Naar archief

UIT: NN #180 van 10 maart 1995   

Autocratie: een onzichtbare dictatuur 

In de naam van vrij ondernemerschap, snelwegen en de vrijheid om te kopen, is de lucht in de steden niet geschikt meer om in te ademen. De auto is hieraan niet de enige schuldige, maar wel degene die stadsbewoners het meest direct aanvalt. De Uruguaanse schrijver Eduardo Galeano opent de aanval op de autocratie.  

Het ontvoeren van de doelen door de middelen: de supermarkt koopt jou, de televisie kijkt jou, de auto rijdt jou. De reuzen die auto's en benzine maken - ondernemingen bijna net zo sappig als wapens en drugs - hebben ons ervan overtuigd dat de motor het enig mogelijke verlengstuk is van het menselijk lichaam. 

Onder de dictatuur van de automobiel heeft de overgrote meerderheid in onze steden geen andere keus dan te betalen om te reizen, als sardines in een blik, middels slecht en schaars openbaar vervoer. De straten van Latijns Amerika zullen nooit ruimte hebben voor de fiets, dat verachtte vervoermiddel, symbool van achteruitgang tenzij het gebruikt wordt voor recreatie of sport. 

De Consumptiemaatschappij - dat achtste wereldwonder, Beethovens 10e - legt haar eigen machtssymboliek op en haar eigen mythologie van sociale vooruitgang. "Uw auto is Uw beste vriend", verkondigt de reclameboodschap. De wervelwind op wielen zal je gelukkig maken: "Beleef je passie!", biedt een andere advertentie ons aan. Reclame nodigt je uit deel uit te maken van de heersende klasse met behulp van de magische kleine sleutel. "Krijg je zin!" maant de stem die de bevelen van de markt uitdeelt. En "Geef je persoonlijkheid bloot!" Als je ook nog een tijger in je tank stopt, zo herinner ik mij uit mijn kindertijd, ga je sneller en ben je krachtiger dan ieder ander en wals je iedereen plat die op je pad komt op de weg naar het succes. 

Taal creëert de illusionaire werkelijkheid die zegt dat reclame nodig is om iets te verkopen. Maar in de echte werkelijkheid zorgen de instrumenten die ontworpen zijn om het gebied van de vrijheid te vergroten dat we gevangen worden gehouden. De auto, een machine ontworpen om ons tijd te besparen, vreet tijd van de mens. Geboren om ons te dienen, maakt het ons zijn dienaar. Het verplicht ons om meer en meer uren te werken om het te voeden. Het rooft onze ruimte en vergiftigt onze lucht. In de naam van vrij ondernemerschap, snelwegen en de vrijheid om te kopen, is de lucht in de steden niet meer geschikt om in te ademen. 

De auto is niet de enige schuldige partij in de dagelijkse misdaad die de aanval op de lucht van de wereld is, maar wel degene die stadsbewoners het meest direct raakt. De wrede stroom lood die in ons bloed komt en onze zenuwen, lever en botten aanvalt, is vernietigend, vooral in het zuidelijke deel van de wereld waar noch katalysatoren noch loodvrije benzine voorhanden is. Maar in steden over de gehele wereld veroorzaken auto's de meeste gassen die de lucht vergiftigen, de bronchieën en ogen infecteren en verdacht worden van het veroorzaken van kanker. Volgens milieudeskundigen ademt elk kind dat in Santiago de Chile geboren wordt het equivalent van zeven sigaretten per dag in en lijdt een op de vier kinderen aan een vorm van bronchitis. 

Een Braziliaanse vriend vliegt naar de stad Sao Paolo. In het vliegtuig ontmoet hij een toerist uit Singapore. Singapore is zoals we weten een van de 'Aziatische tijgers' die door de internationale technocratie verkocht worden als wonderen geboren uit de vrijheid van het geld en de afwezigheid van de staat.

Mijn vriend valt echter van de ene verbazing in de andere. De toerist is onderwijzer op een openbare school in Singapore en verdient vijftien keer zoveel als een Braziliaanse onderwijzer, omdat de staat van Singapore onderwijs niet verwaarloost.  

Op het vliegveld wacht een nieuwe verrassing als ze in een taxi stappen richting stadscentrum: in Singapore zijn de kosten voor een vergelijkbaar ritje vijftien keer zo laag, omdat in Singapore de staat openbaar vervoer zwaar subsidieert. Als ze in de binnenstad aankomen, zijn de straten van Sao Paolo verstopt door het verkeer en de lucht is een grijs gordijn. Temidden van al het misbaar, vijand van de oren en de ziel, slaagt mijn vriend erin een derde verrassing te horen: in Singapore beperkt de staat het gebruik van privé-auto's met hoge belastingen en heffingen. 

Wat is ecologie? Een groengeverfde taxi? In Mexico-Stad worden groen geverfde taxi's "ecologische taxi's" genoemd. De schaarse ziekelijk gekleurde bomen die de kudde auto's weten te overleven worden "ecologische parken" genoemd. In een officiële publicatie eind vorig jaar boden de autoriteiten van Mexico-Stad een paar stukjes "ecologisch advies" dat lijkt te zijn geïnspireerd door de somberste profeten van de apocalypse. De Grootstedelijke Commissie voor het Voorkomen en Controleren van Milieu Vervuiling beveelt aan, en ik citeer, dat op zeer vervuilde dagen (en dat zijn ze bijna allemaal) de bewoners van deze stad "zo weinig mogelijk naar buiten moeten gaan, deuren, ramen en luchtgaten gesloten moeten houden, en geen inspannende oefeningen moeten doen tussen tien uur 's ochtends en vier uur 's middags."  

Zij die kennis hebben van de oude Grieken zeggen dat de stad geboren werd als ontmoetingsplaats voor mensen. Is er enige ruimte voor mensen in deze immense garages? Even voor dat het "ecologische advies" werd gepubliceerd, ging ik een wandelingetje maken door de straten van Mexico-Stad. Ik liep vier uur tussen grommende motoren. Ik overleefde het. Mijn vrienden onthaalden me uitbundig. Daarna gaven ze me de naam van een goede psychiater. 

De auto doodt jaarlijks een menigte over de hele wereld. In vele landen zijn de gegevens onbetrouwbaar, bestaan ze niet of zijn ze achterhaald. De meest recente wereldwijde schatting die beschikbaar is (van het in Washington gevestigde Worldwatch Institute) geeft aan dat niet minder dan 250.000 mensen in 1985 omkwamen bij verkeersongelukken. Zelfs de Vietnam-oorlog doodde niet zoveel mensen in een enkel jaar. In Duitsland, om een voorbeeld te geven uit een land met goed bijgehouden statistieken, stierven in 1992 vijf maal zoveel mensen door auto's als door drugs. Alleen al in dat jaar doodde de auto twee maal zo veel Duitsers als er aan AIDS stierven in de tien jaar sinds haar verschijnen. 

Over de gehele wereld is vervoer de primaire doodsoorzaak onder jongeren - meer dan ziekten, drugs of misdaad. Een massieve internationale publiciteitscampagne waarschuwt jongeren dagelijks voor de risico's van seks in de tijd van AIDS. Waarom is er geen vergelijkbare campagne over de gevaren van de auto? Is een rijbewijs het equivalent van een wapenvergunning? 

Jezelf per fiets vervoeren over de straten van welke grote Latijns Amerikaanse stad dan ook, die geen fietspaden hebben, is een zeer effectieve manier om zelfmoord te plegen. In de landen in het Zuiden van de planeet, waar wetten bestaan om gebroken te worden, zijn er veel minder auto's dan in het Noorden. Maar auto's doden er veel meer mensen. Waarom moeten Latijns Amerikanen die geen eigen auto hebben en waarvan de overgrote meerderheid die niet kan en nooit zal kunnen kopen, veroordeeld blijven om op straathoeken te wachten op de spaarzame bus? Waarom blijven ze verplicht om kaartjes te kopen die een gezond deel van hun schamele loon opvreten, zonder enig alternatief? Waarom openen ze geen beschermde paden voor fietsen op de vele avenue's en doorvoerwegen voordat het te laat is? 

Misschien zijn sommige Latijns Amerikaanse steden, de meest Babylon-achtige, het punt waarna geen terugkeer meer mogelijk is al gepasseerd - op weg naar hun eigen ondergang. Maar in andere steden zou het perfect uitvoerbaar zijn om autovrije zones te maken. Auto's hebben geen stemrecht, maar politici zijn als de dood om ze maar het minste ongemak te bezorgen. Geen enkele regering in Latijns-Amerika - civiel of militair, rechts, midden of links heeft het aangedurfd om het op te nemen tegen gemotoriseerde kracht. 

Het is waar dat in Cuba recentelijk de fiets het straatbeeld domineerde. Maar dat gebeurde niet gedurende de dertig rare jaren van revolutie toen Cuba had kunnen kiezen voor dat goedkopere voertuig dat de lucht niet vervuild en geen andere brandstof vereist dan menselijke spieren. Nee. Fietsen verschenen massaal in Cuba toen er geen andere keus was, omdat er geen druppel olie te vinden was. Niet als een plezier dat omhelsd wordt, maar als een onvermijdelijke calamiteit. 

Zelfs niet die revoluties waarvan niemand kan ontkennen dat ze verandering wilden, stelden maar de meest minieme stappen voor om de afhankelijkheid te verminderen van de almachtige maatschappijen die de wereldhandel in auto's en olie domineren. 

Wij Latijns Amerikanen hebben de pil geslikt dat de hel van Los Angeles het enige mogelijke model van modernisatie is: een duizelingwekkende supersnelweg die openbaar vervoer veracht, snelheid praktiseert als een vorm van geweld en mensen verdrijft. Ons is geleerd om gif te drinken en we zijn bereid elke prijs te betalen zolang het in een glimmende fles wordt gepresenteerd.

Er is geen kolonialisme erger dan de vorm die onze harten veroverd en ons verstand opbrandt. 

Eduardo Galeano 

Verschenen in NACLA. Report on the Americas, Vol XXVIII, No 4. Jan/Feb 1995.

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1995