Ravage
Digitaal 25 mei 2006 ![]() ![]() |
|
www.ravagedigitaal.org De vermoorde onschuld Eerder deze maand schoot de 18-jarige Hans Van Themsche in Antwerpen drie personen neer met een jachtgeweer. Hierbij kwamen een zwangere Afrikaanse vrouw en een blank kindje om het leven, een Turkse vrouw raakte gewond. Van Themsche zei te handelen uit racistische motieven. Het voorval heeft veel los gemaakt in België. Het Vlaams Belang krijgt de wind van voren, maar het racisme zit in iedereen. door Manu Claeys Politici kunnen weinig uitrichten tegen mensen die door het lint gaan, zeggen ze na de feiten. Ze hebben gelijk. De buren van Hans Van Themsche getuigen hiervan: hij was een rustige jongen die dierenarts wilde worden. Hij was beslist geen vechtersbaas, ook niet toen hij de wapenwinkel in Antwerpen binnenstapte. Niet zichtbaar, althans, en ook juridisch nog niet, want er was nog altijd de mogelijkheid dat hij het jachtgeweer als sierobject of statussymbool zou gebruiken. Of om te jagen, want met een jachtgeweer ga je op jacht. Een maand geleden verklaarde een Vlaamse partij het jachtseizoen geopend. Op haar veiligheidsbijeenkomst zei het boegbeeld: "We hebben er genoeg van om als autochtoon opgejaagd wild te fungeren. In plaats van als angsthazen door het leven te gaan, kunnen we maar beter boswachter worden." Op diezelfde bijeenkomst bepleitte de partij een minder strenge wapenwet, want Antwerpen moest veiliger worden. Het was de partij die eerder voor racisme veroordeeld werd. Meteen na de moorden van begin deze maand betuigde deze partij haar medeleven aan de families van de slachtoffers. In het persbericht had ze het over zinloos geweld en lafheid en dat de dader streng gestraft moest worden. Klinkt altijd goed: streng straffen. Gerechtigheid moet geschieden. In het persbericht stond nergens een mea culpa. Is racisme alleen laakbaar wanneer er doden vallen? "Eigen volk eerst is iets anders dan oproepen tot geweld en haat", legde de voorzitter van de partij uit. De jongen was een geďsoleerde gek, klonk het nog. De achterban knikte instemmend: wij beoefenen geen geweld en prediken geen haat, ook al zijn we zelf het slachtoffer van het multiculturalisme. Kat en vis Hoelang nog zullen we het geweld van autochtoon opgejaagd wild individualiseren en het geweld van kleurlingen aan hun cultuur wijten? Hoelang willen we politieke retoriek over roofdieren en prooien nog tolereren? "De roofdieren hebben tanden en klauwen", schreef twee weken geleden nog een publicist van Vlaams Belang-signatuur. Hij had het niet over Vlaamse Leeuwen, wel over moslims. "De roofdieren hebben messen", ging hij verder. "Van kindsaf aan hebben ze tijdens het jaarlijkse offerfeest geleerd hoe ze warmbloedige kuddedieren moeten kelen." Een uitschuiver? "Het is niet omdat je de kat in de viswinkel plaatst dat hij een pladijs (vissoort –red.) wordt", zei een kopstuk van het Vlaams Belang enkele jaren geleden in een debat over integratie op de Vlaamse televisie. Onschuldig beeld, blijkbaar, want niemand was verontrust. De boodschap was nochtans duidelijk: zoals de kat er is om de vissen op te eten, zo vormt ook de vreemdeling en zijn cultuur een bedreiging voor de Vlaming. De kat hoort hier niet thuis en als we niet opletten worden we opgegeten. "Wij zijn de kuddedieren, zij zijn de roofdieren", verduidelijkte de publicist – tevens Vlaams correspondent voor de Wall Street Journal – nog in zijn website-artikel. "De kuddedieren hebben de roofdieren zelf in hun biotoop toegelaten." "Ziet u hier gevaarlijke beesten rondlopen?", vroeg een naamloze Afrikaan de dag na de strafexpeditie in het stadscentrum. "Zijn we hier in de jungle? Neen toch. Hier wonen alleen maar mensen." Na de moordpartij schreef de Arabisch Europese Liga (AEL) in een persbericht: "Een maatschappij die decennia lang mensen discrimineert en uitsluit, begint op het einde altijd mensen te lynchen en af te slachten." De AEL had het niet over één partij, wel over een maatschappij. Over ons. Zoals het Vlaams Belang er als de kippen bij is om het over een geďsoleerde gek te hebben, zo beschouwen opponenten van het Vlaams belang de partij zelf vaak als een, welja, geďsoleerde gek. Dat is comfortabel, want op die manier kunnen we alle schuld telkens weer in de schoenen van extreem-rechts schuiven. Ons racisme – groot en klein – is de levensverzekering van het Vlaams Belang. Zolang een maatschappij geen nultolerantie aan de dag legt tegen racistische uitspraken en daden, zal het Vlaams Belang er een voedingsbodem in vinden. Het kopstuk had ook kunnen zeggen: "Het is niet omdat je de pladijs in de viswinkel legt dat hij een kabeljauw moet worden." Hij had ook op de voordelen van diversiteit in de Vlaamse viswinkel kunnen wijzen in plaats van op het verschil tussen een kat en een vis. Maar hij deed dat niet. Hij zei wat wij denken, namelijk dat een kat en een vis geen natuurlijk bondgenoten zijn. Geďsoleerd"Iemand alleen doet zoiets niet", zei een gerechtspsychiater daags na de moord in de krant. "Zeker in een groep als extreem-rechts, die zeer geďsoleerd is van de rest van de samenleving, zie je dergelijke extreme daden voorkomen." Een ander artikel had als kop: 'Vlaams Belang scoort in rijke gemeenten met weinig sociale verenigingen.' Het artikel stond niet op de pagina's over de moord, maar iedereen zag wel het verband. Extreem-rechts: geďsoleerd van de rest van de samenleving en succesvol waar het sociale weefsel dun is. Je herleest het nog een keer en denkt eerst: hoe bouw je in godsnaam ooit een samenleving op als intussen meer dan een derde van alle Vlamingen op extreem-rechts stemt? Een samenleving die geďsoleerd is van zichzelf. Welk woord hebben we voor dit soort persoonlijkheidsstoornis? Maar hoe geďsoleerd staat extreem-rechts? Waar plaatsen we de Schotense politicus uit een democratische partij die enige tijd geleden voor de camera vertelde dat de grens tussen zijn gemeente en Antwerpen duidelijk zichtbaar moest blijven wat betreft soorten inwoners? Waarom werd deze man niet teruggefloten door zijn collega’s? Of mag je als mandataris in zo’n partij ineens zomaar zeggen: ik trek een grens op voor vreemdelingen? Wat bedoelen al die burgemeesters van randgemeenten wanneer ze zeggen dat ze hun rijkdom niet met het armlastige Antwerpen willen delen? Welke verkapte vorm van racisme voeren zij? Hoe verklaren we dat slechts een paar tientallen Belgen van Marokkaanse origine in de Antwerpse haven werken? Waarom hebben de vakbonden er al niet lang het heersende systeem van uitsluiting doorbroken? Wie de pijlen alleen op het Vlaams Belang en enkele vocale semi-Vlaams Belang’ers buiten de partij richt, maakt zich er te gemakkelijk van af. Gedoogd racisme Wij hebben geen sympathie met de doder, voegde de partij van de homogene viswinkel er nog aan toe. Wie wel? Het punt is: had de partij sympathie met Malinese Oulemata voor zij de kogel kreeg? Hadden wij sympathie? Zagen we haar als een individu? Als een hard werkende Vlaming die elke cent die ze verdiende overmaakte aan de familie in Afrika? Hoeveel Vlamingen dachten bij het nieuws dat de onfortuinlijke vrouw een au pair was: legaal of illegaal? Hoevelen dachten: dat komt ervan als die asielzoekers zo provoceren met hun kerkasiel en hun hongerstakingen? Daags voor de moord hadden democratische politici uit de woonplaats van Hans Van Themsche nog gezegd dat organisaties die warme maaltijden voorschotelen aan mensen uit den vreemde hun subsidies moesten terugstorten. Zijn dat ook geďsoleerde gekken? Hun partij levert de premier. Wellicht onderschrijven ze zijn uitspraak dat we nu wel weten waartoe extreem-rechts leidt en waarschuwen ook zij voor een spiraal van geweld. Ze noteren de volgende stille mars in hun agenda. Wat dachten zij die na de veroordeling van een extreem-rechtse partij vonden dat zo’n partij eigenlijk niet veroordeeld moet worden? Want zo’n veroordeling zet maar kwaad bloed bij de mensen. Dachten zij: dan nog liever een gedoogbeleid voor de partij die graag streng straft? Dachten zij: wie oproept om een voor racisme veroordeelde partij te sanctioneren is zelf een extremist? Dachten zij: misschien kunnen we als samenleving opnieuw dichter bij elkaar komen door samen ons racisme te banaliseren? Dit politieke banaliseren kunnen we niet herleiden tot alleen maar een electorale reflex. Er is ook een verdringingsproces. We zoeken geruststelling. Wat zeg ik aan mijn kinderen wanneer ze vragen of Lamine, Ahmed en Roos nog wel veilig zijn? Dat het om een geďsoleerde gek gaat, natuurlijk. Want wie durft aan een ander scenario te denken? Wie kan in dat geval nog veilig over straat? De horror verdringen is menselijk. Maar is het hier ook wenselijk? Wat is er aan de hand in dit bruine Vlaanderen waar een partij zegt wat wij denken en waar iedereen denkt dat het de ander is die doldraait. De auteur is publicist en woonachtig in Antwerpen. Na de vorige gemeenteraadsverkiezingen schreef hij het boek 'Het Vlaams Blok in elk van ons'.
|