Naar archief

UIT: NN #170 van 7 oktober 1994   

RARA-team opstandig?  

Woensdagochtend 28 september tussen vijf en zes uur hebben politierechercheurs in burger, in opdracht van de arrondissementsrechtbank te Den Haag, invallen gedaan in het kantoor van Stichting Opstand in Amsterdam en in de woningen van drie bestuursleden van de stichting. In alle gevallen weigerde justitie de redenen voor de huiszoeking te geven, maar beperkte men zich tot de opmerking dat het ging om een "lopend onderzoek". Waarnaar, dat moest men maar raden. 

Op de 1e Van der Helststraat 58-1, het kantooradres van Opstand, werd de inval verricht door een team van elf rechercheurs in burger met een hond, onder leiding van rechter-commissaris Havercate. Er was niemand aanwezig. De voordeur werd opengedaan door de wakker gemaakte bovenbuurvrouw en de deur van Opstand geforceerd. Meegenomen werden o.a. twee computers, een printer, een antwoordapparaat, computerbestanden, een deel van het archief (vooral dat over confectie en illegalen), documentatiemateriaal en persoonlijke correspondentie. Het werk van Opstand is daarmee effectief tot stilstand gebracht. Ook bij de bovenbuurvrouw werd, met gebruikmaking van intimidatie, huiszoeking verricht, ondanks het ontbreken van een huiszoekingsbevel.  

Bij de drie bestuursleden, waarvan er een op 22 september overleden is, werden eveneens invallen gedaan door teams van elf rechercheurs en een rechter-commissaris. Ook bij deze invallen werd geen motivatie gegeven. De invallers gedroegen zich bijzonder onbeschoft. De aanwezigen mochten niet met de buitenwereld bellen, werden afgesnauwd en op vragen werd geen antwoord gegeven. Meegenomen werden o.a. persoonlijke correspondentie tot 15 jaar terug, fotomateriaal, agenda's, documentatie voor journalistieke producties, de producties zelf, adressenboeken, computerbestanden, cassetterecorders, een Bijbel met aantekeningen, gereedschap, financiële administratie, een computer, een stencilmachine, een raamposter en een telefoonboek.  

Raadsel 

Het is de medewerkers van Opstand nog een raadsel waarom de invallen hebben plaatsgevonden. Opstand is een onafhankelijk onderzoeksbureau, dat zich met name richt op de ontwikkeling van de arbeidsverhoudingen. In het verleden is vooral onderzoek verricht naar de arbeid van illegale migranten in de confectieªateliers en in de glastuinbouw en naar de gevolgen van de zogenaamde 'Toyotisering', de invoering van Japanse managementsmethoden door het bedrijfsleven. Opstand heeft zich daarbij voortdurend solidair verklaard met de belangen van de onderste groepen op de arbeidsmarkt; de laagstbetaalden, de illegale migranten, de werklozen. De informanten bij de onderzoekingen komen voor een belangrijk deel uit de sociale bewegingen. Aan al deze projecten is met de invallen en de inbeslagname van vrijwel alle onderzoeksmateriaal voor lopende projecten tijdelijk een einde gekomen.  

Des te vreemder is het dat justitie weigert een verklaring te geven voor haar handelwijze. Men wenste niet meer te zeggen dat de invallen in het kader vielen van een lopend strafrechterlijk vooronderzoek tegen een zekere 'NN'. Dit gerechtelijk vooronderzoek werd in oktober 1993 gestart. Bij een van de huiszoekingen werd expliciet vermeld dat de bestuursleden en medewerkers van Opstand zelf geen verdachten zijn. Er is hun ook geen verhoor afgenomen en niets ten laste gelegd. Inmiddels is wel duidelijk geworden dat de verantwoordelijke hoofdofficier van justitie in Den Haag, de heer Bolk, betrokken was bij het onderzoek naar mogelijke afpersing door leden van de PKK en Dev Sol. 

Advocate T. Prakken en de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) hebben inmiddels bij de hoofdofficier van justitie in Den Haag om opheldering gevraagd over de politie-invallen. Prakken heeft de rechtbank in Den Haag verzocht het in beslag genomen materiaal zo vlug mogelijk terug te geven aan de stichting. De huiszoekingen zijn verricht in aanwezigheid van vier rechter-commissarissen en vier officieren van justitie. Bij de acties waren meer dan veertig agenten van het korps Haaglanden (regio Den Haag) betrokken.  

Over het doel van de huiszoekingen kon de Haagse persofficier van justitie N. Zandbergen geen mededelingen doen. Zandbergen bevestigt noch ontkent dat de invallen te maken hebben met het RARA-onderzoek. Volgens hem is het wel zeer ongebruikelijk dat bij de invallen de reden van de huiszoekingen niet bekend is gemaakt. "We hebben diep over deze werkwijze nagedacht en die voorgelegd aan de rechter-commissaris. Die vond dat het kon. We concludeerden dat het grote belang van het onderzoek het bekendmaken van de reden van de inval in de weg staat", aldus Zandbergen in dagblad Trouw.  

Speculaties 

De actiegroep RARA tekende ruim een jaar geleden voor de bomaanslag op het ministerie van sociale zaken en eiste in 1991 de verantwoordelijkheid op voor de bomaanslagen op de woning van Kosto in Grootschermer en het ministerie van binnenlandse zaken. Na een aantal maanden liep het onderzoek door een speciaal Haags RARA-opsporingsteam vast. Met de invallen bij Opstand denkt justitie waarschijnlijk weer een stap dichterbij RARA te komen.  

Verschillende medewerkers van Opstand zijn zeer goed ingevoerd in onderwerpen die thematisch raakvlakken hebben met de onderwerpen waar RARA zich recentelijk middels haar activiteiten op richtte. Opstand was een van de organisaties die in 1988 deelnam aan een politieke manifestatie in Amsterdam ter ondersteuning van de in die tijd gevangen zittende RARA-verdachten. In het artikel 'Tentakels van RARA', in juli 1993 gepubliceerd in De Telegraaf, wordt Opstand als een van de vele clubs ten tonele gevoerd die "nauwe banden zouden hebben met de terreurorganisatie RARA". Hans Krikke, medewerker van Opstand, liet zich tegenover een journalist van die krant ontvallen als zou hij zich wel een beeld kunnen vormen wie bij RARA zitten.  

Indien justitie onder meer op basis van dit soort publicaties over is gegaan tot de invallen, rijst de vraag waarom ze dit pas een jaar later doet. Mogelijk is het een 'wraakactie' op het afluisterincident, zoals dat eerder deze maand in het nieuws kwam. De BVD is bij het afluisteren van twee mogelijke verdachten in de RARA-zaak lelijk door de mand gevallen. Het in Amsterdam wonende tweetal zou worden onderzocht op een connectie met RARA. De afluisterapparatuur in beide woningen werd echter na verloop van tijd toevallig ontdekt. Bij één woning was onder de dakpannen een gehele afluister-installatie aangelegd, die via draden alle gesprekken in dat huis kon registreren. De apparatuur kwam bij een verbouwing boven water. De advocaat van de bewoners liet vervolgens een videocamera installeren en schakelde de afluister-apparatuur uit. Op videoband is nu vastgelegd hoe technici, waarschijnlijk van de BVD, de apparatuur proberen te herstellen. Bij de andere woning ging het om een microfoon en een zender.  

Advocaat Nico Meijering heeft bij de ministeries van binnenlandse zaken en justitie om opheldering gevraagd. De procureur-generaal in Amsterdam heeft opdracht gegeven deze zaak te laten onderzoeken. Tegenover het idee dat de invallen te maken hebben met lopend RARA-onderzoek staat de mogelijkheid dat het te maken heeft met eventuele banden van Opstand met een organisatie als Dev Sol. Want als het om RARA-onderzoek gaat, waarom werd het gerechtelijk vooronderzoek dan in oktober 1993 gestart, maanden na de laatste RARA-bom in Den Haag? In het kader van de onderzoeken naar de kledingproductie in Nederland zijn goede contacten gelegd met Turken en Turkse organisaties in zowel Nederland als bijvoorbeeld in Turkije. Al het materiaal dat handelde over dit onderwerp en hulp aan en ondersteuning van illegalen is meegenomen en bijvoorbeeld niet de mappen met informatie over bedrijven. Dat OvJ Bolk met het onderzoek bezig was naar Dev Sol/PKK en afpersing is ook een aanwijzing die tot speculaties in deze richting uitnodigt.  

Mocht dit een tendens aangeven voor het toekomstige optreden van justitie, dan is blijkbaar de verwijzing naar een strafrechterlijk onderzoek voldoende om bij wat voor instelling dan ook alle journalistiek en ander onderzoekswerk stil te kunnen leggen. Het staat buiten kijf dat deze tendens in het belang van de vrijheid van meningsuiting en van de vrijheid van nieuwsgaring bestreden dient te worden. Er wordt door Opstand nu gewerkt aan een plan de campagne om het in beslag genomen materiaal terug te krijgen en om helderheid te verkrijgen over de motivatie van justitie. Met dit doel is een steuncomité opgezet.  

Medewerkers en bestuur van Opstand roepen eenieder op om met klem te protesteren tegen het optreden van justitie en politie, opheldering te eisen over haar handelwijze en te pleiten voor een onmiddellijke teruggave van al het in beslaggenomen materiaal. Stuur je protest naar de minister van justitie (Sorgdrager, Pb 20301, 2500 EH Den Haag) en de vaste kamercommissie van justitie (Pb 20018, 2500 EA Den Haag). Verder roept Opstand op om je aan te sluiten bij het steuncomité, dat tijdelijke voorzieningen zal treffen en de mobilisatie campagne uitvoert.  

Rik den Braber & Alex van Veen

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1994