Naar archief

UIT: Ravage #233 van 18 april 1997

Markt van het uitgaan (15) 

'n Auwtoloze bezoekt CRASH 

Een blonde vrouw (Deborah Unger) ligt voorover op een motorkap en streelt het glanzende metaal. Vlees en machine smelten samen. Een man nadert haar van achteren en tilt haar rok op. De film Crash (David Cronenberg, Canada, 103 minuten) is twee minuten oud en met een mondvol popcorn word ik geacht meteen een bobbel in de broek te krijgen. De echtgenoot van de vrouw, James Ballard (op wiens verhaal Crash de film is gebaseerd; gespeeld door James Spader) neukt ondertussen een ander in zijn kantoor. Later bespreken beiden hun 'avontuur'.  

Seks en auwto's en auwto-ongelukken en wonden van linkerteen tot dijbeen en Verveling en een totaal gebrek aan verwondering trekken anderhalf uur aan mijn netvlies voorbij. Ik word vergast, geuitlaatgast op idioten die de dodelijke botsing van James Dean naspelen. De Big Bang was voor deze wondfetisjisten en pijnjunkies een botsing tussen een auwto en het grote niets. 

Ideoloog en verpersoonlijking van het Kwaad is Dr. Vaughan (Elias Kotas), een maniak die geen vrouw of man kan aanraken zonder deze pijn te doen. Een huiveringwekkende man, wiens uitspraak: "This is the future" in Crash overtuigend voor het voetlicht wordt gebracht. We nemen deel aan een verdoemde wereld van dichtslibbende snelwegen, lege dialogen (eerder monologen), en een schrijnend gebrek aan fietsers.  

Oké, ik geef toe dat we de 25.000 piek die Cronenberg ons bood om op de set als De Auwtolozen een paar dagen te komen rondfietsen een aanlokkelijk bedrag vonden, maar principes gaan voor het prijsje. Achteraf heb ik nog met de regisseur gebeld, en hij was blij om geen moreel wijsvingertje te hebben opgeheven. Kan ik inkomen. Goed, terug naar de film.  

Op het einde willen de verveelde auwto-yuppen alleen maar dood dood dood, en als de suďcidale blonde dame weer tevergeefs de berm in scheurt, haar ega achter haar kruipt en in haar oor fluistert: "Maybe next time, baby, maybe next time," ben ik blij dat mijn trouwe tweewieler vastgeketend aan het hek op me wacht, omringd door tientallen taxifascisten daar op dat Lijdseplein. We komen in beweging en bedrijven net zolang de Liefde tot we samen thuiskomen. Zonder botsingen. Althans geen noemenswaardige.

Manik Marc

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1997