1ddRavagedigitaal
10-04-08d![]() ![]() |
|
|
Het 24ste Amsterdam Fantastic Film Festival (AFFF) vindt van 9 t/m 20 april plaats in het Tuschinski arthouse en de grote zaal van Tuschinski in Amsterdam. Zoals gebruikelijk is er dit jaar een brede selectie van alles wat onder de noemer fantasy valt: horror, sciencefiction en anime, maar ook allerlei spannende en speelse films die moeilijk in een categorie te vangen zijn worden vertoond. Vorig jaar was er een opmerkelijk themaprogramma met absurdistisch getinte rolprenten uit Scandinavië. Dit keer is het themaprogramma gewijd aan de American Independents. Dat zijn producties gemaakt met een minimaal budget. Deze beperking, hoe raar dat ook klinkt, zou de filmers vrijheid geven. Met een dergelijke insteek komt het aan op inventiviteit en een goed doortimmerd plan. Dat vrienden, kennissen en familie meehelpen staat ook buiten kijf. Deze werkwijze kan tot verrassende resultaten leiden. Het meest spectaculaire voorbeeld van roeien met de riemen die je hebt, is Dante's Inferno, waarin Dante door dichter Vergilius meegenomen wordt op een tocht langs de negen cirkels van de hel. Regisseur Sam Meredith heeft zijn visie gestalte gegeven in een soort poppenfilm. Met uitgeknipte figuurtjes als personages is het een samensmelting van animatie en kijkdoos. De film belooft een satire te zijn op de staat van de mens op dit moment; hedendaagse verschrikkingen zoals zelfmoordterroristen, politici en lobbyisten worden genadeloos op de hak genomen.
Andere veelbelovende titels in deze sectie zijn: Return in Red van Tyler Tharpe, die zich afspeelt op het platteland en laat zien hoe de bewoners door elektromagnetische golven beïnvloed worden; One Day Like Rain van Paul Todisco die handelt over de ondergang van de wereld; en Wristcutters: A Love Story van Goran Dukic, welke het thema liefde na de dood behandelt. De 68-jarige gedreven George A Romero maakt onderdeel uit van het programmaonderdeel American Independents. Hij keert met zijn Diary of the Dead terug naar zijn lowbudget wortels van The Night of the Living Dead. De film begint met een stel studenten die een horrorfilm maken, totdat ze meegesleept worden in een nieuwe uitbarsting van geweld door zombies. Zoals in de andere zombiefilms van Romero dreigen zij de wereld over te nemen. De studenten proberen alles op video vast te leggen, voordat ze zelf opgepeuzeld worden. Romero heeft in zijn zoveelste uitzinnige zombie-satire getracht om zijn politieke en sociale hart te laten spreken. Hij heeft met zijn collage van videomateriaal een vlijmscherpe kritiek op een door geweld geobsedeerde westerse samenleving gefabriceerd. Romero wordt het soms voor de voeten geworpen dat hij steeds weer variaties op zijn eigen zombiefilms maakt. Maar dat steeds opnieuw hermaken van de horrorfilm is een belangrijk kenmerk van het genre. Niet zo gek dat er een groot aantal remakes van horrorfilms uit de jaren zeventig en tachtig aankomen. Wanneer filmmakers met iets volledig nieuws komen, kan dat evenzeer teleurstellend uitpakken.
The Ruins van regisseur Carter Smith gaat over een groepje jonge vakantiegangers die op een afgelegen plek in de Mexicaanse jungle een Maya ruïne bezoeken. Dit toeristische uitstapje leidt uiteraard tot een strijd om te overleven. Het verhaal begint zeker veelbelovend, de zweterige en ranzige atmosfeer is raak getroffen. Toch is het ondanks het bloederig vertoon niet spannend of origineel geworden. Een royaal budget is zeker geen waarborg voor kwaliteit. Openingsfilm van het festival is The Fall van Tarsem Singh, een wonderlijk epos over een jong meisje en een gewonde stuntman, gesitueerd aan het begin van de vorige eeuw. Gefilmd in vele landen is het een visionaire blik op een fantastische droomwereld, opgeroepen door de vertelstem van de stuntman. Het is een fascinerende en visueel betoverende film die lak heeft aan commerciële wetten. The Fall doet beurtelings denken aan het werk van Terence Malick, Alejandro Jodoworsky en Terry Gilliam. Evenals deze filmkunstenaars heeft Tarsem een hekel aan compromissen. Zeven jaar heeft de regisseur aan zijn opus gewerkt
Evenals het IDFA moest het AFFF verhuizen van het Leidseplein naar de omgeving van het Rembrandtplein. Het Tuschinski-arthouse theater waar het festival zich nu grotendeels afspeelt, heeft drie zalen met minder zitplaatsen. Daarom heeft de organisatie de duur van het festival uitgebreid. De bezoekers moeten ieder jaar de hectische taferelen van de eerste dagen, in verband met de kaartverkoop, voor lief nemen. Daarna wordt het gelukkig wat rustiger. Hectisch is de befaamde The Night of Terror per traditie altijd. Die vindt plaats in de nacht van zaterdag 12 op zondag 13 april, waarin vier films worden vertoond in zaal 1 van Tuschinski, aanvang 00.30. Toen vorig jaar regisseur Terry Giliam zijn Career Achievement Award kwam ophalen zorgde dat voor grote opwinding. De komst van Tim Burton dit jaar kan evenzeer tot chaotische taferelen leiden. Het is wel een prestatie van formaat om de enigszins schuwe Burton, regisseur van onder meer Edward Scissorhands en Ed Wood, naar Amsterdam te halen. Ook de kinderen worden niet vergeten. In het Filmmuseum, Amsterdam, speelt zich het AFFF/Kids af, van 13 tot en met 20 april, kinderen van 3 t/m 15 jaar zijn welkom. Hier staat de Superheld centraal, in alle mogelijke gedaanten, van Spiderman tot Pippi Langkous. In filmlabs kunnen de kinderen actief bezig zijn met dingen als een spoedcursus 'Hoe word ik een superheld'. Informatie op de speciale website. Ulrik van Tongeren
|