Ravage   ● Archief    ● Overzicht 2001    ● Overzicht #10


Uit: Ravage #10 , 3 augustus 2001

Lastige huisbazen moeten voortaan op hun tellen passen

Het komt nogal eens voor dat huurders die opkomen voor hun rechten te maken krijgen met een vervelende huisbaas. De huurder wordt dusdanig onder druk gezet dat het verlaten van de woning uiteindelijk als de meest voor de hand liggende optie wordt beschouwd. Dergelijke huurders in Amsterdam kunnen nu voor steun terecht bij een speciaal meldpunt.

Een betaalbare huurwoning vinden in Amsterdam is zoiets als het zoeken naar een speld in een hooiberg. Heb je eindelijk iets gevonden, dan loop je het risico te maken te krijgen met een huisbaas die denkt een melkkoe in huis te hebben gehaald in plaats van een huurder. Hij legt je een hogere huurprijs op dan officieel is vastgelegd in de huurprijzenwet. Verzet je je ertegen, dan is de kans aanwezig dat de huisbaas je het leven zuur maakt met als doel dat je vertrekt. Ongewenst verhuur­gedrag.

Het overkwam Li Chang, een 30-jarige verpleger, die tot voor kort de benedenverdieping van Rozenstraat 75 bewoonde. Hij betaalde voor de 22 m² 'grote' ruimte in de Amsterdamse Jor­daan maar liefst 600 gulden all in per maand. Dat was nog tot daaraan toe, woningen in het centrum zijn nu eenmaal schaars, maar nadat de huisbaas in januari dit jaar aankondigde een hogere huurprijs te willen ontvangen, stapte Chang af op het huurteam.

Geen leven

In Amsterdam zijn vanaf 1997 in een achttal stadsdelen huur­teams actief. Deze huurteams, sinds kort ook operatief in Rotterdam, staan huurders gratis bij voor hulp en advies over de maximum huurprijs. De huurteams controleren de verhouding tussen prijs en kwaliteit van de woonruimte en helpen huurders zonodig in procedures bij de huurcommissie of kantonrechter.

Nadat Li Chang bij het huurteam in de Jordaan had aangeklopt met z'n verhaal, kreeg hij het advies om huurverlaging aan te vragen in plaats van akkoord te gaan met de huurverhoging. Chang's huisbaas, de heer H. Clements, ontstak in woede nadat hij het verzoek voor huurverlaging had aangehoord.

,,Vanaf die dag had ik geen leven meer'', vertelt Chang. ,,M'n huisbaas haalde alles uit de kast om mij het leven zuur te maken. Met het doel om mij zo snel mogelijk uit de woning te krijgen.'' Clements, die zelf de bovenverdiepingen van Rozen­straat 75 bewoont, sloot onder meer de kachel van Chang af waardoor deze enkele weken in de kou heeft gezeten. Nadat op een dag de thermostaat van z'n muur was gerukt, verwisselde Chang het slot van z'n voordeur. Chang: ,,Die vent liep zomaar m'n woning binnen wanneer hij maar wilde.''

De terreur van de huisbaas bereikte begin april een diepte­punt. Chang, die zojuist bij z'n advocaat op bezoek was ge­weest, trof bij thuiskomst een knokploeg aan. ,,Ze waren m'n spulletjes voor me aan het inpakken, terwijl Clements yoghurt over m'n muziekinstallatie goot.'' Chang, die al eens eerder was mishandeld door z'n huisbaas, koos uiteindelijk eieren voor z'n geld en vertrok. ,,Ik zag het echt niet meer zit­ten.''

Snuffelen

Chang's gedwongen vertrek is niet uitzonderlijk. De meeste huurders die langdurig worden geterroriseerd door hun huisbaas delven uiteindelijk het onderspit. ,,Mensen die in hun eigen woning onder druk worden gezet, gaan snel door de knieën'', vertelt Frans Panholzer, Chang's advocaat. ,,Zeker als de huisbaas ook nog in hetzelfde perceel blijkt te wonen.''

Panholzer heeft als advocaat wel vaker te maken met lastige verhuurders. ,,Het zijn over het algemeen mannen van middel­bare leeftijd. Ze beheren een of meerdere pandjes, hebben geen baan en willen meestal dat de huurders hun woning verlaten.'' Om dat doel te bereiken gaan huisbazen te werk volgens een vast patroon. Panholzer: ,,Hij start eerst een gevecht op de vierkante meter, meestal in het trapportaal. Fietsen mogen er ineens niet meer staan, spullen moeten verwijderd worden, tot en met de kapstok toe.''

De meeste verhalen die Panholzer van z'n cliënten heeft moeten aanhoren zijn ,,te krankzinnig voor woorden.'' Zo willen de huisbazen alles weten van hun huurders. ,,Ze snuffelen in brievenbussen om er achter te komen welke contacten de huurder heeft.'' Als verhuurders eenmaal het stadium van ,,het besnuf­felen van de voordeur'' zijn gepasseerd, begeven ze zich op ongewenste tijdstippen voor inspectie in het trapportaal en kloppen bij je aan met klachten. Panholzer spreekt van ,,lich­telijk gestoorde huisbazen.''

Volgens Panholzer spoort ook Clements niet helemaal. ,,Hij staat in de Rozenstraat bekend als een luidruchtig type en een dronkaard, die vooral 's nachts de behoefte voelt om zich te uiten.'' Binnenkort stapt Panholzer naar de rechtbank. Hij wil bereiken dat de huurovereenkomst van Chang wordt ontbonden, er een schadevergoeding van 50 duizend gulden wordt uitbetaald en dat Chang van z'n opdringerige huisbaas een andere woning krijgt toegewezen.

De kans dat Chang in het gelijk gesteld wordt is overigens klein. ,,Het voornaamste probleem waar geterroriseerde huur­ders voor komen te staan is de bewijsvoering. Panholzer raadt z'n cliënten dan ook aan om in het geheim geluids- en filmop­names te maken van de overlast die de verhuurder veroorzaakt. Verder onderkent de rechter meestal de aard van het probleem niet. ,,Die denkt al gauw aan een burenruzie en probeert de zaak in den minne te schikken'', verzucht Panholzer.

Schakel

Sinds kort kunnen huurders in Amsterdam die door hun huisbaas lastig gevallen worden ook terecht bij het Meldpunt Ongewenst Verhuurgedrag. De medewerkers van dit bureau inventariseren en onderzoeken meldingen en vormen een schakel bij de ondersteu­ning van huurders door huurteams en advocatuur enerzijds en het optreden door politie, justitie en gemeente anderzijds.

Het bureau is het directe gevolg van het rapport 'Inventarisa­tie Ongewenst Verhuurgedrag', dat is samengesteld door de gezamenlijke huurteams. Hieruit blijkt dat huurders soms op ontoelaatbare wijze onder druk komen te staan. Naast te hoge huurprijzen en onderhoudsproblemen krijgen mensen te maken met ontduikingsconstructies in huurcontracten, verhuurders die wet‑ en regelgeving overtreden of zich niet houden aan gangba­re normen van fatsoen.

Het Meldpunt Ongewenst Verhuurgedrag is samengesteld uit een bewonerondersteuner en een medewerker van de stedelijke Wo­ningdienst. Als er sprake is van een ernstige onderhoudsklacht dan kan Bouw- en Woningtoezicht de eigenaar dwingen dit te verhelpen. In andere gevallen kan de Woningdienst over gaan tot het vorderen van de woning of wordt de politie ingescha­keld.

,,Bij meldingen van klachten onderzoeken we de aard en ernst van de klacht gezamenlijk en zien erop toe dat deze ook snel uit de wereld wordt geholpen'', vertelt Guido Zijlstra van het meldpunt. De meeste meldingen die binnenkomen zijn afkomstig van de huurteams. Na een melding vindt de feitelijke onder­steuning van de huurder door verschillende instanties tegelij­kertijd plaats.

Zijlstra: ,,Klopt er een huurder bij ons aan wiens woning op instorten staat, teveel huur betaalt en wiens post wordt gejat door de huisbaas, dan regelen wij dat hij of zij een afspraak maakt met het huurteam uit diens district, dat Bouw- en Wo­ningtoezicht wordt ingeschakeld om de woning te inspecteren en dat de huurder een gratis advocaat krijgt die gaat onderzoeken of z'n post daadwerkelijk wordt verdonkeremaand.''

Afspraken

Het meldpunt heeft met vertegenwoordigers van de politie, Bouw- en Woningtoezicht en de advocatuur afgesproken dat men adequaat optreedt zodra het meldpunt daarom vraagt. ,,Hiermee gaat de positie van de huurder, wiens leven zuur wordt ge­maakt, met stappen vooruit'', zegt Zijlstra resoluut. ,,Voor­heen moest die huurder maar zien of zijn klacht serieus werd genomen op het politiebureau of dat het rapport met ernstig achterstallig onderhoud niet ergens onderin de la verdween.''

Het meldpunt heeft reeds een aantal klachten binnen. Zoals die van een echtpaar dat reeds tientallen jaren met plezier een etage in de Gerard Doustraat huurt. De huisbaas, die de etages boven hen bewoont, wil nu dat de huurder vertrekt want dan kan hij het pand splitsen. Hij stuurde reeds diverse brieven naar de huurder en bood telkens een hoger bedrag aan in ruil voor vrijwillige huuropzegging.

Zijlstra: ,,Het laatste bod bedroeg maar liefst fl. 120.000,-. Maar de vrouw van het echtpaar is in het huis geboren en woont er al zestig jaar. Zij vraagt zich af wat ze met dat geld moet en wil niet weg.'' In een andere brief, opgesteld door de huisbaas zelf, wordt melding gemaakt van de komst van de Braziliaanse echtgenote van de huisbaas, z'n twee kinderen, huisdieren en een piano.

,,Met andere woorden: de verhuurder suggereert dat het weleens behoorlijk rumoerig kan worden als dat gezin boven het echt­paar komt te wonen'', zegt Zijlstra. ,,Op subtiele wijze kon­digt hij in de brief aan dat de woonsituatie van het echtpaar er stukken op achteruit zal gaan. Hiermee zet hij de huurder psychisch onder druk. Een schoolvoorbeeld van ongewenst ver­huurgedrag.''

Alex van Veen

Het Meldpunt Ongewenst Verhuurgedrag is bereikbaar via tele­foonnummer 020 ‑ 5230199 & email meldpunt@huurteams.nl

 

.Terug naar boven