- Home - Archief - 1998 |
Uit: Ravage #272 van 27 november 1998
Wat voorafging: Fase 1 van de gijzelingsactie op Schiphol loopt gesmeerd. Maar wanneer Charlie, Manon en Ralf hun gijzelaar vanuit de kofferruimte naar het huis van de afgelegen boerderij brengen, merken ze dat ze de verkeerde vis gevangen hebben.
Wie daar dan wel zat wisten ze in de gauwigheid niet, maar ze kenden die smoel wel van TV. Het was een hoge piet, maar Zalm was het in ieder geval niet. Ze konden weinig anders doen dan wachten tot de rest van de groep zich zoals afgesproken onopvallend bij de boerderij zou vervoegen om te bespreken hoe het verder moest. Ondertussen bracht het radiojournaal het eerste bericht: ".... de woordvoerder van de politie op Schiphol wil niet bevestigen dat er een aanslag is geweest op de Nederlandse ministeriële delegatie die terugkeerde van de vergadering van het IMF en de Wereldbank in de Verenigde Naties eh... Staten. Volgens waarnemers heeft in de aankomsthal van Schiphol een explosie plaatsgevonden. Andere bronnen maken melding van schotenwisselingen. Of er doden en gewonden zijn gevallen is nog niet bekend, maar ooggetuigen hebben gezien dat er meerdere personen gearresteerd zijn. Er bestaan vermoedens dat de aanslag het werk is van Islamitische fundamentalisten die tegen het nieuwe verdrag tussen de Israëlische en Palestijnse regering zijn. Wij houden u op de hoogte. Bij nieuwe ontwikkelingen zullen wij desnoods het reguliere programma onderbreken..."
"Dat hebben we dan in ieder geval bereikt," probeerde Manon de stemming wat op te krikken, "zelfs op Hilversum drie moeten ze het gejammer ("... in Lissabohon...") stoppen om over geschrokken ministers te berichten". Buiten werd het al donker. Arie liep net door de modderplassen naar de geitenschuur om te gaan melken, toen het busje met opschrift 'Versmaren Veevoeders' aan kwam rijden, met daarin de meeste andere leden van het 'Commando Annie M.G. Schmidt', zoals ze zich onder aan de persverklaring hadden genoemd. Na de bus in de schuur gezet te hebben, stapten ze de keuken in waar de anderen tv zaten te kijken. Het journaal had net geopend met een grote foto van de man die onder hen in de kelder zat. Onder de foto het tekstbalkje: 'ex minister Wijers ontvoerd'. Philip Freriks verhaalde over 'verwarrende taferelen op Schiphol' waarbij lukraak Japanners en andere passagiers met buitenlandse gelaatstrekken waren gearresteerd en deels weer vrijgelaten. Ook waren er vage videobeelden van vertrekkende auto's uit parkeergarages, maar daar zat die van hen niet bij... "Hè gat, we hebben zo'n D'66-loser gepakt!" Sjanet was de eerste die weer bij zinnen kwam. Terwijl de anderen vloekend en tierend door elkaar heen schreeuwden, leek zij alweer een stap verder te zijn. Ze wenkte Ralf en Charlie en gedrieën liepen ze naar de keuken van de boerderij. "Wanneer hebben jullie elkaar ook alweer ontmoet," vroeg ze de twee mannen. Ralf en Charlie keken elkaar even aan, toen antwoordde Charlie, met een lichte grijns: "In de nacht van Wyers." Zijn gedachten gingen terug naar de nacht van 13 op 14 februari 1984. Maar liefst 1500 krakers waren toen door 1200 smerissen het grootste kraakpand van Amsterdam uitgedragen. De eerste paar honderd nog redelijk vreedzaam, maar al snel werd de politie ongeduldig en werden de krakers steeds hardhandiger naar buiten gesleurd en in bussen tot buiten de stad gebracht, waar ze werden gedropt. Charlie herinnerde zich dat hij nog bijna onthoofd was, toen hij zijn hoofd uit het dakluik van de bus had gestoken, en nog net op tijd de tramkabels had opgemerkt.
Sjanet haalde hem weer terug in het heden. "Hebben we de persverklaring al bij Ravage afgeleverd?, vroeg ze. Ralf antwoordde ontkennend: "Pietertje wacht in het café op ons telefoontje, dan belt'ie een taxi en laat het pakje bezorgen."
"Shit!", riep Sjanet, "ook dat nog. Ik heb echt een hekel aan die zakkenwasserspartij." Ze renden naar de schuur waar Wijers ineengedoken op een plastic tuinstoeltje zat. Onder het klapstoeltje, tussen de dure Italiaanse instappers, lag een plas op de vloer. Het hoofd van de politicus lag in een vreemde knik op zijn schouders. Mariëtte begon weer te jammeren: "Misschien is hij wel dood! Oh, wat moeten we doen? Waar zijn we aan begonnen!" Sjanet stapte kordaat op de vastgebonden man af. Ze peuterde de knopen van het touw waarmee Wijers was vastgebonden los en voelde zijn pols. Na een tijdje liet ze de arm vallen en zei kalm: "Jongens, ik heb een verrassende mededeling voor jullie." De gezusters Zwartjes (Wordt vervolgd) Naar boven Naar Jaargang 1998 |