Naar archief

UIT: NN #98 van 28 november 1991  

De slachtingen op oost-timor 

Het Indonesische leger opende 's ochtends op 12 november het vuur op weerloze mensen. Ze herdachten de dood van Sabastiao Gomes, die twee weken eerder door Indonesische soldaten was neergeschoten. Twee dagen later werden gevangen op een vrachtwagen geladen en later aan de rand van hun graf neergeknald. Er zou geprovoceerd zijn, soldaten zouden hun zelfbeheersing hebben verloren, wilden de Indonesische autoriteiten de wereld doen geloven. Leugens, volgens ooggetuigen. Alles wijst op een geplande slachting. De vraag is niet waarom het leger zo optrad, de vraag is waarom de bevolking ondanks de enorme risiko's durft te protesteren. En wat de wereld doet om Indonesië onder druk te zetten en Oost-Timor te bevrijden. 

Amy Goodman is verslaggeefster bij het progressieve Amerikaanse radiostation WBAI. Ze was bij de demonstratie toen het schieten plaatsvond. Ze werd in elkaar geslagen, kon per vliegtuig het land ontvluchten en gaf dezelfde dag, voor ze naar het ziekenhuis ging een radio-interview. 

Amy: "Het Indonesische leger had (op 28 oktober) een jonge man gedood die zijn toevlucht had gezocht in een kerk. Er was een grote stoet, een processie naar het kerkhof voor die begrafenis. Er waren toen, tijdens die demonstratie, duizenden mensen. En behalve dat ze voor hem kwamen eisten ze zelfbeschikking voor Oost-Timor en vertrek van het Indonesische leger. Vandaag was de tweede wekelijkse herdenking van zijn dood. Ze liepen opnieuw van de kerk naar de begraafplaats. Er waren duizenden mensen en er kwamen voortdurend mensen bij. Jonge mensen, oude vrouwen in de traditionele kleding van Oost-Timor, mannen, jongemannen, kleine kinderen; ze liepen allemaal naar het kerkhof. 

"Toen we bij het kerkhof kwamen, verzamelde het Indonesische leger zich op twee plekken. Ik was er samen met de journalist Allan Nairn en we dachten: als we naar voren gaan, waar het leger eraan kwam, kunnen we misschien op de een of andere manier proberen om ingrijpen te voorkomen, omdat ze westerlingen, journalisten, zien die het vastleggen. Ik had mijn bandrecorder bij me en we hadden een camera. Maar toen ze kwamen bood dat absoluut geen bescherming. Ze sloegen me… sleepten me weg... en begonnen me af te tuigen met geweerkolven... en schoppen en vuistslagen. Allan sprong bovenop me en ook hem sloegen ze in elkaar, we moeten nu naar het ziekenhuis. 

"Maar dat was nog het minste dat ze deden. Ze openden het vuur op de mensen. En dat waren volledig weerloze mensen. Ze hadden niets anders bij zich dan een paar spandoeken en de rouwkleren die ze aanhadden voor deze gedode jonge man, Sebastiao. En ze bleven maar schieten. Wat ons betreft, ze sloegen ons in een hoek en zittende op de grond was het enige dat we konden zeggen: 'alsjeblieft, we komen uit Amerika', en ze bleven ons slaan en toen kwamen ze met de geweren naar ons toe. We smeekten alleen maar en zeiden: 'we komen uit Amerika', en ik dacht telkens dat de geweren die naar ons wezen, de M-16's, ook uit Amerika kwamen omdat de Verenigde Staten de wapens leveren voor het Indonesische leger in Oost-Timor. 

"Ik draaide me om, een enorme hoeveelheid geweervuur, en er lagen tientallen mensen op straat. Het hele gebied, het kerkhof en de straat. Toen kwam er een truck waar we in terecht kwamen en we konden tenslotte ergens een schuilplaats vinden. (...) We gingen naar het ziekenhuis. Veel mensen die geopereerd moesten worden lagen gewoon op de grond met kogelwonden. Het was een massaslachting. (...) Wij konden uit het land wegkomen met niets dan de kleren die we aan hadden. Maar de bevolking van Oost-Timor, alsof deze ochtend nog niet gevaarlijk genoeg was, zijn in... dat kan ik me alleen maar proberen voor te stellen. Er zijn tienduizenden soldaten in hun land en ze gaan van huis naar huis. Ze hebben Dili, de hoofdstad van Oost-Timor, omsingeld en het is heel, heel angstaanjagend. De mensen doen een beroep op de Verenigde Naties om tussenbeide te komen. Ze vragen om een vredesmacht, ze vragen op de lange termijn om zelfbeschikking, zodat ze zelf kunnen beslissen hoe ze hun land besturen, maar op dit moment zijn ze in groot gevaar. Deze ochtend was er maar een onderdeeltje van." 

Interviewer: Je zei eerder dat dit de tweede wekelijkse demonstratie was. Had je enig idee waarom het Indonesische leger besloot hier in te grijpen? 

Amy: "Er is daar geen meningsvrijheid, geen vrijheid van vergadering, geen pers. De mensen mochten dit niet. Ik denk dat de echte vraag is wat de mensen aanmoedigde, vooral de jonge mensen, want er zijn zelden demonstraties als deze. Er zou een VN-Portugese delegatie komen. Daarom waren wij er in feite, om te zien hoe het land, hoe de Indonesiërs de Timorezen voorbereidden op de delegatie. (...) Uiteindelijk kwam de Portugese delegatie niet omdat Indonesië bezwaar maakte tegen een van de journalisten die haar vergezelden. En dat sloeg de hoop van de Oosttimorese bevolking voor een groot deel de bodem in. Ze bereidden zich voor op de komst van de delegatie om die in te lichten over de situatie. 

"Dus ik denk dat ze zich wanhopig voelen en dat ze een hulpverzoek aan de wereld richten. Het is dus niet de vraag waarom het Indonesische leger zo optreedt. Dat doen ze als de mensen dit doen. Wat er in feite gebeurt, is dat de mensen zich meer uiten ondanks het grote, grote risiko dat we vandaag zagen - minstens tientallen mensen gedood, misschien veel meer, en misschien gaat het nog steeds door, nu op dit moment op OostTimor." 

Veel van de meer dan honderd vermoorde Timorezen waren kinderen die zich op weg naar de lagere school bij de stoet voegden. Onvoorbereid en verward door de heftige aanval van het leger, was het voor hen veel moeilijker aan het geweervuur te ontsnappen dan volwassenen. 

Voorgeschiedenis 

Het uitstel van het bezoek van de VN-Portugese delegatie was slecht nieuws voor de bevolking van Oost-Timor. Het bezoek zou, net als bij het pausbezoek vorig jaar, de aanleiding kunnen zijn voor een geweldloos protest tegen de Indonesische overheersing. Ter voorbereiding daarop begon het Indonesische leger een campagne om dit de kop in te drukken. Troepen arriveerden vanuit heel Indonesië en legerden zich in vrijwel ieder deel van Oost-Timor in een poging de bevolking via intimidatie te bewegen tot steunbetuiging aan Indonesië. Para-militaire eenheden en doodseskaders versterkten hun aanwezigheid in de straten. Studenten en Timorese bestuurders die werden verdacht van steun aan het verzet in de bergen werden weggestuurd uit Oost-Timor of 'verdwenen' simpelweg. 

Tenslotte drongen op 28 oktober Indonesische troepen de Motael-kerk in Dili binnen, waar Timorese demonstranten voor onafhankelijkheid (sommigen pas 13 jaar oud) al meer dan een jaar hun toevlucht zochten, onder bescherming van bisschop Belo. Tot dan toe was de kerk altijd gerespecteerd door de militaire autoriteiten omdat ze bang waren voor een incident waarbij de Oosttimorese katholieke kerk is betrokken in de maanden voor het bezoek van de delegatie. 

Maar toen het bezoek was uitgesteld voelden de troepen zich kennelijk vrij om hun gang te gaan. Ze forceerden de kerkdeuren en schoten binnen twee mensen neer: Sebastiao Ranel, 18, en Afonso Hendrique, 30. Ze waren allebei ongewapend en hadden deelgenomen aan de frekwente anti-Indonesische protesten. Binnen enkele uren verzamelden zich honderden ongewapende jongeren om de kerk te verdedigen, waardoor meer moorden werden voorkomen. 

Na deze schietpartij werden 20 mensen gearresteerd en meegenomen voor 'ondervraging'. In Indonesië is dat vrijwel synoniem met marteling. Een dag later liepen voor de begrafenis van Sebastiao duizenden mensen, samen met priesters en nonnen, in een processie door de straten van Dili. Twee weken daarna was er 's ochtends vroeg een herdenkingsmis gevolgd door de mars naar de begraafplaats... 

Leugens 

Kennelijk verontrust door de internationale en binnenlandse storm van protest gingen de Indonesische autoriteiten op zoek naar uitvluchten. Het zou een overreaktie van angstige soldaten zijn geweest op provokaties vanuit de demonstratie, er zou een granaat zijn gegooid etc. Bullshit. 

"Het was een goed voorbereide val", zegt Renato Stefani, een Italiaanse missionaris die de afgelopen week in Dill was. "De rouwenden werden door de politie begeleid tot ze het Nova Resende Hotel in het centrum van Dill bereikten. Daar trok de politie zich opeens terug. Plotseling verschenen van alle kanten troepen, die gingen met de rouwenden naar de begraafplaats. Toen enkele honderden mensen naar binnen waren en nog eens honderden samendromden om ook naar binnen te kunnen, opende het leger het vuur gedurende vier of vijf minuten, terwijl ze hun wapens herlaadden als ze leeg waren. Er werden misschien zo'n duizend schoten gelost." 

Een andere ooggetuige, Bob Muntz, Australisch ontwikkelingswerker, weerlegt op een perskonferentie in Melbourne beweringen van Indonesische kant dat een niet-onploffende granaat naar de soldaten was gegooid, dat er vanuit de menigte was geschoten en dat sommige Timorezen wapens bij zich hadden. Muntz was midden in de demonstratie en kon duidelijk zien dat er geen provocerende aktiviteiten waren. Ook andere ooggetuigen, waaronder journalisten en toeristen, bevestigen dat er absoluut niet is geprovoceerd door demonstranten. 

Nieuwe bloedbaden 

Het Indonesische leger probeert inmiddels zoveel mogelijk bewijs op te ruimen en pakt voortdurend mensen op. Timorese bronnen in Australië zeiden op 18 november dat veiligheidstroepen nog steeds huizen doorzoeken in Dili en burgers oppakken die de schietpartij van dinsdag zagen. Een vertegenwoordiger van de bevrijdingsbeweging Fretilin zei in Melbourne dat hij telefonisch bericht had gekregen dat Indonesische troepen getuigen zochten om hen te liquideren voor er een regeringsonderzoek zou starten.  

"Mensen huilden aan de telefoon terwijl ze hulp vroegen van de VN om dit doden te stoppen", zegt Abel Guterres. "De Indonesiërs pakken nog steeds jongeren thuis op, vooral degenen die dicht bij het kerkhof wonen. Ze zijn er werkelijk op uit om iedereen uit de weg te ruimen die de slachting heeft gezien." Ook anderen berichten over nieuwe moordpartijen. Op de dag dat in Dili de massamoord plaatsvond werden ook op andere plaatsen mensen, vooral jongeren, gearresteerd. Van twee waren op 15 november de namen bekend. Ook is bekend dat ze zijn gemarteld. 

De dagen na 12 november is de atmosfeer in veel districten bijzonder gespannen vanwege de uitgebreide aktiviteiten van het leger. Soldaten in Dili arresteren op straat mensen die gewond zijn. Vele gewonden zijn gevlucht en gingen niet naar het ziekenhuis, uit angst te worden opgepakt. De verblijfplaats van bisschop Belo staat onder voortdurende bewaking en hij wordt continu bedreigd. Het is niet duidelijk hoeveel mensen er nog hun toevlucht hebben in zijn woning. Na de massamoord vluchtten minstens 257 mensen naar binnen. 

Tachtig gevangenen, vooral jongeren, worden op 15 december in het district Bemos doodgeschoten, volgens betrouwbare bronnen die voor hun veiligheid anoniem moeten blijven. De 80 gevangenen worden op verschillenden plaatsen in vier trucks geladen en meegenomen naar Bemos. Daarvoor waren ze gedwongen zich helemaal uit te kleden, ze werden geboeid aan handen en voeten en geblinddoekt. In de trucks werden ze bedekt met een groot stuk canvas zodat niemand kon zien wat er werd vervoerd.  

In Bemos worden ze naar de rand van net gegraven kuilen gebracht en met machinegeweren neergeknald. De bezetters hebben veel gevangenen overgebracht naar West-Timor (Indonesisch) om ze te verbergen voor buitenlandse onderzoeksmissies die Oost-Timor nu bezoeken en om ze te onttrekken aan bescherming van het Internationale Rode Kruis. 

Protesten en verzet 

De reakties van de internationale politiek zijn uitgebreid in de pers verschenen. Veroordelingen. Het Europese parlement roept op tot een wapenembargo. In ieder geval Portugal, de VS, Australië, Nederland en het Europese parlement eisen een onafhankelijk onderzoek. Portugal (juridisch nog steeds het gezag op Oost-Timor) roept alle staten en organisaties op om druk uit te oefenen op de Indonesische regering om haar illegale bezetting van Oost-Timor te beëindigen (een bezetting die ook volgens de VN illegaal is maar Oost-Timor heet geen Koeweit). Nederland schort de ontwikkelingssamenwerking op. 

Ook andere akties vinden plaats. Op de eerste plaats komen uit Oost-Timor zelf berichten van een oplaaiende strijd van de bevrijdingsbeweging Fretilin met de bezettingstroepen. In de Australische hoofdstad Canberra begonnen vakbonden vorige week maandag een blokkade van de Indonesische ambassade als protest tegen de moorden. "De hele Indonesische regering is verantwoordelijk voor de slachtpartij", zegt de secretaris van de Canberra Trade and Labour Council, Charles McDonald. De TLC hoopt al goederen en diensten voor het gebouw tegen te houden. 

Op 22 november kwam het bericht dat de Australische Workers Union Indonesische schepen niet toelaat in de haven van Melbourne en aktie zal ondernemen tegen alle schepen die goederen vanuit Indonesië vervoeren. Havenarbeiders die schepen vastleggen stemden vóór een weigering om ieder Indonesisch schip te behandelen. De vakbond heeft gewaarschuwd dat ieder schip dat Indonesische importgoederen vervoert vertragingen van minstens 24 uur kan verwachten. 

AWU-secretaris Bob Smith zei: "We zijn ziek van de slachtpartij op onze Oosttimorese buren. De Indonesiërs hebben niet het recht Oost-Timor te bezetten - als we echt een 'nieuwe wereldorde' hebben, dan moeten de Oosttimorezen onafhankelijkheid hebben. De gewone vakbond sleden willen iets doen aan de situatie van de Oosttimorezen en het is een prima zaak dat deze havenarbeiders de moed hebben om te handelen. Australië importeert jaarlijks voor ongeveer $500 miljoen uit Indonesië - we roepen alle vakbondsleden op om naar protestwegen te zoeken tegen de Indonesische bezetting van Oost-Timor." Waar blijft onze FNV? 

Vandaag, 26 november, berichtte het ANP dat Indonesië dreigt haar ambassadeur terug te trekken uit Australië als de protesten niet ophouden. Pikant detail is dat Australië het enige land ter wereld is dat de bezetting van Oost-Timor officieel heeft geaccepteerd, in 1985. Het heeft met Indonesië een contract afgesloten over de winning van olie voor de kust van Oost-Timor. 

Dinsdag verzamelden zich bij de Nederlandse ambassade in Den Haag ongeveer honderd mensen voor een protest en een herdenking van de slachtoffers. Sprekers waren Jan ter Laak (Pax Christi), de schrijfster Astrid Roemer, Marga Scheepstra (Amnesty International), Josefien Verspaget (2e Kamer PvdA), de heer Princen van het Haagse Vredesplatform, Yvette Lawson (Komitee Indonesië) en de Australische journalist Russell Anderson die getuige was van het bloedbad. Er waren veel bloemen meegebracht die werden neergelegd op een doodskist en na afloop op het grasveld van de ambassade. 

Zoals in de vorige NN al is vermeld is er van 7 tot 14 december, een Oost-Timor campagneweek. Deze week was al gepland voor de recente bloedbaden. Doel was druk uit te oefenen zodat de Oost-Timorese bevolking een plaats krijgt bij de onderhandelingen die al sinds 1983 plaatsvinden tussen Portugal en Indonesië. Er zullen sprekers zijn uit Oost-Timor. O.a. is er op 14 december een debat In Felix Meritis in Amsterdam. De campagne sluit aan bij soortgelijke aktiviteiten in Australië en diverse Europese landen. Ongetwijfeld zal ze nu een andere invulling krijgen, maar hoe is nog niet bekend. 

Kamal Bana Dhaj 

Een van de vele doden bij de eerste schietpartij in Dili was de Nieuwzeelandse student Kamal Bana Dhaj, van Maleisische afkomst, gespecialiseerd in Indonesië, politiek activist voor o.a. Oost-Timor en aanwezig als freelance verslaggever. Een vriend van hem schreef deze persoonlijke reaktie op 14 november: 

'Kamal en Anthony, mijn broeder-aktivisten en vrienden. Zijn ze dood of in leven. Of verbergen ze zich in doodsangst in een Oosttimorees huis? Of liggen ze stijf en koud in een Indonesische mortuarium? WAAROM?? Omdat ze een begrafenis bezochten van iemand die was gedood omdat hij streed voor de vrijheid van Oost-Timor. Onduidelijke berichten bereiken ons en uit kontakt met Kamals vriendin weten we dat Kamal levensgevaarlijk gewond is en misschien een van de 60 tot 100 onschuldige mensen die zijn afgeslacht. 

Ik ken Kamal en Anthony al een aantal jaren. We blokkeerden in Sydney vele schepen met hout uit de regenwouden en zaten samen tegenover de bulldozer. Ze wisten dat ze risiko's liepen door naar Oost-Timor te gaan. Kamal wou dat ik mee ging. Ze moeten hebben geweten dat het riskant was om naar deze begrafenismars te gaan. Ik respecteer hun besluit om door te gaan. Zoals veel aktivisten die besluiten tot handelen en het op te nemen tegen het systeem, de wet, de regering en zelfs het leger, volgden Kamal en Anthony en vele anderen als zij hun hart en lieten zich niet leiden door angst voor represailles of uiteindelijk de dreiging met de dood. 

Ik denk dat ze hun ei en innerlijke waarheid volgden, die voortkwam uit een erkenning van hun eigen macht en levenskracht. Misschien geloofden ze ook dat zelfs als ze uiteindelijk hun leven zouden geven, proberend volgens hun waarheid te leven en rechtvaardigheid op deze planeet te brengen, dat dit voor het hoogste goed zou zijn. Maar een dode persoon kan niet veel zeggen en martelaren zijn zelf stil. Dus ik vraag me af of de afgeslachte rouwenden die hun bloed mengden met de aarde met hun laatste gedachten hebben gedacht: 'wel, ik heb het mijne bijgedragen, nu is het aan iedereen op de wereld die over deze slachting hoort ervoor te zorgen dat dit nooit meer gebeurt en dat onze droom van een bevrijd Oost-Timor na 15 jaar Indonesische bezetting spoedig werkelijkheid wordt'.' 

Boykot Indonesië 

Een oud Sowe-Indiaans gezegde schiet me te binnen "HOOKA HAY". "Het is een goede dag om te sterven". We gaan allemaal dood op een dag dus je kan net zo goed sterven terwijl je iets doet waarin je gelooft. Ik kan het niet helpen dat ik me alleen woedend voel. Hoe durven ze ongewapende vluchtende mannen, vrouwen en kinderen, rouwers, neer te schieten. Hoe durven ze. 

Mijn onmiddellijke reaktie is wraak, geweld en oorlog. Maar waartoe heeft dat ons in het verleden geleid? Meer dood, meer haat, meer lijden. Het is waar, er wordt nog steeds geleden. Maar toch, als we ons allemaal echt organiseren en als we als wereldburgers die staan voor waarheid en rechtvaardigheid echte sancties van onderaf organiseren, een wapenembargo en een boykot van Indonesische goederen en diensten.  

Bijvoorbeeld van het toerisme naar Bali en Indonesische kleding, handwerkprodukten en sieraden. En waarom kunnen we de wereld niet verlossen van deze kwade machten? Ik weet zeker dat we ons alleen maar hoeven te organiseren. Houdt picketlines bij Indonesian Airlines en reisburo's en wijs op alternatieve bestemmingen. Publiceer een lijst van alle goederen uit Indonesië. Hou een picket bij de Indonesische ambassade of de handelsvertegenwoordiging, zorg voor steun en betrokkenheid van onderaf, geef video-informatieavonden in je buurt, etc. We kunnen het. Ik weet dat de doden het gewild zouden hebben.

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1991