Naar archief

UIT: Ravage #223 van 29 november 1996  

'Het is geen demonstratie of politieke actie' 

Dagelijks één uur koffie drinken en één uur 'lucht'. De overige 23 uur brengt Leon Wechgelaer door op zijn cel in de Bijlmer Bajes. Leon is totaalweigeraar, en moet dat bekopen met een gevangenisstraf van zeven maanden. Op 3 december zit zijn straf erop, en keert hij met zijn vriendin terug naar 'zijn' eilandje in Noorwegen. Verbitterd is hij allerminst: "Ik heb een hoop geleerd, heb mezelf niet hoeven verloochenen en heb dingen gedaan waar ik buiten minder intens aan toe zou zijn gekomen. Kortom: ik kan het iedereen aanbevelen." Een terugblik op zeven maanden detentie. 

Mei 1996 

Bijna een maand met m'n oproep rondgelopen op het onbewoonde Noorse eilandje boven de poolcirkel dat ik samen met m'n vriendin bevolk. Op zich heb ik niet zoveel problemen met het feit dat ik de bajes in moet, al blijft het natuurlijk belachelijk voor een 'vergrijp' als totaalweigeren te moeten zitten. Wat me gevoelsmatig het meest dwars zit, is gehoor te gaan geven aan zo'n oproep: "Op dinsdag 28 mei 1996 dient u te verschijnen in gevangenis Westlinge. Komt u te laat dan kunt u worden heengezonden." Waarheen?? Daar kom je dan drieduizend kilometer voor liften. Mag ik a.u.b. naar binnen? Waanzin. 

Praktisch valt er niet veel te doen. M'n vriendin blijft gewoon thuis tot de herfst. Ik heb wat activiteiten (studie, vertaalwerk, 'meditatie') waar ik me in de bajes mee bezig denk te gaan houden. Of ik het geestelijk aan kan, zal de tijd leren. Je kan je daar moeilijk concreet op voorbereiden, hoewel sommigen de uithoek waar wij wonen als een redelijke poging beschouwen... 

Sinds de dienstkeuring 18 jaar geleden, weet ik dat het ooit een keer gaat gebeuren en ben ik er op gezette tijden, maar zeker niet dagelijks, mee bezig: met het op een rijtje zetten en heroverwegen van motivatie, bezwaren, belangen, emoties en andere aan voortdurende verandering onderhevige zaken. Op een gegeven moment moet je het daar mee doen en er het beste van hopen. Ik heb er wel vertrouwen in. 

Na zes jaar studie-uitstel hebben ze me jarenlang gezocht en (toen ik Noorwegen werd uitgewezen) tenslotte gepakt. Na twee dagen voorlopig vrijgelaten: op het 'erewoord' van een totaalweigeraar zonder vaste woon- of verblijfplaats die acht jaar op de telex gestaan heeft, zich te zijner tijd weer te melden. Ik word nu heen en weer geslingerd tussen 'wijsheid komt met de jaren' en 'ouderdom komt met gebreken'.  

Nooit in die 18 jaar heb ik met de overheid onderhandeld of de confrontatie gezocht (maar wel gevonden). Ik heb ze gewoon genegeerd, geweigerd en m'n eigen plan getrokken om tenslotte een manier van leven te vinden waarin ik mijn idealen op een bevredigende wijze leer vorm te geven: op een evenwichtige en verantwoorde manier proberen deel te zijn van en om te springen met mijn natuurlijke en sociale omgeving. 

De oproep negeren, mijn eerste natuurlijke reactie, leidt tot weer op de telex, weer uitgewezen worden, weer terug naar af. Geen mens die daar van wakker ligt. Aan m'n oproep gehoor geven, m'n straf uitzitten (een beurt overslaan?) houdt de mogelijkheid open daarna weer met een leven verder te gaan waar ik met vallen en opstaan aan het opbouwen ben en waar ik me prettig bij voel en dat is toch meestal een voorwaarde om hoe dan ook bij te dragen aan een betere wereld. 

Toch, het valt niet mee om hart en hoofd bij elkaar te brengen en te houden. En me te melden. 

Juni 1996 

Penitentiaire Inrichting Westlinge is een ramp. Ondanks alle goede hoop en vertrouwen ben ik na drie weken volkomen afgebrand. Ik had me voorgenomen m'n tijd zinnig te besteden met eigen activiteiten zodat m'n detentie geen weggegooide tijd (een beurt overslaan) zou betekenen maar een periode van groei kon inhouden. 

Fout! Verplicht 'creatief met kurk' en verplicht 'zemen in zakjes' doen. Voor studie (ook voor zelf-studie) kom ik niet in aanmerking omdat ik niet 'maatschappelijk geherintegreerd' hoef te worden aangezien ik in het buitenland woon. Wel moet ik aan het verplichte werkprogramma meedoen om te leren een bruikbaar deel te worden van de productiemaatschappij, waar ik toevallig van vind dat ik daar niet in 'geherintegreerd' hoef te worden. 

Het is veelzeggend dat iemand die al een vrijheidsstraf is opgelegd, tijdens zijn detentie alsnog verplicht wordt dat te doen waarvoor hij al gestraft wordt, namelijk het weigeren van welke dienst dan ook en bij hernieuwde weigering extra gestraft wordt door hem binnen de toch al beperkte vrijheid in een gevangenis, eenzame opsluiting op te leggen.  

Dit wekt op z'n minst de indruk dat de staat mensen met onbruikbare opvattingen op allerlei manieren probeert te intimideren en te hersenspoelen. De staat doet zich voor als tolerant: je hoeft niet in militaire dienst, maar dan moet je vervangende dienst verrichten, anders ga je de bak in. En zelfs in de bajes gaat het door: je hoeft niet te werken maar dan ga je in eenzame opsluiting. Tolerantie is hier niets anders dan repressieve tolerantie: door te dreigen met fysieke vrijheidsstraffen, proberen ze je geestelijke vrijheid te ontnemen. 

In Westlinge deel je met z'n vieren een huiskamer en met z'n tweeën een slaaphok. Nooit alleen, altijd eenzaam. De ene helft van de gedetineerden is gebruiker, de andere helft dealer. De dope kost er niet meer dan op straat. Voor iemand met een verslavingsverleden die nuchter en clean is en dat wil blijven, geen gezonde situatie. Het personeel verschuilt zich achter regels. Regels zijn slechts middel om een doel te bereiken, niet doel op zich. Het enige waar ik het met de leiding over eens word, is het doel van de inrichting: de gedetineerden binnen 't hek houden en er voor zorgen dat ze er niet slechter uitgaan als binnenkomen. Als de regels er niet toe leiden dat ook het tweede deel van de doelstelling gehaald wordt, moeten de regels aangepast worden.

Fout! Ik moest eerst maar bewijzen dat de regels niet deugen door òf over het hek te gaan òf door terug te vallen tot zuipen of gebruiken. Ik wilde me toch liever met zinniger dingen bezighouden en weigerde deelname aan hun programma, waar niemand beter van wordt. Gevolg: dreigen met verlof in te trekken, isolatie en overplaatsing naar een gesloten bajes. Graag! 

Juli 1996 

Vergeleken bij half-open (half-gesloten) gevangenis Westlinge is de Bijlmer Bajes een verademing. Weliswaar meer beperkingen, maar minder verplichtingen. Ook hier weiger ik te werken met gevolg dat ik de hele dag achter de deur zit, op een uurtje 'lucht' en koffiepauze na. M'n uurtje 'lucht' kunnen ze me niet afnemen en van dreigementen als cellulair of isolatie snap ik niet veel als ik toch al bijna de hele dag opgesloten zit. Aan verplichtingen heb ik geen boodschap en mijn geestelijke vrijheid laat ik me niet afnemen. Macht en onmacht zijn zo gezien relatieve begrippen en liggen vaak dicht bij elkaar of zijn zelfs omkeerbaar.  

Dat vinden ze hier niet leuk, wat het voor mij juist leuker maakt. Word je geleefd, laat je je leven of leef je je eigen beperkte leven in de bajes? Ik dacht het laatste te gaan doen en in dit geval is mijn natuurlijke afkeer van onzinnige verplichtingen gecombineerd met een aangeboren weigerachtige obstinate houding een niet te onderschatten voordeel. Met fysieke beperkingen heb ik minder problemen omdat ik me binnen die beperkingen met m'n eigen activiteiten kan bezighouden. Ben nu veel meer alleen maar ook minder eenzaam. 

De eerste weken gebruik ik om weer een beetje op krachten te komen; een soort verregende vakantie: uitslapen, lezen, tv kijken. Daarnaast gebruik ik aardig wat tijd en energie om me bewust te blijven dat ik me op de mogelijkheden moet richten (m'n eigen bezigheden) en niet op de onmogelijkheden en beperkingen binnen de bajes. 

Van het bajesbeleid moet je niets verwachten. Om geïnspireerd te blijven, moet je je zelf iedere dag weer een schop onder je kont geven. Ik durf niet te verslappen en langzamerhand neemt de angst om in te storten af en het vertrouwen om te kunnen groeien toe. Ik heb het voordeel dat ik me goed kan vermaken in m'n eentje en dat ik redelijk gemotiveerd ben 'mijn dingetje' te doen. Ik houd er geen ijzeren discipline op na. In de 24 uur die iedere dag rijk is, zit altijd wel een periode dat ik gewoon zin heb om te vertalen, studeren of 'mediteren' en dan doe ik het. Iedere dag dat het lukt het naar m'n zin te hebben sterkt me voor de volgende dag. Eén dag per keer. 

Augustus 1996 

Eén dag per keer, telkens weer. Dat lijkt saai. En dat is 't ook. Toch heeft het zo z'n voordelen. De rust en het ontbreken van constant nieuwe indrukken biedt de mogelijkheid oude indrukken en gedachten te overzien. Ik vergelijk mijn hoofd wel eens met een moddervat dat constant in beweging is. Door m'n kop nu voor langere tijd stil te houden, kan de bagger naar de bodem zinken en het vat helder worden. Baggerwerkzaamheden zijn nooit leuk maar af en toe wel nodig om het water helder te krijgen en te houden. De bajes vormt voor mij een uitgelezen mogelijkheid dat werk te doen waar ik buiten te weinig aan toe kom. In de loop der jaren heb ik m'n bovenkamer aardig volgeplempt met bagger. Wat 't niet kost om 't er weer uit te krijgen. 

September 1996 

Sinds 31 augustus is de opkomstplicht officieel opgeschort. De Vereniging Dienstweigeraars (VD) had al eerder contact met me gezocht om met behulp van de media en publiciteit proberen te voorkomen dat nog meer dienstweigeraars (van weigeryup tot totaalweigeraar) die nog in de justitiële molen zitten, de bak in draaien. 

De VD zoekt en verzorgt de contacten met pers en politiek, iets waar ik een absolute afschuw van heb, maar ik stem toe als illustratie, niet als lijdend voorwerp, te dienen. Dat loopt behoorlijk ut de klauw. De pers is door de actualiteit van de zaak zeer geïnteresseerd. Veel interviews voor dagbladen, radio en tv. Een actie van oud-totaalweigeraars voor de bajes haalt zelfs het acht-uur journaal. Ook het verzoek van de VD om Beatrix in de troonrede een extra passage te laten lezen waarin een generaal pardon voor alle weigeraars wordt afgekondigd, krijgt veel publiciteit. Het verzoek wordt niet gehonoreerd. 

Alles bij elkaar valt er over publiciteit weinig te klagen en ook niet over hoe de zaak in de media belicht wordt, hoewel er wat mij betreft te veel wordt opgehangen aan de opschorting van de opkomstplicht (hooguit een extra argument voor een generaal pardon) en te weinig de nadruk wordt gelegd op het principe van totaalweigeren: je niet willen laten opleiden tot moordenaar in het leger en in plaats van een gouden handdruk te krijgen voor die houding, gestraft worden met vervangende dienstplicht volgens de Wet Gewetensbezwaarden die enkel en alleen in het leven is geroepen voor het principe 'verdeel en heers'. Totale controle. 

Oktober 1996 

Een rustige maand na alle drukte in september. De publiciteit was wel een leuke afwisseling en heeft het zitten nog makkelijk gemaakt. Nu het gebeurd is, ervaar ik ook wel voldoening dat het zich niet in algehele stilte heeft voltrokken. 

Zelf zou ik nooit de publiciteit gezocht hebben. Ik zie weinig heil in publiciteit als middel om politieke opvattingen te beïnvloeden. Proberen een systeem te veranderen volgens de regels die dat systeem zelf vaststelt, levert incidenteel misschien een succesje op (en da's mooi), maar geen wezenlijke verandering. Integendeel. De regels zijn zodanig dat ze het systeem eerder beschermen en versterken omdat ze tegenstanders deel maakt van het systeem en zo inkapselt. Ik beschouw het meer als demonstreren tegen slecht weer: het mag maar helpt geen moer. 

Voor je opvattingen zeven maanden in de bajes zitten helpt trouwens ook weinig. Het is dan ook geen demonstratie of politieke actie maar het gevolg van dat ik probeer wat ik vind overeen te laten komen met wat ik doe. En ook al schaad ik er niemand mee, er blijkt wel zeven maanden cel op te staan. 

Publiciteit hoeft niet alleen maar op politiek gericht te zijn. Liever niet zelfs. Het kan ook normale mensen bereiken en stimuleren na te denken over wat hun standpunten zijn, waar hun verantwoordelijkheden liggen en hoe die te nemen en vorm te geven om een bijdrage te leveren aan een menselijker samenleving. Een samenleving waar de economische belangen het niet altijd winnen van de menselijke en milieubelangen; waar naast de bevrediging van onze materiële behoeften weer wat plaats kan komen voor onze immateriële behoeften: het besef dat we een deel zijn van die grotere ons omringende natuur waar we mee kunnen samenwerken en die we niet alleen maar hoeven uit te buiten, beheersen of verbeteren als ware wij God in plaats van gecompliceerde boerenlullen. 

De reactie op de interviews en het dagboek in NRC-Handelsblad zijn verrassend zowel wat aantal als inhoud betreft. Ik had niet verwacht dat woorden veel los zouden kunnen maken. Ben meer iemand van 'geen woorden maar daden', maar misschien dat woorden ook daden zijn? Binnen de beperkte mogelijkheden van de bajes is het voor mij wel een uitkomst. 

November 1996 

Deze maand zijn er dan kamervragen gesteld tijdens de begrotingsbehandeling van justitie. Er is een motie ingediend om de onvoorwaardelijke straf van zeven maanden terug te brengen tot zes. Dat heeft tot gevolg dat de straf kan worden omgezet in een alternatieve werkstraf of fikse geldboete. Fijn voor de weigeryup. Op deze manier zou justitie af kunnen komen van zo'n 700 weigeraars die de staat anders 80 miljoen zouden kosten. 

Over de motie moet nog gestemd worden. Misschien dat er een politiek compromis uitrolt waarin, om gezichtsverlies te voorkomen, met geen woord gerept wordt over de onrechtvaardigheid dat Jehova's Getuigen al tientallen jaren niet worden opgeroepen (en dus niet kunnen weigeren), niets over het feit dat al jarenlang slechts één op de tien dienstplichtigen daadwerkelijk moest opdraven, en al helemaal niets over het principe van totaalweigeren. Wordt de motie aangenomen dan heet dat het hoogst haalbare te zijn en voorkomt dat er nog meer belastinggeld wordt verspild en dat er nog meer weigeraars achter de tralies verdwijnen die dat niet willen. 

Mijn tijd zal het wel duren. Nog twee weken. Dat de laatste loodjes het zwaarst wegen, merk ik nog niet veel van. Ik ben behoorlijk gewend geraakt aan het bajesleven. Ik hoef niet langer zoveel tijd en energie als in het begin te gebruiken om dingen positief te blijven bekijken. Het half gevulde glas water dat je als half vol (positief) of als half leeg (negatief) kunt zien, is gewoon een glas water voor me.  

Ongekend voor een compromisloze 'alles of niets', 'goed of kwaad' en zwart/wit-kijker. Als zeven maanden vast zitten dat kan losmaken heb ik weinig reden verbitterd of ontevreden te zijn. Ik heb een hoop geleerd (vaak leren en groeien we meer van tegenslag dan van succes), heb mezelf niet hoeven verloochenen en heb dingen gedaan waar ik buiten minder intens aan toe zou zijn gekomen. Kortom: ik kan 't iedereen aanbevelen. 

Om iets moois te laten groeien moeten er zaadjes geplant en onkruid gewied worden. Wie dat doet maakt mij niet uit, maar het moet allebei gebeuren.

Leon Wechgelaer

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1996