AMSTERDAM,
19 mei 2007 – Censuur op internet breidt zich in rap tempo uit, concludeert
de organisatie OpenNet Initiative. Landen gebruiken steeds geavanceerder
filtertechnieken, en zetten die niet alleen in tegen onwelgevallige politieke
sites, maar ook tegen sites die 'sociaal onwenselijk' zijn.
Dat
blijkt uit een rapport van OpenNet Initiative, een samenwerking tussen
de universiteiten van Harvard, Toronto, Oxford en Cambridge, dat is verschenen.
In 25 van de 41 onderzochte landen vindt dit soort censuur plaats. In
veel landen betreft het websites waar mensen kritiek spuien op de regering:
met name in China, Iran, Burma, Syrië, Tunesië en Vietnam.
Andere
landen schermen de bevolking af van pornografie, gokken of homoseksualiteit:
bijvoorbeeld Oman, Saoedi-Arabië, Soedan, Tunesië, Jemen. In sommige onderzochte
landen, zoals Rusland, Israël en in de Palestijnse gebieden, bleek tot
verrassing van de onderzoekers van filtering geen sprake te zijn, terwijl
er wel stevige conflicten waren of de overheid bekendstaat om haar autoritaire
neigingen.
Het
blokkeren van onwelgevallige sites verspreidt zich alles bij elkaar snel,
concluderen de onderzoekers van OpenNet
Initiative. Vonden zij in 2002 nog maar een paar staten die gericht
websites afschermden, nu waren het er 25 en daarmee veel meer dan verwacht.
Bovendien kon de organisatie gezien de beperkte middelen slechts 41 landen
onderzoeken. Vrijwel zeker filteren dus veel meer landen internet.
Gebruikers
kunnen in theorie filters omzeilen via geavanceerde software en het gebruik
van proxy's – andere plekken op internet waar de gezochte informatie ook
is opgeslagen – maar dat is voor veel mensen in de praktijk moeilijk te
realiseren. In sommige landen geldt bovendien dat het een misdrijf op
zich is om te proberen de filters te omzeilen.
In
Cuba worden volgens Reporters Sans Frontières (RSF) relatief weinig sites
geblokkeerd, maar ook hier wordt alles gecontroleerd.
Burgers krijgen pas toegang na identificatie, waardoor zelfcensuur automatisch
ontstaat. Omdat particulieren geen computers mogen kopen, hebben enkel
wetenschappers en de overheid eigen pc's. Volgens RSF zitten 68 personen
opgesloten voor hun online activiteiten. China is alleen al verantwoordelijk
voor vijftig van deze opsluitingen.
In
Nederland zijn de internetproviders UPC en KPN samen met de politie begonnen
websites met kinderporno ontoegankelijk te maken voor haar klanten. Het
Korps Landelijke Politie Diensten (KLPD), die een zwarte lijst met kinderporno-adressen
bezit, wil ongeveer 3.000 adressen onbereikbaar
maken.