Naar archief

UIT: NN #124 van 26 november 1992  

Ach, bla bla bla, tis maar media 

NN logt in op Bilwet's media-archief 

"Toen God uit het centrum van de belangstelling verdween, werd zijn plaats ingenomen door de aarde als middelpunt van het heelal. Maar ook die verdween en de leegte in het hart van de wereld werd opgevuld door de mens als maat van alle dingen. Na twee eeuwen van verlichting en industriële revolutie moest men in de jaren '60 plots konstateren dat ook de mens verdwenen was. Dat was het moment waarop en masse op de media werd ingeschakeld om het gat te dichten en de ruïnes van de geschiedenis in wereldbeeld te brengen." Onlangs verscheen het Media-Archief van Bilwet, de stichting ter Bevordering van de Illegale Wetenschap in oprichting. Het Media-Archief bevat een verzameling onzekere theorie met als onderwerp de media in de allerruimste zin van het woord. De media zijn immers totaal, of niet soms. 

In ieder geval staan ze de laatste decennia volop in de belangstelling van sociologen, filosofen, kunstenaars en journalisten. De teneur van veel beschouwingen en de resultaten van traditioneel sociaal-wetenschappelijk onderzoek waren vaak hetzelfde: de opkomst van de moderne informatiemaatschappij heeft geleid tot het uiteenvallen van de gemeenschap en bederf van de Westerse kulturele waarden.  

In de jaren '50 en '60 koos de Amerikaan Marshall McLuhan een andere benadering waar eind jaren '70 door Franse denkers als Jean Baudrillard en Paul Virilio op werd voortgeborduurd. Bestaande normen en waarden, ideologische kategorieën en wetenschappelijke methodes waren volgens hun onbruikbaar en werden overboord gegooid.  

Om de moderne tijd en de media te kunnen begrijpen moet men zich richten op datgene wat kenmerkend en nieuw is voor deze periode. Allerlei historische verbanden worden genegeerd om zichtbaar te kunnen maken waar nog weinig of nauwelijks woorden voor zijn. Daarvoor gebruiken ze zelfbedachte begrippen en overdrijvingen. Hun theorieën leveren geen allesomvattende verklaring maar t zijn een experiment, een verkenning. Ze kunnen ons vergezellen in het dagelijks leven in het verwarrende en benauwde medialandschap. Niet als wetenschappelijke waarheid, maar als overlevingsinstrument en bron van plezier. 

Het Bilwetfiliaal 

Ook Bilwet (twee jongens en een typemachine) verzamelt in haar archief slechts 'onzekere' theorieën die de media op spekulatieve wijze in kaart brengen. "De spekulatie begint voorbij het nulpunt van de betekenis. Als woorden bevrijd worden van hun informatielast die ze moeten meetorsen, raken ze in vervoering en trekken op verkenning uit" (...) "Spekulatie zoekt het niet in kwaliteit of kwantiteit, maar in een verbazing over het nu of nooit van de vertogen. Je wordt er niet rijker of wijzer van eerder armer, aangezien de toevallig vergaarde soc/pol/kul/eko/hist-ballast wordt vergruizeld tijdens de instant-konsumptie van het Bilwetprodukt. Grote verbanden, tijdvakken, entiteiten, themata, moraliteiten en wereldvraagstukken verdwijnen als sneeuw voor de zon. Morgen kan het omgekeerde worden beweerd."  

Bilwet's theorieën hebben dan ook geen enkel nut, maar leveren wel verrassende 'onzekere' inzichten op. Het Media-Archief bevat manifesten, beschouwingen en besprekingen, die tot doel hebben de media in de ruimste zin van het woord op spekulatieve wijze in kaart te brengen. De 'mediatekst' roept de media op om duidelijk te maken wie ze zijn. Daarbij is Bilwet vooral op zoek naar de plaatsen waar ze in ontbinding raken, zichzelf uitputten en uithollen. Ze beperkt zich daarbij niet tot de bestaande of 'zichtbare' media. In de elektrosfeer bestaat een veelvoud aan potentiële media en mediagestalten. 

De mediatekst daagt ze uit om werkelijk te worden, om te beginnen in de mediatekst zelf; ze biedt het veld van de potentiële media de gelegenheid te 'downloaden' op het nivo van de taal. Aldus ontstaat een bonte verzameling 'Unidentified Theoretical Objects' (UTO's), definitieve essays en bronnen die samen Bilwet's media-archief vormen. Het media-archief bevat alle data ter wereld. Het Bilwetfiliaal is karig en nietig; het omsluit alleen instrukties over de maakbaarheid van media en stelt mogelijkheden voor om er weer vanaf te komen. 

NN 'logde' in op het Bilwetfiliaal en kwam enthousiast met de volgende 'formats' naar buiten. Mocht hieronder per ongeluk een 'zekere' theorie opdoemen, dan is dat onze schuld. Bilwet kan in elk geval niks worden verweten. 

Totale media 

Tot de jaren '60 "hadden de media onschuldig boodschappen overgebracht van zender naar ontvanger. Hoe subversief of gezagsgetrouw die ook waren, de media zelf hadden nooit een standpunt bepaald. Ze liet de informatie waarmee ze werd opgezadeld door zich heen stromen om er van af te zijn. Thans is ze ineens verzelfstandigd tot het machtscentrum van een informatiemaatschappij die haar geloof beleidt in algehele kommunikatie. Gedwongen een vol objekt te zijn, kreeg ze een eigen moment dat haar in de richting stuurde die haar voorgangers (God, aarde, mens en rede) al gegaan waren. 

De media werd globaal en universeel. Zoals God door zending en kruistocht over alle kontinenten verbreid werd en de mens vervolgens verantwoordelijkheid kreeg opgelegd voor iedere rijkdom en ellende in de wereld, zo is de media nu alomtegenwoordig. Door satelliet en glasvezel zijn alle plekken overal live aanwezig - de global view is het enige perspektief van de Internationale. Tegelijkertijd blijkt elk objekt media te kunnen worden. Kleding, serviesgoed, woninginrichting en stad zijn media van een nationale, politieke of sexuele identiteit geworden. Ze zijn thermometers van een psychische gesteldheid.  

Bomen geven boodschappen door omtrent windkracht en milieuvervuiling. Alles straalt betekenissen uit en doet verslag van iets anders dan het eigen bestaan. Waar ding was is informatie gekomen. Er is geen werkelijkheid meer dan als die van de media." En zo heeft, "bij het verlaten van de twintigste eeuw de aarde er een zesde kontinent bijgekregen dat de vijf klassieke werelddelen omvat en in zijn schaduw stelt. De kommunikatiemiddelen hebben een autonome sfeer geschapen, die overal op deze planeet waarneembaar is, maar nergens kontakt maakt met de regionale civilisaties waarin de wereldbevolking nog steeds is georganiseerd. 

Mediaal bewustzijn 

"De onstuitbare fascinatie voor de mediasfeer wordt opgeroepen door haar vermogen herkenbare zaken zo weer te geven dat ze absoluut vreemd blijven. Het genot konsekwentieloos te delen in andermans vreugde en ellende roept een euforie op, die zolang duurt als men ingeschakeld is. Zodra men de media de rug toekeert, doemt het bewustzijn van de lokale verplichtingen en vermakelijkheden weer op, zonder ook maar een fraktie te zijn veranderd. Nadat je net girale gevolgen hebt getrokken uit de watersnood in Bangladesh, kun je je vreselijk kwaad maken over de lekkende wasmachine van de buren. Het mondiale bewustzijn dat door de media wordt opgeroepen verlaat nooit z'n mondiale omgeving." 

(...) "Medelijden met hongerend Afrika laat zich moeiteloos kombineren met onbegrip voor eigen landgenoten." "De implosie van kommunistische regimes en Derde-Werelddiktaturen moet ordentelijk verlopen binnen de kaders van de Nieuwe Wereldorde. Want wij zijn niet meer dan toeschouwers. Via de media willen we best op de hoogte blijven van hun omwentelingen, maar verwacht niet dat wij een vinger uitsteken. Hoe meer mediale aandacht voor het Oostblok of het Midden-Oosten, des te groter de mentale verdoving en des te kleiner de kans dat men hier de straat op gaat. De hoge kijkcijfers bij live-konflikten zijn tekenen van een fascinatie voor het vermogen van de moderne kommunikatietechnieken en niet van een betrokkenheid die voortkomt uit een besef dat 'hun strijd onze strijd' is. Uiteindelijk vormen al die bevrijdingsbewegingen een bedreiging voor de situatie alhier. Zowel de vluchtelingen als de goedkope produkten zijn een gevaar voor werk en welzijn van de individuele burger. De voorspelling dat media een mentaliteitsverandering bewerkstelligden was meer dan waar. Media leren ons dat we onze gedragingen niet hoeven te richten op onze direkte omgeving, maar kunnen laten sturen door de aangeboden informatie." 

"De kennis van het bestaan der parallelle werelden van media en klassieke werkelijkheid leert dat alles wat uit de lokale omgeving in de sfeer van de High Tech terechtkomt, al onschadelijk is gemaakt. Anderzijds is duidelijk dat elke positieve aktie op het nivo van de alledaagse werkelijkheid alleen maar leidt tot een versterking van de wil om niets meer te veranderen (het enige politieke element waarop het burgerlijk bewustzijn nog kan worden aangesproken is defensief van karakter: behoud van het sociale zekerheidsstelsel, het reine milieu en de multikulturele samenleving). Tolerantie en onverschilligheid zijn twee uitingen van dezelfde drang om de buitenwereld niet meer te laten doordringen tot het bewustzijnsnivo waarop aan inzichten konsekwenties worden verbonden, informatie is niet langer een wapen, maar een arsenaal waarin we permanent verkeren. 

Antimediale beweging 

Voor wie zich hier niet bij neer wenst te leggen, staan drie wegen open tegen, buiten of in de media. De eerste mogelijkheid is het werkterrein van de anti mediale beweging. "Deze demokratische beweging is ervan overtuigd dat alle informatie desinformatie is en wil de kategorieën lian waarheid en leugen in ere herstellen. Ze wenst een radikale kortsluiting tussen de parallelle werelden om de eenheid van de planeet te herstellen, al is dat maar voor luttele minuten. Ze schakelt met haar antimediale sabotages (Het slopen van de tentakels van het elektriciteitsnet, de ontregeling van telefoon, giromaat, terminals, kamera's en andere werktuigen van de normale repressie) kortstondig de 'media related communications' uit om tijd en ruimte te kreren voor direkte ontmoetingen op plaatselijk nivo. Deze Tijdelijke Autonome zone's dagen de gebeurtenis uit om zich in het hier en nu te ontvouwen, uitgaande van het besef dat een demokratie leeft van werkelijke konflikten, die niet in scene zijn gezet, maar spontaan uitbreken, zonder regieaanwijzingen."  

De antimediale beweging worstelt met de vraag hoe ze de media in het spel kan brengen zonder er zelf deel van te worden. Want, "ook als er onvoorziene gebeurtenissen plaatsvinden en de rel door de straten raast, is het voor de meute een demokratische noodzaak de hele gemeenschap te informeren over aard en verloop van het tumult. Dit verplicht de antimedialen taktieken te verzinnen om op eigengereide wijze de media over te nemen, zodat er geen verwarring wordt gesticht door verdraaide berichtgeving. Het dilemma van elke antimediale strategie dat de media uiteindelijk toch in stand gehouden moeten worden om de demokratie te redden." 

Tegelijkertijd is de antimediale beweging het ultieme item van de media. "De media imploderen door te informeren over de antimediale beweging en deze verdwijnt op haar beurt door blootstelling aan de media." De tweede optie van de buitenmediale handelingen, "gaat ervan uit dat positieve aktiedoelen uiteindelijk defensief uitpakken en het konservatieve klimaat versterken. Voor zover er met een mediale bril doelstellingen te onderscheiden zijn in buiten mediale akties, zijn die volstrekt negatief. Extramediale operaties frustreren mediale aandacht, doordat ze domweg niet te filmen zijn. Zodra media verschijnen, zijn ze weer verdwenen. Wat achterblijft is de lachbui, de verbazing en de paniek. Ze vragen niet om aandacht, maar hebben genoeg aan hun eigen wereld. Anders dan de antimediale beweging zijn ze niet uit op een herstel van de gemeenschap. Daar zitten ze waarschijnlijk allang in, maar zeker kunnen we daar niet van zijn. Vanuit onze mediale optiek verkeren ze ineen onzeker orde, die niet te meten of te bekommentariëren valt. Ze nemen voortdurend andere gedaantes aan om het lot te tarten. Misschien zijn zij het medium van de gebeurtenis." 

Alternatieve media 

Wanneer we als laatste mogelijkheid de mediawerkelijkheid betreden, "is het doel de media van binnenuit uit te hollen door ze op te Iaden met een explosieve thematiek. De betuttelende gedachte dat de burgermedia gekorrigeerd moeten worden met tegeninformatie is losgelaten. De mediamieke aktie ontdoet zich van elke goedbedoelde inhoud en werkt met semiowapens die pure tekens afvuren. Ook als alle intenties van de akties uitgekleed, verdraaid of weggelaten worden, roept ze zulke sterke beelden op dat deze niets van hun zeggingskracht verliezen. 'Onze ideeën kunnen jullie slopen, onze beelden niet'. Deze guerrilla baseert zich op de vooronderstelling dat de mondige burger sowieso niet gelooft wat de media uitkotsen en zijn eigen binnenpretjes heeft bij de getoonde destrukties. Ook negatieve beelden zijn beelden. Ze dringen zich als item aan de media op ten einde een maximale verspreiding te krijgen."  

(...) "Een radikale variant van deze strategie vormt de praktijk van de soevereine media. Deze beschouwt de media niet langer als kanalen om informatie over gebeurtenissen door te seinen, maar als materiaal dat vrijelijk bewerkt kan worden. Zij willen niet binnendringen in recente media maar deze binnenhalen om ze te onderwerpen aan zelfverzonnen regels."  

"Er bestaat een fundamenteel verschil met het koncept van de alternatieve media die na '68 opkwamen, maar ook met dat van de autonome 'eigen media' uit de jaren tachtig. Alternatieve media werkten met het begrip 'tegenopenbaarheid' en spiegelden zich aan de burgerlijke media. Er moest gekorrigeerd en aangevuld worden, De strategie was er op uit het individu zowel bewust te maken van zijn gedrag als van zijn mening. Dit proces zou uiteindelijk af te lezen zijn aan een veranderde publieke opinie. Deze kleine media bezaten geen algemene aanspraken, maar werkten met een positieve variant van het kankermodel, dat ervan uitging dat op lange termijn iedereen, hetzij via, hetzij door de grote media, wel geïnformeerd zou worden over het issue dat werd aangesneden. Dit vooronderstelde een dicht netwerk dat over en door de samenleving was gespannen, zodat het aktivisme van enkelen op den duur een kettingreaktie bij velen los zou maken"  

(...) "Dit 'megafoonmodel' richtte zich in het bijzonder op de links-liberale opinionleaders die geen tijd hadden om informatie te vergaren en argumenten te verzinnen en dit ondankbare werk lieten opknappen door politiek gemotiveerde specialisten. Bewegingen uit de jaren zestig en zeventig hebben op deze wijze thema's als feminisme, derde wereld en milieu een groot bereik gegeven. Professionalisering en marktkonformisme leidde er echter toe dat men overstapte naar de 'echte' media. De laboratoria waar informatie & argumentatie werden uitgetest zijn tegenwoordig een onlosmakelijk onderdeel van het mediafabricageproces, nu de sociale bewegingen net zo virtueel zijn geworden als de media waarin ze figureren. De milieumulti's kampen met de verworvenheid dat ze een adressenbestand van miljoenen zijn geworden en alleen nog in giraal kontakt staan met hun basis." 

Eigen media 

"Radikalen die het aan het eind van de jaren zeventig beu waren nog langer te wachten op de wereldverbetering door de ander, stichtten zogenaamde 'eigen media'"  

(...) "Alhoewel ze voor de onwetende buitenwereld een voortzetting leken van de alternatieve mediabedrijvigheid, lieten ze het kankermodel los en gingen ze, net als de officiële media, zweven. De spiegel van de alternatieve media werd aan diggelen gegooid. Het was zinloos nog langer een appèl te doen op 'the phoneys out there'; er moest gezocht worden naar een andere imaginaire grootheid waarop men zich kon richten: 'de beweging'. Alhoewel alleen lokaal verkrijgbaar, trokken de eigen media zich niets aan van de plaatselijke inperking die de opkomende lokale media zichzelf oplegden. Ze wilden niet langer een alternatieve stadskrant zijn. Zowel kwa vorm als inhoud werden ze transnationaal, net als hun globale tijdsgenoten. Alleen van groei wilden ze niets weten. 

De geniale dilletantie bleek geen kinderziekte, maar een konstituerend element. Als restprodukt van uitgedroogde autonome bewegingen die zo nu en dan weer opvlammen, is hun kontinuïteit en onveranderlijkheid tot op de dag van vandaag adembenemend. Dit valt niet te reduceren tot hun dogmatiek. Ze hebben zich afgewend ven de korte mediatijd en opereren in een eigen tijdruimte-kontinum waaruit ook hun verdwenen bewegingen op een dag weer kunnen opduiken. Deze survivalists huizen in een eigen grot in het mediagebergte en zijn voorlopig niet van plan te voorschijn te komen." 

Soevereine media 

"De ommekeer komt met de soevereine media, Hun zendingen hebben geen publiek meer nodig, ook het eigen niet. Anders dan officiële, alternatieve en eigen media wekken ze geen afstand en onverschilligheid op, maar voeren ze mee in de roes van pure data-extase. Hun doel en legitimatie ligt niet buiten de media zelf, maar in de te realiseren 'totale dekontrole'"  

"Soevereine media verkondigen een politiek die op geen enkele wijze een rol kan of wil spelen in de burgerlijke openbaarheid omdat ze daar van buitenaf tegenaan kijken en die als materiaal beschouwen. Zij hebben alle nog bestaande banden met de werkelijkheid doorgesneden. Ze richten zich niet langer naar de wensen van een kunstmatige doelgroep, zoals de 'eigen' media deden. Ze ontdoen alle informatie van haar belastende taak over iets anders te informeren dan haar eigen sublieme funktioneren. Soevereine media schermen zich af van de hyperculture. Ze zoeken geen aansluiting, maar ontkoppelen"  

(...) "Ze verlaten het mediaoppervlak om als satellieten rond het netwerk te gaan cirkelen. Deze act is een ontkenning van de stelregel: 'ik ben aangesloten, dus ik besta'. Losgekoppeld van iedere zingevende kontekst schakelen ze schoksgewijs over van de ene audio-/videokollektie naar de andere." 

(...) "Alle data uit de wereld vormen afwisselend een gezellig pretpark en een vijf sterren survivaltocht in de paranoïde kategorie, waar op penibele momenten de humor als reddende engel afdaalt om het programma uit het moeras te trekken."  

"Deze mengers-van-huis-uit provoceren niet, maar besmeuren toevallige voorbijgangers met verziekte banaliteiten die zich in al hun vriendelijke nietszeggendheid presenteren. Onontwarbare kluwen van zingeving en ironie maken het voor de geoefende medialezer onmogelijk hier nog pijl op te trekken. Deze negatieve media laten zich positief definiëren en zijn nergens goed voor." 

De wereld na de media 

Maar is de 'werkelijkheid' dan voorgoed verdwenen, definitief opgegaan in een media? Nee dat niet, "ook de media nadert ras haar pointe omega, waar ziel en materie samenvallen en een leegte ontstaat die door een nieuwe geest zal worden opgevuld. Waar God twee millennia en de mens twee eeuwen nodig hadden, zal de media hooguit twee decennia in beslag nemen om van het toneel te verdwijnen" (...) "Nu al worden de media bezichtigd in het museum."  

"Antimediale incidenten nemen met de dag in omvang en frequentie toe, maar worden nauwkeurig buiten de pers gehouden en niet als zodanig herkend." Zo vermeldde geen enkele krant de hieronder beschreven aanval op het publieksonvriendelijke mediagedrag. Nelson Mandela zou vanaf het bordes van de Stadsschouwburg 15.000 toegestroomde Amsterdammers toespreken. "Toen het bericht kwam dat de 'koning van Afrika' het gebouw had betreden, hoopte de (blanke) media zich op rond de microfoon in het midden van het.bordes. De menigte kreeg door dat zij hem niet te zien zouden krijgen en begon te scanderen. 

Spontaan gingen kreten als "kamera's moven!" over in de woedende leus "TV weg ermee!". Deze variant op "ME weg ermee"! stelde de beeldenjagers onverwacht gelijk aan de oproerpolitie. Het diffuse antimediale onbehagen van jaren, bij een publiek (dat een decennium lang gekleineerd was als onbenullig decor of dito konsument, sloeg om in het inzicht dat de media-agenten de rol van de ordetroepen hebben overgenomen om de massa haar gebeurtenis te onthouden."  

"De kijkers hebben er jarenlang van genoten om zich flink te laten afstompen door de televisie, maar ook dat werd vervelend. Het pleidooi voor edukatieve TV met verantwoorde programma's schrikt hen al helemaal af. Door onderzoek bleek dat recentelijk de kijkcijfers van de televisie 'schrikbarend afnemen'. Zelfs de restgroepen die nog een toestel in huis hebben ontkennen dat ze er gebruik van maken. De schroom toe te geven dat men gebruiker is, leidt tot het antwoord dat we van alkoholisten kennen: 'Drinken, ik?'. 'Die paar programma's noem ik geen kijken. 

De media slaan terug 

"Nu de media zich in het nauw gedreven weet, komt ze met een antwoord dat haar gebruikers eens en voorgoed het beeldscherm in moet sucken: cyberspace, 'the medium to end all media'"  

(...) "Cybermedia vormt het eindstation van de globale netwerkgedachte. Ze koerst aan op de voltooiing van het infrastrukturele, onder het dwingende motto: 'één systeem of geen systeem'. Haar droom is alle mediale ruimten onder te brengen in het Huis Cyberspace. Tot nu toe zou de mensheid in kleine kamertjes hebben zitten hobbyen, maar thans doet zich de mogelijkheid voor om het geheel te overzien en alle verbindingen aan te brengen. Voortaan zullen wij moeiteloos van alle radioprogramma's, alle films en databanken, alle archieven en bibliotheken kunnen overwippen op alle mogelijke privégesprekken, teleconferenties en teleshops waar ook ter wereld. 

Het doorzeuren van vroegere werkelijkheden die het projekt van de moderniteit een eeuw lang gefrustreerd hebben, wordt afgekapt door deze eens en voorgoed te vervangen door een nieuw werkelijkheidsprincipe. In cybermedia zijn alle formats van taal, tijd, territoir, identiteiten als sexe, ras of lifestile, milieu, gezondheid en leeftijd, omgezet in de universele 0/1 code. Inloggen betekent overal van alles zijn. Het uit verre voortijden stammende verlangen het sterfelijk lichaam te verlaten wordt gekombineerd met een even oud streven naar een 'herrschaftsfreie' kommunikatieve gemeenschap van pure mensen. De wereldvrede wordt gerealiseerd op een abstraktie nivo waar oorlogje spelen alleen maar achterstand oplopen betekent."  

"De charme van de cybermedia ligt in de naïviteit waarmee ze de wereld benadert. Ze meent dat fascinatie voor kunstmatigheid voldoende is om de werkelijkheid uit doven. De wereld komt verder en verder weg te liggen van de eigen terminal. Dit verontrust de werkelijkheid niet in het geringste. Ze kent de al te menselijke behoefte naar het illusoire en wacht tot ook dit weer voorbij is. Het is evenwel de vraag of de antimediale beweging ook zoveel geduld kan opbrengen." En zo niet dan is er gelukkig nog de mediatheorie. "De mediatheorie is parasitair en wil zijn gastheer leegzuigen. Mediatheorie is fataal voor de media." 

Freek Kallenberg 

Bilwet Media-Archief, uitgeverij Ravijn, Amsterdam.

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1992