www.ravagedigitaal.org |
1ddRavagedigitaal
12-06-07 d![]() ![]() |
|
door Kees Stad foto's Daniel Zimmer "Een onbegonnen zaak" was onze eerste reactie toen we op dinsdag 5 juni, de dag voor de G8-top daadwerkelijk begon, het officiële perscentrum in Kühlungsborn - het badplaatsje naast Heiligendamm - met een bezoekje wilden vereren. Niet-geaccrediteerde mediawerkers zoals wij kwamen er überhaupt niet in, maar een met ons meegereisde Duitse documentairemaker was het wel gelukt en zou later nog met camera naar binnen gaan. De voorbereidingen waren in het G8-mediacentrum in volle gang: grote videowanden werden opgesteld, een dansgroep oefende een openingssceance, golfkarretjes met de vlaggen van de G8-landen (en een EU-kar) stonden opgesteld en de veelbesproken massagesalons in kleurrijke designtenten stonden warm te draaien. Aan weerszijden van het persdorp bouwden grote tv-zenders hun podia op vanwaar ze verslag zouden doen. Media ongewenst"Het is verboden om op eigen gelegenheid naar Heiligendamm te gaan", vermeldde het programmaboekje. Met andere woorden: journalisten die via de normale wegen - en dus dwars door de hordes demonstranten - en via een van de drie andere toegangspoorten in Heiligendamm probeerden te geraken, zou de toegang worden geweigerd. De enige manier om in Heiligendamm te komen was met het perstreintje.Deze tactiek is bekend van andere G8- en Eurotoppen. Het mediadorp wordt dusdanig ingericht dat de journalisten, eenmaal binnen, nooit meer naar buiten willen (of durven) om nog eens een normaal mens te ontmoeten of een activist tegen het lijf te lopen. Ze worden vervolgens volgestopt met weelde en boodschappen van de heersers. Maar de tactiek werkt maar ten dele: de meeste journalisten zijn gelukkig ook niet gek, en krijgen na verloop van tijd behoefte aan andere geluiden dan de propaganda van hun gastheren. De manier waarop de internationale pers door de actievoerders werd ontvangen, stond in schril contrast met het warme bad waarmee de journalisten door de G8-organisatie werden onthaald. In de drie actiekampen waar de duizenden activisten kampeerden die aan de blokkades deelnamen, werden 'commerciële media' geweerd. Er bestonden strikte regels om de media buiten het kamp te houden. Daarvoor zijn meerdere redenen aan te voeren. Veel actievoerders zien commerciële media als verlengstuk van de macht en willen om die reden niets met ze te maken hebben. Daarnaast is bekend dat de Duitse politie de mediabeelden gebruikt om omvangrijke databases van gezichten aan te leggen, zodat ze actievoerders die militante acties voeren, kunnen vervolgen.En ten slotte is het niet de bedoeling dat de blokkadeplannen op straat komen te liggen doordat de mensen die daarvoor voorbereidingen treffen worden gefilmd. Bovendien zorgt de aanwezigheid van pers voor veel verstoring: elke keer als een journalist of cameraploeg een tent binnenloopt waarin vergaderd wordt over acties, moet deze onderbroken worden om de journalisten te woord te staan dan wel de tent uit te zetten. Ongelijke strijdToch deden de organisatoren van de kampen hun best om de pers te bedienen. Bij de ingang van elk kamp was een perstent ingericht waar ze zich met specifieke vragen konden wenden. Er waren plekken net buiten het kamp ingericht waar ze konden filmen/fotograferen en een enkele keer werd er een kleine tocht over het kamp georganiseerd waarbij actievoerders vooraf gewaarschuwd werden dat er media aan het werk ging. Aan een zo'n sessie namen meer dan honderd journalisten deel, hetgeen een tamelijk surrealistisch beeld vormde. De persgroep van het actiekamp in Reddelich werkte zich uit de naad en probeerde aan de meest uiteenlopende verzoeken te voldoen. Bij de Nederlandse persgroep leverde dat niet altijd succes op. Zoals bij het verzoek van een Friese krant om actievoerders uit Friesland te mogen interviewen. Na het nodige speurwerk werden dan eindelijk twee Friezen gevonden, die echter geen interesse bleken te hebben om hun woordje te doen. Het is een ongelijke strijd. Tegenover de met miljoenen euro's gepamperde journalisten in het G8-mediakamp, stonden wat oververmoeide media-activisten in gammele tentjes met hun gsm's die het vaker niet dan wel deden, omdat het netwerk voortdurend overbelast was. Waar de G8 professionele mediateams heeft van goedbetaalde pr-experts, komt het in het kamp van de tegenstanders neer op de hoofden van lieden die toch al druk doende zijn met het voorbereiden van acties en het uitvoeren van andere taken. De kampen waren opgedeeld in 'buurten' (barrio's) die twee keer per dag vergaderden om de taken te verdelen. De wc's moesten schoongehouden worden, er moest gekookt worden voor duizenden mensen, er moest wacht gelopen worden tegen nazi's en politie, infostructuren moesten worden opgezet, etcetera. En niemand kreeg daarvoor een cent loon uitbetaald. In Kamp Reddelich (waar ruim 3000 mensen verbleven) waren twee ingenieuze doucheplekken ingericht voor maximaal 20 mensen die tegelijk onder de koude tuinslangen plaats konden nemen... Moeilijke omstandigheden Het besef dat de protesten tegen de G8 ook een slag in de media zijn, was echter alom aanwezig. Vooral na de rellen die de startdemonstratie op 2 juni afsloten, waarna de meest wilde verhalen de ronde deden over het gewelddadige karakter van een deel van de demonstranten, werd velen duidelijk dat de strijd nu pas goed begonnen was. Nederlandse activisten deden hun best om de media te woord te staan. Eerst moesten alle verzoeken om met een groep mee te mogen reizen of in een van de kampen met hen te verblijven, vriendelijk van de hand worden gewezen. Vervolgens werd geprobeerd ze toch zoveel mogelijk van informatie te voorzien. De omstandigheden waren daarbij verre van ideaal. In de actiekampen zelf was slecht toegang tot internet en kranten, dus je wist niet goed hoe de berichtgeving tot dan toe geweest was. Om niet bij het kamp af te spreken, waar filmen unerwünscht is, maakten we vroeg in de ochtend een afspraak in het nabijgelegen dorpje Bad Doberan om een tv-ploeg een interview te geven. Nauwelijks geslapen de dag tevoren en na een heldhaftig verblijf onder de koude tuinslang om 8 uur 's morgens, moest je dan met ongekamde haren je woordje doen tussen drie vergaderingen door, terwijl je gsm onophoudelijk afging omdat je persbus net door de politie in beslag genomen was. De afspraak om de dag erna in contact te blijven met de tv-ploeg viel in het water omdat we bij het opwerpen van een blokkade gearresteerd werden en de rest van de (donder)dag in een soort Guantànamo-achtige kooien verbleven, en de telefoons en andere toebehoren in beslag genomen waren... Typerend is ook een debat dat ik mocht voeren in het radioprogramma Met Het Oog op Morgen, over "het geweld van de demonstranten". Het vond live plaats om 23.30 uur, door een gammele gsm temidden van drieduizend rumoerige mededemonstranten nadat we de hele dag in de weer waren geweest. Probeer dan maar eens uit te leggen dat vooral de politie geweld gebruikt heeft en de ngo's eens moeten gaan beseffen dat ze minstens zo problematisch zijn omdat ze de neoliberale ellende niet langer het hoofd weten te bieden. TroefkaartAfgezet tegen het comfort van het G8-mediadorp, zou je geneigd zijn om bij voorbaat de handdoek in de ring te werpen. Er waren echter ook factoren in ons voordeel. Ten eerste werd al snel duidelijk dat de protestacties dermate massaal en veelzijdig zouden worden, dat journalisten er en masse naar toe gezogen werden. Dat wil nog niet zeggen dat ze ook geïnteresseerd waren in ons inhoudelijke verhaal, maar ze lieten in ieder geval hun veilige omgeving in het mediadorp los. Wat dat betreft is het officiële G8-circus natuurlijk minstens zo voorspelbaar. We zien hier een klassiek geval van agenda-setting: de demonstranten is het ten dele gelukt om de kritiek tegen de G8 op de agenda te zetten. De kunst voor de demonstranten die deelnemen aan de blokkadeacties, is nu om ervoor te zorgen dat de media niet alleen terecht kunnen bij de grote ngo's en marxistische groepjes die geheel niet betrokken zijn bij de acties en slechts op het spektakel mee liften. Zij hebben immers makkelijk praten (en doen), zijn niet betrokken bij allerlei wilde acties en distantiëren zich daar vaak zelfs van, en hoeven hun geïllegaliseerde achterban niet af te schermen. Als een godsgeschenk kwam het incident rond een groepje politieprovocateurs bij een van de meest uitgesproken vreedzame blokkades op woensdag 6 juni uit de lucht vallen. Het groepje van vier mannen sleepte stenen aan en probeerde de demonstranten aan te zetten tot een aanval op de politie, doch deed dat dermate onbeholpen dat de omringende demonstranten ze sterk wantrouwden en begonnen te roepen dat het politieagenten zouden zijn. Drie van de provocateurs ontkwamen, de vierde werd overmeesterd, van z'n bivakmuts ontdaan en door sommige demonstranten herkend als 'stille' uit Bremen. Na aanvankelijk te hebben ontkend, kon de politie kort daarna niet meer om de feiten heen en stonden de media bol over het verhaal. Dit voorval onderstreept de vele signaleringen van escalaties tijdens de grote demonstratie op zaterdag 2 juni, als gevolg van provocaties door politieteams. ApotheoseOok niet mis was het feit dat het journalistentreintje naar Heiligendamm meerdere keren door demonstranten geblokkeerd werd. De activisten hadden immers beloofd álle transportwegen naar de G8-top te zullen blokkeren, en vertoonden geen ontzag voor de geprivilegieerde media. Een poging om journalisten daarna per boot over zee naar Heiligendamm te vervoeren, strandde op een te wilde zee, waarna de pers onverrichterzake terug moest keren naar het mediadorp om andere zaken te verslaan dan de plichtmatige G8-persconferenties. Behalve dan Volkskrant-journalist Hans Wansink, die al in de aanloop naar de G8-top zijn goedkeuring had uitgesproken van elk staatsoptreden, en niet ophield om tegen de demonstranten te sneren. Perfecte apotheose was de persconferentie op vrijdag 8 juni van het clownsleger in Kühlungsborn. Terwijl iedereen z'n persconferentie aan het houden was, besloten ook de clowns, die met een omvangrijk leger bij de acties betrokken zijn geweest, dat te doen en wel in hetzelfde plaatsje waar het mediadorp zich bevond. Rijen ME'ers probeerden tevergeefs de goedgeluimde groep in de straten tegen te houden. De meute was echter veel te flexibel om gestopt te worden en stroomde eenvoudig langs de starre afzettingen, onderwijl zwembanden, opblaaseenden en hele opgepompte zwembaden met zich meezeulend. Op het strand aangekomen bleek daar juist de zender NDR/ARD met haar live slotprogramma te beginnen. Het podium stroomde snel vol met clowns en mededemonstranten die de microfoons grepen, waarna groepen vervaarlijk uitgedoste ME'ers ze even hardhandig van het podium smeten. De rest van het programma moesten de presentatoren volbrengen omringd door een haag ME terwijl daarachter in koor geschreeuwd werd dat "we een objectieve pers willen" of dat "we allemaal 129-a zijn" (naar het wetsartikel tegen terroristische groepen dat werd ingezet bij huiszoekingen tegen G8-critici). Leuzen uit de voetballerij ("So Sehn Gewinnern Aus! So Sehn Gewinnern Aus!") overstemden het afsluitende tv-programma. Directe actie, ook in het kader van de mediastrijd, was dé troef van de demonstranten bij Heiligendamm.
|