwekerijen in Frankrijk, Duitsland
en Tsjechië.
Volgens
Monsanto hebben de kwekerijen de hooggespannen verwachtingen niet
kunnen waarmaken. Dat is voor een belangrijk deel het gevolg van
de grote weerstand onder de Europese bevolking tegen genetische
aanpassing van gewassen. Actiegroeperingen hebben de afgelopen
jaren diverse keren proefvelden van het concern vernietigd.
In
de Verenigde Staten en Latijns-Amerika daarentegen is er veel
vraag naar de ontwikkelde graangewassen en sojabonen van Monsanto.
Vooral Latijns-Amerika is een groeimarkt, zo bleek uit de onlangs
gepubliceerde kwartaalcijfers.
Toch
heeft Monsanto in het laatste kwartaal van zijn eind augustus
afgesloten boekjaar een groot verlies geleden van 188 miljoen
dollar in verband met de betaling van een boete van 390 miljoen
dollar. Deze boete vloeide voort uit een schikking met de Amerikaanse
autoriteiten over vermeende vervuiling bij een vestiging in Anniston,
Alabama. Om kosten te besparen wil Monsanto in het nieuwe boekjaar
7 tot 9 procent van de huidige 13.200 banen schrappen. De directie
treft daarvoor een voorziening van 155 miljoen dollar.
Naar
boven
|