Naar archief

UIT: Ravage #227 van 24 januari 1997  

Altijd high zijn

Boek over drugsgebruik in Nederland

In Ravage 214 (12 juli 1996) besprak ik Het doel heiligt de middelen, een kwart eeuw illegale harddrugs in Nederland. De kop boven het artikel luidde: 'Een groot probleem, maar niemand wil er vanaf'. Dit boek (van Anne-Marie Plasschaert) ademt ongeveer dezelfde sfeer als het onlangs verschenen Dutch Treat van Dirk Korff. Wordt de beruchtste aller drugs een trend? 

Afgezien van het zeer wetenschappelijke sausje waarmee Korff zijn conclusies overgiet, is zijn boek 'meer van hetzelfde'. Niet alleen dezelfde onderwerpen komen aan de orde, ook de overeenkomst in de vormgeving van beide boeken is meer dan frappant te noemen. Beide boeken zien eruit als uitgaves van de VVD of het Oud-StrijdersLegioen: oranje en blauw dus. Misschien hebben de vormgevers dat met elkaar afgesproken?  

Dutch Treat beschrijft de opkomst van het fenomeen 'coffeeshop' en legt uit waarom de detailhandel in cannabis-produkten, hoewel bij wet verboden, in de praktijk getolereerd wordt. Het analyseert de gevolgen van de decriminalisering op het gebruik van softdrugs. Roken de Nederlanders meer hasj en marihuana dankzij de coffeeshops? En op welke wijze hebben deze etablissementen het gebruik van hard-drugs beïnvloed? Het heroïne-gebruik wordt onderzocht tegen de achtergrond van o.a. de verstrekking van methadon aan verslaafden. Wie zijn die heroïne-gebruikers en waarom nemen zij methadon? Welke invloed heeft methadon op hun gezondheid en op de mate van criminaliteit?  

Sneeuwbal 

Hoewel de nadruk ligt op de drugspolitiek en het drugsgebruik in Nederland, wordt er ook aandacht geschonken aan de ontwikkelingen in Duitsland en andere Westerse landen. De auteur maakt reclame voor zijn manier om verborgen groepen gebruikers in kaart te brengen, door middel van een methode die hij 'randomized snowball sampling' noemt (ik kan het ook niet helpen dat steeds meer wetenschappers hun boeken in het Engels schrijven, dit Latijn van de moderne tijd).  

Deze onderzoeksmethode komt erop neer dat je het vertrouwen wint van een junk. Je laat hem een vragenformulier invullen, en je vraagt of hij nog iemand weet die aan het onderzoek wil meedoen. Zo gaat de sneeuwbal aan het rollen en kom je als wetenschapper (of als politieman) aan je gegevens. 

Veel van de stoffen die we nu drugs noemen en verboden zijn, waren tot ver in de 20e eeuw vrij verkrijgbaar. Hennepproducten, cocaïne en opiaten zoals morfine en heroïne zijn daarvan de bekendste voorbeelden. Zij werden gewoonlijk verkregen via arts of apotheker. Op recept of over de toonbank. Internationale overeenkomsten vormen praktisch overal de basis van de formele drugscontrole. Het Enkelvoudig Verdrag van l961, tot stand gekomen onder druk van de VS, speelt hierbij de hoofdrol.  

De bedoeling is het illegale drugsgebruik over de hele aardbol te elimineren, een nobel maar tot nu toe onuitvoerbaar gebleken streven. Onder druk der veranderde omstandigheden werd hier te lande de Opiumwet in 1976 aangepast in de zin dat er een duidelijke scheiding werd aangebracht tussen drugs met een aanvaardbaar risico (hennepprodukten) en een onaanvaardbaar risico (heroïne). De decriminalisering van cannabisprodukten werd een feit, het bezit van kleine hoeveelheden voor eigen gebruik werd een overtreding. Wie meer dan 30 gram in zijn bezit had, maakte zich schuldig aan een misdrijf.  

Het is een misverstand te denken dat Nederland hiermee het eerst was. Reeds in l973 was de Noordamerikaanse staat Oregon ons voorgegaan in het decriminaliseringsproces en werd daar het bezit van een kleine hoeveelheid cannabis een overtreding. En nog voor de herziening van de Nederlandse Opiumwet in positieve zin (voor de henneprokers) hadden de staten Alaska, Californië, Maine, Minnesota en Colorado in hun wetten al een scheiding aangebracht tussen hard- en softdrugs.  

Het hennepgebruik had zich explosief ontwikkeld. Oorspronkelijk werden hasjies en marihuana gezien als extreem gevaarlijk. Gebruikers waren geestesziek (patiënt) of misdadig (delinquent). Langzamerhand hadden andere inzichten terrein gewonnen. Volgens strafwetdeskundigen was een repressieve politiek strijdig met het algemeen belang. En werd het noodzakelijk geacht om de markten van heroïne en cannabis duidelijk te scheiden.  

Korff laat in zijn boek zien dat die politiek vruchten heeft afgeworpen. Wie heroïne, speed, MDMA (XTC) of cocaïne wil kopen, weet dat hij daarvoor niet in de coffeeshop moet zijn. En over opmerkelijke wetenschappelijke conclusies gesproken: men is er in die kringen achter gekomen dat henneprokers veelal studeren, goed opgeleid zijn, een baan hebben (middenklasse), terwijl heroïnegebruikers meestal een laag opleidingsniveau hebben en dus tot de kansarmen moeten worden gerekend. Zo krijgt ieder de behandeling die hem past. De verslaafde aan heroïne is gewoonlijk ook klant van methadonbus, wijkcentrum of een andere speciaal voor hem in het leven geroepen voorziening. Voor de eigen gezondheid, en om de samenleving te vrijwaren van alteveel drugscriminaliteit. 

Chirac 

Het boek van Korff staat boordevol wetenswaardigheden, zoals de gemiddelde som geld die een Nederlandse verslaafde aan zijn hobby uitgeeft (350 pop). Of zijn Duitse collega verslaafde (DM 700). Verder statistieken, grafieken, getallen. Wat ook opvalt over heroïnegebruikers is dat zij veelal talloze andere middelen slikken om hun welzijn (snik) te bevorderen, zoals slaapmiddelen, rustgevende middelen en niet te vergeten alcohol en tabak. Altijd high zijn lijkt het devies. Al met al ademt het hele boek een optimistische sfeer, zo van: wij hebben onze zaakjes goed voor elkaar. 

Het gebruik van codeïne, speed en XTC speelt hier geen al te grote rol, als ik de wetenschapper mag geloven. Wie nu mocht denken dat het boek van Korff genoeg nuttige informatie over het gebruik van illegale middelen geeft om als richtsnoer te gebruiken in de verbetering van het Nederlandse beleid komt wel heel erg bedrogen uit. De formatie van een zogenaamd 'paars' kabinet leek borg te staan voor verdere liberalisering, maar de houding van de Franse president Chirac heeft daar een stokje voor gestoken. De Fransen kennen maar één soort drugspolitiek, namelijk repressie. En in plaats van het verbeteren van de sociale omstandigheden in eigen land, worden wij tot zondebokken gemaakt. Bah,bah.  

Om de Fransen te tonen dat wij het menen met de verscherping van onze regels worden nu al regelmatig mensen verlost van hun drie of vier grammen hennep, die zij net te voren in een coffeeshop hadden gekocht. Te gek voor woorden, maar wel waar. Ineens lijkt het doel van het scheiden van de heroïne en cannabismarkten niet meer zo belangrijk. Schreef Korff nog dat de gemiddelde leeftijd van de Nederlandse verslaafde rond de 30 jaar lag, we moeten er rekening mee houden dat dit zeer snel kan veranderen.  

Jarenlang was heroïne niet echt in de mode. Dat is nu wel even anders. Terwijl de Nederlandse overheid haar pijlen richt op de grootschalige teelt van hennep en zware straffen in het vooruitzicht heeft gesteld, komt via de achterdeur de heroïne als koningin der harddrugs weer binnen. Populaire tijdschriften koppen 'Heroïne is hip'. Acteurs en popsterren raken eraan verslaafd en zelfs foto-modellen gebruiken het. De heroïnefilm Trainspotting blijkt een groot succes.  

Hoe de beruchtste aller drugs een trend wordt. En dood en verderf zaait in modieuze kringen. Nou, dat hadden al die junkies niet kunnen bedenken. De hipheid van heroïnegebruik kennen we na een kwart eeuw ellende nu al wel en wie nog steeds romantische ideeën over het gebruik heeft en zich door zijn gebruik verwant acht met een Jean Cocteau, Thomas de Quincy of William Burroughs kan beter zijn hoofd eens laten nakijken. Overigens wordt er wel heel weinig herone opgespoord de laatste tijd.  

Dirk Korff heeft voor het schrijven van zijn indrukwekkende studie gebruik gemaakt van maar liefst 570 publicaties. De samenvatting en conclusies zijn in het Nederlands, gemakkelijk voor wie de Engelse taal niet zo goed meester is. Steek eens op! Je licht natuurlijk.                                                                                        

Jan Bruens
Analoog Informatiecentrum te Aardenburg  

Dirk Korff, Dutch Treat-Formal control and illicit drug use in the Netherlands. Thesis Publishers Amsterdam. ISBN 90-51 70-396-4.

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1997