![]() |
Ravagedigitaal
26 mei 2010dd![]() ![]() |
||
|
Neem nu bijvoorbeeld de kleine Flo, een peuter nog en de dochter van Kate, de hoofdrolspeelster uit Mays roman die met een voltijdse baan, een man die het huishouden grotendeels aan zich voorbij laat gaan en twee kinderen die strijden om aandacht in onophoudelijke overdrive staat. Flo is een brave meid die niets liever doet dan lekker tukken in haar kinderstoel, waardoor ze niet merkt dat mama haar om de haverklap ergens vergeet, het kleine meisje helemaal alleen achterlatend op het trottoir. "Dat is een van mijn favoriete scènes", lacht May, "maar het gebeurt ook werkelijk. Iedere zomer duikt er wel zo'n verhaal op, over een kind dat in zijn kinderstoeltje vergeten is op het dak van een auto, of in een tankstation langs de autosnelweg. Dat zegt veel over de manier waarop wij vandaag leven." Die 'wij' zijn in dit geval de tweeverdieners met kinderen die in het zuiden van Londen de dagelijkse strijd tegen het bestaan aangaan en daarbij nét niet het onderspit delven. Het leven is er zo schandalig duur dat deeltijd werken uitgesloten is, wat het leven van vooral vrouwen herleidt tot een race van huis via de school of het dagverblijf van de kinderen naar het werk om daar uitgeput aan te komen en de hele dag op te zien tegen de rit huiswaarts een uur of acht later. En dat is nog maar het begin, want het hedendaagse leven zit vol sociale verplichtingen. Een mens wil immers niet armer of cultuurlozer lijken dan z'n buren. Sarah May situeert haar bijtende sociale komedie De Prendergast Road Kronieken in de gelijknamige straat even ten zuiden van Greenwich Park in het district Lewisham, in een buurt die ze typisch noemt voor grote delen van Londen. "De huizen werden er rond 1880 opgetrokken voor een nieuwe klasse van mensen", vertelt ze. "De lagere middenklasse die aan de spoorweg werkte, niveau conducteur laten we zeggen. In de jaren '50 van de vorige eeuw werden ze opgedeeld in kleine flats en kwamen er vooral Jamaïcaanse immigranten wonen. De buurt rond Prendergast Road kleurde toen zwart. Vandaag zien we een opwaardering, waarbij die huizen weer tot eengezinswoningen omgevormd worden door de nieuwe middenklasse." "In de jaren '80 kocht je daar voor een peulenschil een prachtig huis", zo vervolgt May. "Twintig jaar later heb je dat huis voor een smak geld verkocht aan de nieuwkomers die het helemaal lieten opknappen en er zorgvuldig op toezagen dat het er net zo ging uitzien als dat van de buren. Die mensen kochten geen huis, ze kochten een identiteit. Het is immers heel belangrijk net zo welgesteld en belangrijk te lijken als de anderen in de straat. De modale Brit is zich bijna absurd bewust van zijn sociale positie. Mensen hebben een idee waar ze zelf te plaatsen zijn in het sociale gebeuren en ze doen dan alles om de wereld duidelijk te maken wat die plaats is." Het gekke is dat het in feite niet eens zo'n goede buurt is. Mensen worden er getreiterd door hangjongeren en de straat staat iedere avond van begin tot eind vol met een reusachtige file. Wegwezen, denkt de gemiddelde Nederlander dan. May: "Londen is wat dat betreft een uitzonderlijke stad. Men wil er nu eenmaal in een huis wonen en niet in een flat, wat voor een stad met zoveel inwoners natuurlijk compleet belachelijk is. Maar in Londen beschouwt men flats als woningen voor de armen, sociale woningen bedoeld voor mislukkelingen. Nee, je wil midden in de stad wonen in een huis met een tuintje, alsof je in de voorstad woont. En dat zo'n huis dan afschuwelijk duur is, neem je op de koop toe, want aan de rand wonen en iedere dag naar het centrum pendelen is om gek van te worden. Dan zie je je gezin helemaal niet meer." Klasse blijkt nog steeds van fundamenteel belang te zijn in de Britse samenleving. "Als je de politici mag geloven leven we sinds Tony Blair in een klassenloze maatschappij. Het enige wat er gebeurd is, is een verschuiving van de aandacht van klasse naar ras. Door iets dood te zwijgen verdwijnt het niet. Het hele Britse bestaan draait nog steeds om klasseverschil. Dat geldt zeker voor mijn generatie, opgegroeid in het Thatcher-tijdperk van de jaren '80, ook al zijn we ons er niet altijd van bewust welke invloed dat heeft gehad. Wij zijn de kinderen van de vrije markt die veel grotere leningen konden afsluiten dan ooit tevoren. Waar het leven van onze ouders zich op een constant niveau had afgespeeld, klommen wij steeds hoger. Alleen vroegen we ons daarbij nooit af waar we naartoe klommen en voor wie we dat allemaal deden. Het is een lege queeste, doelloos en er niet op gericht jezelf te veranderen. Alleen je omgeving verandert." Maar je wordt wel benijd door je buren natuurlijk. "Wij Britten hebben een gekke obsessie met wat anderen over ons denken, veel erger dan andere Europeanen lijkt me. Dat heeft veel te maken met onze celebritycultuur. We kijken constant naar anderen en koesteren een persoonlijk oordeel over mensen die in feite gewoon vreemden voor ons zijn. Er wordt meer geschreven over wat de vrouw van een bekende voetballer draagt dan over de sportieve prestaties van haar man. Dat heeft tot een paranoïde cultuur geleid waarbij we allemaal denken dat aangezien wij de anderen constant zitten te beloeren, zij dat wellicht ook doen met ons." Een van uw personages beschrijft het als behoren tot een stam. "Zeker, je moet bijvoorbeeld bepaalde zaken kopen om tot die stam toegelaten te worden, zoals ecologisch verantwoorde luiers, en dan wil je voor de dood niet gezien worden met een doos ordinaire Pampers in de koffer van je auto. Winkelen wordt in zo'n cultuur een helse bezigheid, want iedereen zit constant naar de inhoud van je winkelkarretje te gluren. En iedere keer betrap je jezelf op gedachten als: die boter is veel goedkoper dan deze, maar stel je voor dat iemand me ziet met die goedkope boter in mijn karretje, wat zullen ze dan wel niet van me denken? Een vol karretje uitladen aan de kassa wordt in die omstandigheden een daad van exhibitionisme." Een van de plotlijnen van uw boek draait rond de schoolkeuze voor de kinderen. Kies de verkeerde school en ze kunnen het voor de rest van hun leven vergeten, zo lijkt het wel. "Het probleem is dat er in Groot-Brittannië vier soorten scholen bestaan. Er zijn privé-scholen die een lange geschiedenis hebben en die daardoor deel zijn gaan uitmaken van de identiteit van het land. Soms denkt er wel iemand dat ze beter afgeschaft zouden kunnen worden omdat ze zo'n anachronisme zijn, maar dat lukt nooit. Bovendien zou je problemen krijgen met Rusland, want alle Russische maffiabonzen sturen hun kinderen naar die scholen." (lacht). "Daarnaast heb je de grammar schools, die heel sterk gericht zijn op kennis en de kinderen voorbereiden op hogere studies. Een derde soort onderwijs wordt geleverd door het openbare net dat zowel fantastische als ronduit verschrikkelijke scholen in de rangen telt. En dan heb je tenslotte nog de bijzonder nieuwe en wat mij betreft ook bijzonder verontrustende academies, een poging om het openbare net op een sinistere manier te privatiseren. Ze zijn door Labour ingevoerd en worden door de private sector uitgebaat. Iedereen kan een school overnemen. Je mag weigeren wie je wil, zowel op het vlak van de leerlingen als van de leerkrachten. Veel academies weigeren bijvoorbeeld leerkrachten die lid zijn van een vakbond. Als ouder heb je ook niemand om je toe te wenden als er klachten zijn, want de lokale autoriteiten hebben geen bevoegdheid over die scholen. En toch zijn ze heel populair. Zo populair zelfs dat steeds meer openbare scholen verkocht worden aan die sector. Het nefaste aan het Britse systeem is dat je op je elfde een keuze moet maken en dat je nadien niet meer kunt veranderen. Je zit eraan vast voor de rest van je leven. In feite hebben we dus een bar slecht onderwijssysteem, wat iedereen ook weet, maar niemand slaagt er blijkbaar in om er iets beters van te maken." Heel veel van de problemen waarin uw personages verzeild raken worden veroorzaakt doordat iedereen een carrière wil en een gezin, en dat dit natuurlijk niet voor iedereen te combineren is. "Inderdaad, want kinderen vragen tijd. Het probleem is echter dat de levensduur in Londen zo hoog is dat de beide ouders wel moeten werken. Anders komen ze gewoonweg niet rond. Thuisblijven voor de kinderen is gewoon geen optie. Maar daardoor valt je gezin natuurlijk ook beetje bij beetje uit elkaar, want kinderen hebben hun ouders nodig. Vrouwen van mijn generatie zijn de eersten wiens moeder uit werken ging. Ik herinner me nog goed hoe ik vanaf mijn elfde alleen naar huis ging na school. Enerzijds ben ik natuurlijk trots op mijn moeder dat ze een baan had, maar mijn emotionele herinnering aan mijn kindertijd is er toch vooral een van eenzaamheid. Wanneer je zo opgegroeid bent, wil je als moeder meer doen voor je kind. Je wil niet dat het jouw eenzaamheid van weleer voelt, maar tezelfdertijd wil je natuurlijk wel carrière maken. Het resultaat is een onmogelijke situatie waar je alleen maar ongelukkig van wordt." En dat terwijl ons persoonlijk geluk vandaag de dag het belangrijkste van ons leven lijkt. "Iedereen wil gelukkig zijn en denkt ook het recht te hebben op geluk. En als je niet gelukkig bent, ben je mislukt. Denk je dat de generatie van onze ouders gelukkig wou zijn? Om nog maar te spreken van onze grootouders? Zeker, de vrouwen waren toen niet geïnteresseerd in geluk. Die brachten gewoon hun kinderen groot en waren al blij als er niet te veel stierven. Maar nu draait alles om dat geluk. Goh, denk je op een gegeven moment, ik ben niet gelukkig meer, dus ik ga bij hem weg. Misschien is geluk wel niet zo belangrijk. Het is iets onaantastbaars dat je op de gekste plaatsen kan overvallen. De zon schijnt op je hand en je bent tien seconden gelukkig. Mooi, maar moet je daarom je hele leven achter dat geluk aan hollen?"
Auteur:
Sarah May
Dit
interview verscheen eerst in 'Uitgelezen', de boekenbijlage van
Tony Blair - June 12, 2010 - 10:09 pm de Tweeverdieners - June 12, 2010 - 04:15 pm S. - June 04, 2010 - 11:15 am Maarten - May 30, 2010 - 12:27 pm .
|
|