

DEN
HAAG, 11 maart 2008 - Ruim 6000 beroepsmilitairen hebben vorig jaar Defensie
de rug toegekeerd. Voor het overgrote deel (3700) had dat niets te maken
met het aflopen van een contract of het bereiken van de ontslagleeftijd.
Het ging vooral om militairen van de landmacht.
In
totaal gingen er 1341 mensen meer weg dan erbij kwamen. Van alle militaire
functies bij de Nederlandse krijgsmacht is 85,8 procent nu vervuld. Defensie
heeft echter meer militairen in dienst die nu tussen functies in zitten
of een opleidingstraject volgen. Dat blijkt uit de rapportage die staatssecretaris
Jack de Vries (Defensie) vrijdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Het
ministerie gaf 3 miljard euro uit aan salarissen. Door de onderbezetting
was daar 5 procent van over, wat echter weer voor personeel is ingezet.
Het wordt gebruikt voor maatregelen om mensen aan Defensie te binden,
zoals bonussen, en voor het extern inhuren van personeel.
De
door De Vries' voorganger ingezette maatregelen om personeel te werven
hebben vooralsnog niet het gewenste effect. Van de zes- tot zevenduizend
nieuwe militairen die Defensie jaarlijks nodig heeft, kwamen er maar 4.798
binnen. In combinatie met de aantrekkingskracht van de arbeidsmarkt buiten
Defensie, is dat de oorzaak van het personeelstekort, schrijft de staatssecretaris.
Onvoldoende
nieuw personeel en een hoge uitstroom kan op de langere termijn de taakuitvoering
in gevaar brengen, schrijft de staatssecretaris. In de brief beschrijft
hij projecten van zijn voorganger die nog verder moeten worden ingevoerd
en dat de resultaten dit jaar zichtbaar moeten worden. Het gaat onder
meer om de aanstelling van meer loopbaanbegeleiders en de invoering van
een persoonlijk elektronisch loopbaandossier.
-
- - - - - - - - - - -
-
- - - - - - - - - - -
Reageer
op dit bericht
|