Ravage Digitaal 5 september 2006 Print deze pagina | |
|
9/11:
Hun waarheid is de De massamedia papegaaien vrijwel letterlijk de krijgshaftige taal van de autoriteiten na, die in oorlog zijn met het terrorisme. De feiten worden zelden of nooit gecheckt. De bevindingen van waarheidszoekers daarentegen, door de pers complotdenkers genoemd, worden naar de prullenbak verwezen. Als gevolg van deze mediamanipulatie kunnen staatscorruptie en oorlog gedijen. door Alex van Veen Wat hebben 11 september 2001 en 10 augustus 2006 met elkaar gemeen? Op deze dagen werd de innerlijke gemoedsrust van de burger ernstig op de proef gesteld door een uitermate ernstig en angstaanjagend probleem, genaamd terreur. Na het ene voorval hing er een grauwsluier boven de planeet, bij het andere slaakten we een zucht van verlichting omdat de aanslagen voorkomen waren. Zowel de aanslagen op het WTC en het Pentagon als de aanslagen die verijdeld zouden zijn op vijf lijnvluchten naar de VS riepen vanaf het moment dat het nieuws wereldkundig werd gemaakt bij mij vragen op. Ik hecht per definitie geen waarde aan de berichtgeving rondom calamiteiten, om de doodeenvoudige reden dat ik de mening van de autoriteiten sterk wantrouw. In het bijzonder als het om zaken gaat waarbij de stabiliteit van de economie in het geding is. Binnen enkele uren na de aanslagen in de VS wisten de autoriteiten ons te melden dat het om een daad van terrorisme ging, met Bin Laden als meesterbrein. De War on Terror was daarmee geboren, en zou leiden tot Brits-Amerikaanse aanvallen op Afghanistan, Irak en wellicht nog te volgen door Iran, Syrië, etc. Met als ultieme doel de macht over het Midden-Oosten te bewerkstelligen.WereldhegemonieVoor de Amerikaanse regering (lees: economische machthebbers, in het bijzonder de militaire- en olie-industrie) kwamen de aanslagen als een geschenk uit de hemel. Na de ineenstorting van het Oostblok was het bergafwaarts gegaan met de wereldhegemonie en de binnenlandse economie, men kon een verzetje goed gebruiken. De wapenproducenten, die zich inmiddels gespecialiseerd hadden in de veiligheidsindustrie, zaten te popelen om nieuwe opdrachten. Deze theorie volgend maakt de kans aannemelijk dat de Amerikaanse autoriteiten een belangrijke inbreng hebben gehad in de aanslagen op 9/11. Op welke wijze is een tweede, maar ik sluit niet uit dat men in de hoogste kringen vooraf op de hoogte was van de aanslagen, of erger, dat militaire- en veiligheidsdiensten er actief aan deel hebben genomen. Als de economie op het spel staat, tellen mensenlevens niet, zelfs als het eigen burgers betreft. Bin Laden in dienst van de CIA? In een boek als The Cell - inside the 9/11 plot, van ABC News-journalist John Miller wemelt het van de aanwijzingen dat sleutelfiguren uit het terroristische netwerk dat 'Al-Qaeda' wordt genoemd, bij hun werkzaamheden kunnen rekenen op de bescherming van Amerikaanse overheidsdiensten.
Zolang het enige bewijs van het bestaan van Bin Laden ons wordt voorgeschoteld in de vorm van malafide videobanden die gretig worden vertoond door de mainstream media, sluit ik het niet uit dat Bin Laden goede contacten onderhoudt met de CIA. Of onderhield, want wie zegt ons dat de man nog in leven is? Het gaat mij om de feiten, en zolang er geen betrouwbaar bewijs is dat 'Bin Laden' achter deze en andere aan hem toegeschreven aanslagen zit, is het legitiem om er sterk aan te twijfelen. Voor terreurnetwerk Al—Qaeda geldt hetzelfde. John F. KennedyDe kwestie die de afgelopen decennia de meeste theorieën heeft opgeleverd die de gangbare van de Warren-commissie doen verbleken, is de moord op John F. Kennedy in 1963. Eerder dit jaar kwam Peter R. de Vries samen met Wim Dankbaar, die al tien jaar onderzoek doet naar de moord, op het spoor van de Amerikaan James Files. Files zit momenteel een veroordeling uit in de Stateville-gevangenis in Joliet, Illinois. Files bekende in een interview, waarvan fragmenten werden uitgezonden door SBS, dat hij de man is die Kennedy heeft vermoord en niet Lee Harvey Oswald. Volgens Files is de aanslag een samenwerkingsverband geweest tussen de CIA en de maffia, die allebei redenen hadden om van JFK af te willen. De weerstand van Kennedy tegen een invasie van Cuba, wordt als voornaamste reden genoemd. Files stelt dat hij als onderdeel van een speciaal 'hitteam' van de maffia in Chicago naar Dallas was afgereisd om Kennedy te vermoorden. De moord op Kennedy heeft de gemoederen jarenlang beziggehouden. Officieel werd Oswald door de Warren-commissie als dader aangewezen, maar velen geloven tot op de dag van vandaag dat hij erin geluisd is. Oswald heeft zich nooit kunnen verdedigen, omdat hij drie dagen later in de kelder van een politiebureau zelf werd doodgeschoten. Oswalds moordenaar, Jack Ruby, vertelde vlak voor zijn dood dat zijn motief om Oswald te doden, nooit bekend zou worden. Daarvoor zouden achter de schermen té machtige personen een rol hebben gespeeld. In het boek Deep politics and the death of JFK gaat Peter Dale Scott in op deze theorie. Hij biedt een geheel nieuwe kijk op de complexe verwevenheid van de politieke bovenwereld en een gewelddadige 'onderwereld'. Die twee werelden zijn niet elkaars tegenpolen, waarbij de bovenwereld uit is op terugdringing zo niet vernietiging van de onderwereld. Integendeel, stelt Scott, veel van wat doorgaans tot 'de onderwereld' wordt gerekend is van het allergrootste nut voor de bovenwereld, en kan om die reden ook rekenen op bescherming. De 'waarheid'Talloze theorieën rond 9/11 wijzen eveneens in de richting van een verwevenheid tussen een boven- en onderwereld. Ze worden echter door de professionele journalistiek naar de prullenbak verwezen. Als journalist moet je bij de feiten blijven, zo vindt men, anders begeef je je op het terrein van de complotdenkers. Ze doelen op de feiten waar de gezagsdragers mee schermen. Journalisten die bij ernstige calamiteiten uitgaan van de door de autoriteiten gepresenteerde feiten en bewijzen en deze vervolgens als 'waarheid' verkondigen, zijn in mijn ogen geen knip voor de neus waard. Ze opereren gezagsgetrouw in plaats van afstand te houden en de autoriteiten te bestoken met kritiek. In het geval van de War on Terror-berichtgeving leidt dit in sommige gevallen tot oorlogsretoriek. De journalistiek als lange arm van de overheid, of het nu om 9/11 gaat of de onlangs 'verijdelde aanslagen' op Britse vliegtuigen.
Dacht je nu werkelijk dat ze bij het Journaal of de Volkskrant de moeite hebben genomen om te checken of de 21 verdachten die 10 augustus jl. door de Britse politie werden opgepakt inderdaad serieus van plan zouden zijn geweest om vijf vliegtuigen op te blazen? Ben je gek joh, veel te tijdrovend. Niet dat dit eenvoudig te checken valt, maar zolang de verdachten niet in staat zijn zelf hun woordje te doen en nog niet veroordeeld, dient de pers uiterst terughoudend te zijn in haar berichtgeving. Het tegendeel is de praktijk: de incidenten, grootser gemaakt door de krijgshaftige taal van de autoriteiten die daar belang in hebben, worden breed uitgemeten in de media en dagenlang herkauwd. Met als gevolg dat de globale angst voor terreur, en dus ook de weerzin voor moslims, verder toeneemt. Dàt we ernstig rekening moeten houden met islamitisch terrorisme is een feit, maar de massamedia hebben de taak de bestaande gevoelens van onvrede en angst niet onnodig aan te wakkeren, tenzij de gepresenteerde feiten grondig zijn gestaafd en we inderdaad op een haar na aan een volgende ramp zijn ontsnapt. De boodschappen (lees: propaganda) die de Amerikaanse, Britse en zelfs Nederlandse veiligheidsdiensten inzake terreurbestrijding verspreiden, dienen met de nodige argwaan te worden behandeld en verwerkt.Complot 9/11Terug naar de aanslagen van 11 september 2001. Vele theorieën over de wijze waarop de aanslagen werden uitgevoerd wijken af van de gangbare, zeg maar de visie zoals die door de Amerikaanse overheid en de massamedia wordt verkondigd. Deze dagen worden we overstelpt met nieuwe boeken, debatten, artikelen en uitzendingen op radio en tv die gebaseerd zijn op de door burgers bijeen gesprokkelde feiten die de gangbare lezing van de toedracht ondergraven. Een taak die in wezen toebehoort aan de journalistiek. In zijn boek 11 September: een onderzoek naar de feiten (Lemniscaat) komt de Californische hoogleraar David Ray Griffin tot opmerkelijke conclusies die dringend nader verklaard dienen te worden. Een opsomming van zijn voornaamste bevindingen: - De Amerikaanse overheid had vooraf talloze waarschuwingen ontvangen dat terroristen met gekaapte vliegtuigen een aanslag zouden plegen op Amerikaanse doelen, onder meer van de Franse, Russische én Britse geheime diensten. Er waren specifieke berichten die wezen op 11 september 2001. - Minister van justitie Ashcroft vloog vanwege deze waarschuwingen rond deze periode niet met commerciële lijnvluchten, en verschillende Pentagonmedewerkers hadden de waarschuwing ontvangen niet te vliegen op 11 september. - Op Amerikaanse luchtvaartbases staan permanent gevechtsvliegtuigen paraat om verdachte toestellen binnen enkele minuten te onderscheppen – iets waarvoor ze meer dan honderd keer per jaar worden ingezet. Maar op 9/11 is er één uur en twintig minuten lang geen gevechtsvliegtuig de lucht ingestuurd om de gekaapte vliegtuigen te onderscheppen. - Voor het verpulveren van het beton van de WTC-torens is normaliter een kracht nodig die meer dan twintig keer zo groot is als de kracht die vrijkomt bij een instorting. Zo'n kracht kan alleen met explosieven worden bereikt. - De autoriteiten hebben het puin van de ingestorte gebouwen direct laten verwijderen en stond niet toe dat de staal- en betonresten forensisch zouden worden onderzocht. - Het toestel dat in het Pentagon vloog sloeg een gat van 5,5 meter doorsnede, zodat het geen Boeing 757 kan zijn geweest die een spanwijdte heeft van 38 meter. - De FBI heeft binnen enkele minuten na de aanslag op het Pentagon videobeelden van beveiligingscamera’s van het Sheraton Hotel en een tankstation in beslag genomen waarop de aanslag te zien was, deze beelden zijn nooit vrijgegeven. - Op de officiële passagierslijsten komen geen Arabische namen voor. 'Complotdenker' In het tv-programma TweeVandaag maakte hoofdredacteur Pieter Broertjens van de Volkskrant korte metten met lieden die op eigen houtje op zoek gaan naar de waarheid. Volgens Broertjens baseren 'complotdenkers' zich op een ideologie, die voor hem "bij voorbaat al verdacht" zijn. Alsof het samenstellen van de Volkskrant niet gebaseerd is op een ideologie, namelijk die van het neoliberalisme. Maar dit terzijde. Broertjens gaat liever uit van de feiten, en dat zijn de feiten die de autoriteiten en "kwaliteitskranten als The New York Times" hem presenteren. Nader onderzoek acht hij niet zinvol. De houding van Broertjens in deze is helaas exemplarisch voor het journaille. Men beschouwt zichzelf als uiterst professioneel en ter zake kundig. Alles wat buiten de gebaande journalistieke paden opereert, bestaat volgens hen uit een stelletje kwakzalvers. Het gezaghebbende Duitse weekblad der Spiegel wijdde onlangs een themanummer aan de diverse complottheorieën over 9/11 met als doel om ze onderuit te halen. Ik wacht de dag geduldig af dat men hetzelfde onderneemt met de officiële lezing die destijds door de Amerikanen in omloop is gebracht. HP/De Tijd deed vorige maand exact hetzelfde en greep de diverse 'complottheorieën' gretig aan om ze op cynische wijze voorgoed naar het rijk der fabelen te verwijzen. Wie in complotten gelooft, verliest zijn geloofwaardigheid en plaatst zichzelf buiten het debat, schreef Karel Glastra van Loon al eerder in Ravage: 'De verdedigers van de bestaande maatschappelijke en politieke orde weten dat en beschuldigen om die reden iedereen die een poging onderneemt om een diepgravender en kritische analyse te maken van de ware betekenis van bepaalde politieke machinaties van complotdenken. Discussie gesloten.' waarheidszoekers Je hoort mij niet zeggen dat burgers die onder andere via internet en bibliotheken op zoek gaan naar een andere waarheid dan die ons wordt voorgespiegeld, per definitie beter werk produceren dan de doorsnee journalist. Integendeel, het meeste dat wordt geproduceerd is rotzooi en hangt qua bewijsvoering als los zand aan elkaar. Daarnaast worden waarheidszoekers gevoed door uiteenlopende motieven, van een sterk gevoel voor rechtvaardigheid tot anti-Amerikaanse sentimenten. Tegelijkertijd mag en kan je ook niet verwachten van de waarheidszoeker dat hij een doorwrochte studie produceert. Daarvoor ontbreekt hem simpelweg de middelen, zoals geld, tijd, directe toegang tot de plek des onheils en de geheime documenten die naar aanleiding van de calamiteit door de direct verantwoordelijken zijn samengesteld. De waarheidszoeker moet het onder meer doen met de resultaten van de officiële onderzoekscommissie naar de ramp van 9/11, waarvan de voorzitter inmiddels heeft toegegeven dat men heeft moeten werken met leugens, afkomstig van de Amerikaanse legerleiding. Het resultaat van deze onderzoekscommissie, die pas een jaar na de ramp werd ingesteld, is brandhout. Het moet de pers toch op zijn minst aan het denken zetten dat wereldwijd een groeiende groep mensen de feiten die door de autoriteiten en de media worden gepresenteerd niet langer accepteren, en terecht op zoek gaan naar de waarheid. Het is een zegening dat miljoenen mensen langzaam maar zeker zijn gaan inzien dat niet alles is wat het lijkt. Dat we in een spektakelmaatschappij leven waarin we van alle kanten worden genept. Burgers hebben door dat gezagsdragers bewust de feiten verdraaien om hun eigen positie te kunnen handhaven en om economische belangen te verstevigen. Burgers hebben door dat massamedia, vanwege hun verwevenheid met en personificatie van de macht, bewust of onbewust manipuleren. Daar zou de pers zich wat van aan moeten trekken, om te beginnen door de officiële briefings in het kader van terrorisme eens kritisch tegen het licht te houden. Van mensen die de mening van de autoriteiten voor zoete koek slikken, krijg ik het pas echt benauwd. Er bestaan ontieglijk veel websites die ruimte bieden aan de9/11-bevindingen van waarheidszoekers. De Nederlandstalige site Onderzoek 9/11 biedt een overzicht aan publicaties.
- - - - - - - - - - - -
. .
hghg
|