|
●
Ravage ●
Archief
● Overzicht
2005 ● Overzicht
#13 Actievoerders
vrijgesproken voor
De kantonrechter in Utrecht heeft op 28 september tijdens een zogenoemde themazitting 116 mensen veroordeeld voor het niet naleven van de identificatieplicht. In dezelfde week werden drie actievoerders voor een vergelijkbare 'overtreding' vrijgesproken.
Sinds de invoering van de Wet op de Identificatieplicht op 1 januari 2005 zijn er op parket Utrecht honderden zaken binnengekomen. Een groot deel daarvan is afgedaan door middel van een transactie. De zaken waarin de transactie uiteindelijk niet is voldaan, werden door het openbaar ministerie (OM) in Utrecht op 28 september aan de kantonrechter voorgelegd. Het OM had 171 mensen opgeroepen vanwege 181 feiten. Slechts veertien 'verdachten' kwamen zich in Utrecht persoonlijk verdedigen. Degenen die voor de Utrechtse kantonrechter wel kwamen uitleggen waarom zij hun identificatieplicht-boete nog niet hebben betaald, kregen lagere boetes. Drie minderjarigen die zich voor de rechtbank moesten verantwoorden omdat zij zich niet konden of wilden identificeren, kwamen er relatief goedkoop vanaf. Geen van hen kreeg de verwachte boete van 60 euro opgelegd. Buiten de rechtszaal werd gedemonstreerd. Het bronzen beeldje van de geblinddoekte Vrouwe Justitia op het plein voor de rechtbank, droeg een geel vestje met de tekst ID NEE. Sinds de invoering van de Wet op de Identificatieplicht hebben vijftigduizend mensen een boete gekregen van 50 euro. Vierduizend van de overtreders is minderjarig. Wie meteen betaalt is 50 euro kwijt. Wie het voor laat komen, betaalt veelal tien euro extra. Op papier is het zo dat de politie de burgers niet zomaar om hun identiteitsbewijs vragen. In de Politiewet staat dat de vorderingsbevoegdheid alleen geldt 'voor zover dat redelijkerwijs noodzakelijk is voor de politietaak'. De politie moet dan ook in het proces-verbaal altijd aangeven op welke grond naar het identiteitsbewijs is gevraagd. Het moet dan gaan om een specifieke verdenking en/of om concrete feiten en omstandigheden die een dergelijke vraag rechtvaardigen. Een verdenking kan zowel een overtreding van het wetboek van strafrecht als een overtreding van een algemene plaatselijke verordening betreffen. Een combinatie is ook mogelijk. In de praktijk heeft oom agent er een gewoonte van gemaakt om actievoerders zonder reden om hun ID te vragen. Krakers, demonstranten en antimilitaristen; ze weten er inmiddels over mee te praten. Zo werden drie betogers, die op 20 januari van dit jaar bij de Amerikaanse ambassade in Den Haag protesteerden tegen de inauguratie van Bush, opgepakt omdat ze weigerden zich te identificeren. De weigering kwam voort uit het feit dat de drie personen ervan overtuigd waren dat ze niets strafbaars deden. Ze stonden braaf achter de veiligheidshekken met een spandoek ('Nog 4 jaar Bush terreur'). Na vijf minuten werd de actie op last van de politie beëindigd waarna de betrokken personen op het politiebureau belandden. Ze weigerden een boete te betalen. Deze actievoerders werden op 28 september door zowel de kantonrechter van Leiden als die van Den Haag in het gelijk gesteld. De vraag om legitimatie en hun aanhouding was onterecht, zo bepaalden de kantonrechters. Conclusie: laat je bij acties niet intimideren door oom agent wanneer die om je ID vraagt, betaal je boete niet en laat de zaak voor de rechter komen.
|
|