![]() |
Ravagedigitaal
4 juni 2011dd![]() ![]() |
||
|
De computer speelt vals, ik weet het zeker. Het kan niet anders, want dit kan gewoon niet. Ik had volle health en armor, ik kom uit dekking om te schieten, en binnen de seconde ben ik dood. Het ging echt van, ik word geraakt, raak uit balans, en meteen weer geraakt. Geen kans om nog terug te schieten, of zelfs te bewegen. Ik moest gewoon dood. Het spel moest me gewoon afmaken. Ik deed het gewoon te goed. Welnee, de computer speelt niet vals. Computers kunnen toch helemaal niet vals spelen. Het spel speelt vals. Of liever, de game-designer speelt vals. Vaker een collectief dan een enkele creatieve geest, valt het de game-designer niet mee onderscheid te maken tussen het de speler moeilijk en het de speler lastig maken. Moeilijkheidsgraad is niet synoniem aan spelersfrustratie. Als deus ex machina opvalt, valt het door de mand. De game-designer is God van zijn virtuele realiteit, als de schrijver van zijn boek en de regisseur van zijn film. En als de designer God is, dan is dus de speler de Messias. Alles binnen betreffende virtuele realiteit staat stil totdat de speler langskomt. De speler heeft een voorbestemde bestemming. Meestal weet de speler dat hij het spel zal winnen, uiteindelijk. Maar deze God wil dat de Messias zo lang mogelijk in zijn realiteit blijft rondhangen. Het is een zwakke God die de speler niet kan laten gaan. Het is een echte God die bereid is de Messias op te offeren. Geef de schuld maar aan God. Wat je allemaal wel niet kunt leren van games. Wellicht meer dan van films. Wat op zich alweer meer was dan van boeken. Dat heet progressie. Het één sluit het ander niet uit, maar the new kid in town is vaak wel dominant aanwezig. Het is nét politiek. Keer op keer kom je er achter dat elke vorm van keuzevrijheid schijn is. Lijkt het soms niet net dat welke keuze je ook maakt, het maakt toch niet uit? Hoe dwaas is het om vrijheid te zoeken in een kunstmatig gecreëerde werkelijkheid. Niet elke game laat de speler free-roamen. Als je het niet eindeloos tegen elkaar opneemt op multiplayer-platforms, in een drang naar competitie, dan valt of staat elke game bij de kracht van het verhaal. De interactieve betrokkenheid van de speler verhoogt het identificatieproces met personages en gebeurtenissen exponentieel. De keuze die de speler vaak wordt geboden, tussen Paragon (Good Karma) en Renegade (Bad Karma), is gelijk de keuze om in de virtuele realiteit dingen te doen die je in het echt ook zo of niet zo zou doen. Je feitelijke onsterfelijkheid betaal je met de onderwerping aan je lotsbestemming. Je moet God maar leren vertrouwen. Games zijn dominant geworden vanaf het moment dat de focus verschoof van competitie naar klantvriendelijkheid. Vanuit de optiek van de huidige game-design is het een doodzonde als de speler vast komt te zitten. Iedereen kan door de games van tegenwoordig heen komen. Als je er de tijd voor neemt. Daarmee zijn game-skills niet volstrekt gediskwalificeerd. Game-skills maximaliseren nu vooral het spelplezier. Een game is niets meer dan een virtuele wandeling. Het is nooit het doel, het is altijd de reis. De vermeende oog-hand coördinatie verhult enigszins wat game-skills werkelijk behelzen. Beter is het oog en hand op te delen. Aangaande oog is elke game een intensieve kijkervaring. Aangaande hand leert de speler de besturings-hardware te bespelen als een muziekinstrument. Bereik je zonder er nog bij na te denken het punt dat je de avatar ziet doen wat jij wilt, ben je definitief hooked. Sorry, maar je hebt gewoon geen tijd meer om, zeg teevee te kijken. Alhoewel het wel lekker is om af en toe alleen maar passief te hoeven toeschouwen. Of niet soms, God? De schaduwzijde van escapisme is de altijd ontnuchterende werkelijkheid. Wat heb je aan al die virtuele prestaties in het echte leven? Virtuele werkelijkheid is niet leuker dan het echt. Virtuele werkelijkheid is een stukje werkelijkheid. Waarom doen kogels in het echt pijn? Als je dood gaat, sta je niet weer op. Behalve als je de Messias bent. Eigenlijk speel jij vals, hè. God kan het zich toch helemaal niet veroorloven om mensen volledige vrijheid te gunnen. Kijk maar om je heen. Maarten van Dop
-
- - - - - - - - - - -
-
- - - - - - - - - - -
.
|
|