Naar archief

UIT: NN #108 van 16 april 1992   

Vluchtelingenbajes symbool voor beleid 

Het Europese en Nederlandse beleid 

De nieuwe grensgevangenis in Amsterdam Zuid-Oost is een logisch uitvloeisel van het gevoerde Europese beleid. Het Europese beleid van 'Fort Europa' dat werkt aan afschrikking van vluchtelingen aan de buitengrens en grotere kontrole op migranten binnen de muren. 

Bij de oprichting van de EEG was het bedrijfsleven een belangrijke motor. Ook bij Europa '92 is dat het geval. Om de konkurrentie met Japan en de Verenigde Staten aan te kunnen moeten de nationale konsumentenmarkten worden uitgebreid tot één Europese. Om deze ekonomische blokvorming mogelijk te maken wordt er gestreefd naar vrij verkeer van kapitaal, goederen en diensten.  

Om de positieve ontwikkelingen voor met name de grotere bedrijven mogelijk te maken zullen er offers gevraagd moeten worden. Deze zullen gevraagd worden aan de individuele Europese burger, maar vooral aan de ontwikkelingslanden en hun burgers. Zo zal de door Europa '92 verdergaande ekonomische blokvorming leiden tot verhoging van de verwerkingstarieven van grondstoffen, terwijl juist ten behoeve van de ontwikkelingslanden een verlaging zou moeten plaatsvinden.  

De gevraagde offers zullen vooral gestalte krijgen door de invulling van de vierde pijler onder Europa '92, het vrije verkeer van personen. In de praktijk dreigt deze vierde pijler namelijk het argument te worden voor afbraak van asielbeleid, migrantenrechten en sociale zekerheid. Harmonisatie op deze punten dreigt in de praktijk plaats te vinden via aanpassing van het nationale niveau/beleid aan het in de EG bestaande laagste niveau. 

Het Europese beleid heeft inmiddels twee verdragen opgeleverd; de Schengen-akkoorden en het Dublin-verdrag. Beide verdragen moeten nog door het parlement geratificeerd worden maar hun geest is al lang doorgedrongen in het Nederlandse vluchtelingenbeleid. Zo is het aantal visumplichtige landen sterk toegenomen, voert de marechaussee bij zogenoemde risikovluchten gate-checks uit en worden vervoersmaatschappijen onder druk gezet om aan de incheck-balie beter te kontroleren.  

Er is een wetsvoorstel in de maak dat maatschappijen zal verplichten om bij het inchecken kopieën te maken van (reis)dokumenten die de gezagvoerder bij aankomst in Nederland dient af te geven aan de marechaussee. In Ghana en Nigeria zal de marechaussee een rol gaan spelen bij het inchecken. Het Schengenakkoord stelt voor boetes uit te delen voor het vervoeren van mensen die niet over de vereiste dokumenten beschikken. Dergelijke maatregelen zijn een direkte aantasting van de 'mogelijkheden' om te vluchten. 

Een volgende stap is de (inmiddels gesloten) gevangenis op Schiphol-Oost, vanaf 6 april vervangen door 'grenshospitium', Schiphol-Noord genoemd. Door als kennelijk ongegrond beoordeelde asielzoekers niet toe te laten tot Nederland maar op te sluiten in afwachting van hun uitzetting, hoopt men potentiële nieuwkomers af te schrikken. 

Binnen het Schengengebied (waar nog slechts in één land asiel gevraagd kan worden, hetgeen gekontroleerd wordt via een vingerafdrukken-databank), is één land verantwoordelijk voor de verwijdering van een afgewezen asielzoeker uit het gehele gebied. Er worden dus maatregelen genomen om uitzetting daadwerkelijk te effektueren. De nieuwe artikelen 17a en 18a Vreemdelingenwet hebben als doel een asielzoeker beschikbaar te houden voor de (uitzettings) procedure op een vaste verblijfsplaats (17a), desnoods op een gesloten plaats (18a). 

Het beoogde wegvallen van de kontroles aan de binnengrenzen wil men kompenseren door een systeem van verscherpte binnenlandse kontrole. In Nederland heeft dat mede geleid tot het voorbereiden van maatregelen die illegalen nog verder zullen terugdringen in de marge van de samenleving en een voorstel voor een legitimatieplicht. 

Omdat binnen het Schengengebied nog slechts één land verantwoordelijk is voor afhandeling van een asielverzoek, heeft toelating door dat ene land gevolgen voor alle landen. Zij zullen er dus bij elkaar op toezien geen ruimere kriteria te hanteren dan zijzelf. Op deze manier worden alle verschillende restriktieve maatregelen kumulatief van toepassing op een vreemdeling die zich aan de buitengrens meldt. 

Je moet vluchten, naar Nederland... 

Om te beginnen moet je hard en duidelijk roepen dat je 'asiel' aanvraagt, anders 'hoort men je niet' en heb je kans linea rekta teruggestuurd te worden. In een snelle, eerste schifting wordt er door een kontaktambtenaar van justitie over je verzoek geoordeeld; het wordt kennelijk gegrond of kennelijk ongegrond verklaard. In het laatste geval verdwijn je op basis van artikel 7a in de grensgevangenis, in het eerste geval ben je niet geheel kansloos, je gaat in ieder geval de procedure in, een uiteindelijke status is slechts voor weinigen weggelegd. 

Nederland gaat er prat op dat het individuele vluchtverhaal veel aandacht krijgt en getoetst wordt. Bij de eerste schreeuw om asiel wordt tegenwoordig ook het zogenoemde rijtje van 'veilige landen' gehanteerd, landen van waaruit Europese landen geen vluchtelingen aksepteren. Dit rijtje is men overeengekomen op de EG-top in Maastricht (eind '91). Ook hanteert Justitie een toptien van landen van waaruit Nederland geen vluchtelingen meer de A- of C-status zal verschaffen, maar slechts een G-status (gedoogd), de zogenoemde Nawijn-landen. 

Zowel de rij van 'veilige landen' als die van de 'Nawijn-landen' worden steeds bijgesteld en aangevuld, maar de kriteria ervoor zijn volkomen onduidelijk en onkontroleerbaar. Bij de 'veilige landen' gaat het om zogenoemde geheime dokumenten, hetgeen door Nawijn onlangs ontkend werd toen er ruchtbaarheid over kwam.  

Dergelijke landen-kategorieën zijn overigens in tegenspraak met het benadrukte individuele toetsingskarakter van ieder asielverzoek. Vluchtelingen zouden veelal 'ekonomische vluchtelingen' zijn. Natuurlijk zijn de begrippen ekonomisch en politiek nauw met elkaar verweven, onderscheid maken tussen die twee is dus een schijnonderscheid. 

Ben je een vluchteling uit de kategorie 'veilige landen', dan heb je pech gehad en wordt je zo mogelijk nog met hetzelfde vliegtuig teruggestuurd, ongeacht de problemen die je bij terugkomst zult krijgen; er wordt verder niet meer naar je omgekeken, het is immers een 'veilig land' waar je vandaan komt. 

Ben je een vluchteling uit de kategorie 'gedoogden', dan kun je tot 3 jaar gedoogd worden, en daarna zonder meer teruggestuurd. Nawijn stelt zelfs voor hen na 2 jaar nog 1 jaar te laten werken in de sektoren waar zich nu de illegale arbeid afspeelt. Ook voor een gedoogdenstatus vage, veranderlijke kriteria. 

De kategorie 'kansvol' wordt vooralsnog doorgelaten tot een OC (Opvang- en Onderzoekscentrum) waar men verdere beoordeling afwacht. 'Kansvol' wil niet zeggen dat je per definitie kans maakt om de A-status te verkrijgen, maar je wordt niet direkt ongegrond verklaard en je mag dus 'Nederland in'.  

Zo'n 90 procent van de vluchtelingen krijgt een negatieve beschikking. Er rest niets dan een herzieningsverzoek, dat meestal gepaard gaat met een kort geding om schorsende werking te verkrijgen, zodat het hele zaakje in Nederland afgewacht kan worden. Veelal krijgt men dit laatste niet, is men dus al wel uitzetbaar, hoewel nog niet uitgeprocedeerd. Uiteindelijk kan men nog in hoger beroep gaan tegen een negatieve beschikking. 

Tijdens de procedure moet je je inderdaad aan allerlei verplichtingen houden, zoals de meldplicht die binnenkort 2 keer per dag wordt, en de artikelen 17a en 18a. Ook kan het zijn dat je restrikties krijgt om je niet buiten de gemeentegrens te begeven. Verder plaatst men omheiningen rond de OC's, en moet de portier-bewaker aan de hand van een magneetpasje bepalen of jij al dan niet uit de poort van het OC mag. Overtreed je één van deze regels dan wordt je gedetineerd. Bovendien geniet geen enkele vluchteling hier te lande het deel van de twijfel. sterker nog, men is bij voorbaat een onbetrouwbaar element, een potentiële onderduiker, dus wat is er dan effektiever in afwachting van uitzetting dan detentie. 

En nu komen we aan het sluitstuk van het restriktieve vreemdelingenbeleid, namelijk uitsluiting uit de maatschappij, opsluiting en uitzetting. Detentie zal vanaf 7 april in het 'Grenshospitium', de vluchtelingengevangenis, plaatsvinden op basis van bovengenoemde artikelen. Ook kan gevangenschap van afgewezen vluchtelingen in politiecellen inmiddels verlengd worden; de ervaring leert dat illegalen soms weken in politiecellen opgesloten zitten, overgeleverd aan de willekeur van justitie; zij hebben recht op een Huis van Bewaring, maar de detentietermijn van hoogstens 4 dagen in politiecellen is sinds kort opgerekt. 

De grensgevangenis zal dus niet alleen gebruikt worden voor bij voorbaat niet tot Nederland toegelaten vluchtelingen, maar ook voor afgewezen, nog niet uitgeprocedeerde vluchtelingen, die wél tot Nederland waren toegelaten. Ook kinderen van vluchtelingen worden zonder meer opgesloten. 

Het gevangen zetten van vluchtelingen heeft een kriminaliserende en stigmatiserende werking, en dat is een kwalijke zaak. Door vluchtelingen op te sluiten, isoleer je ze en sluit je de signalen die zij uitzenden eveneens op. Het is het probleem weer terugplaatsen naar buiten Europa. 

Autonoom axie/info Centrum en Platform Illegale Vluchtelingen    

NEDERLAND IS EEN IMMIGRATIELAND 

De motieven waarmee mensen hun land van herkomst verlaten zijn velerlei. Ze hebben te maken met de schending van politieke, burger- en sociaal-economische mensenrechten. Het afgelopen decennium is het aantal asielzoekers in West-Europa, Nederland toegenomen. Die toename is voor de regering aanleiding om een steeds restrictiever toelatingsbeleid ten aanzien van vluchtelingen te voeren. 

Dat restrictieve beleid wordt beargumenteerd met: 'Nederland is vol', de opvangmogelijkheden zijn beperkt en de kosten worden te hoog, het zou in toenemende mate gaan om 'economische' vluchtelingen. Miskenning van de vluchtmotieven van asielzoekers overheerst. 

Uitzetting wordt gelegitimeerd met overwegingen dat het wel meevalt met de dictatuur (Zaïre), dat oorlog leefbaar is (Libanon), verkrachting of marteling tot het geijkte cultuurpatroon van het land van herkomst hoort (Sri Lanka, Turkije), dat vluchtelingen voor hongersnood (en hongerdood) economische profiteurs zijn (Bangla Desh) enzovoorts. 

Vluchtelingen krijgen steeds meer het stempel van gelukszoeker en worden zo in een marginale positie in de Nederlandse samenleving geplaatst. Gevolg: een negatieve beeldvorming en negatieve tot afwijzende reacties vanuit de bevolking. Het dan geconstateerde verminderde draagvlak van de bevolking zet het gevoerde beleid in een nog hogere versnelling; negatieve spiraalwerking. 

In het regeerakkoord wordt als principieel uitgangspunt met betrekking tot immigratie- allochtonen- en minderhedenbeleid gesteld dat Nederland geen immigratieland Is. De feiten zijn anders. Nederland is een immigratieland, en niet alleen vanwege de gezinshereniging, waardoor er zich thans feitelijk meer mensen in Nederland vestigen dan het land verlaten.  

Nederland, meer in het algemeen West-Europa 's een immigratieland vanwege vele factoren: toenemende welvaartsverschillen, de verbeterde verkeersmogelijkheden en daarenboven de schendingen van mensenrechten, (burger)oorlogen e.d. zijn de belangrijkste migratiebevorderende factoren. Daarnaast is er nog de deels daarmee samenhangende demografische ontwikkeling, die in West-Europa een dalende tendens vertoont en in de arme, verarmende delen van de wereld juist een sterk stijgende. Er zal daarom de komende jaren een blijvende migratiedruk op Nederland, West-Europa blijven bestaan. 

Migratie heeft te maken met de noodzaak tot overleven. Het is een reactie van mensen op de slechte omstandigheden waarin zij leven. Verreweg het grootste deel van de migrerende mensen kan niets anders doen dan letterlijk die slechte omstandigheden ontlopen en zich vestigen in een buurland. Slechts een klein deel kan de verwachting over wat men elders zal aantreffen laten meewegen in de keus waarnaar men zal vertrekken. De in West-Europa, Nederland aanwezige welvaart wekt de verwachting van democratie, vrijheid en een economisch menswaardig bestaan. Die verwachting blijkt als men eenmaal hier is, niet uit te komen. 

Nederland wil iets niet zijn wat het wel is, een immigratieland. Dat leidt automatisch tot een beleid waarin niet serieus uitgegaan kan worden van de motieven waarmee mensen hier komen. Het leidt automatisch tot een beleid waarin wordt gewerkt aan beheersing en afschrikking met alle negatieve gevolgen van dien. 

Men zal moeten erkennen dat Nederland een immigratieland is en vandaaruit beleid moeten ontwikkelen. Een werkelijk humaan vluchtelingenbeleid zal gebaseerd moeten zijn op het oplossen van mondiale tegenstellingen. Als je die tegenstellingen niet oplost mag je niet moeilijk doen over migratie.

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1992