Naar archief

UIT: eN LEKKER eN Fris, links-radikaal vakantie magazine (NN #87-88) van 3 juli 1991   

Dorpsrel in nijmegen 

De themacyclus 'Zet eens een po(o)tje binnen' in het Nijmeegse Dagkafé, over de discriminatie van potten en flikkers, is na één weekend afgelast. Deze cyclus zou in juni gehouden worden. Veel mensen zijn in verband met de cyclus benaderd en over het stoppen bestaan nogal wat onduidelijkheden. We hopen met dit stuk duidelijkheid te geven. Dit stuk is geschreven vanuit de visie van het Dagcafé. Sommige mensen zouden het wel eens anders kunnen zien. Het zou fijn zijn als mensen hierop willen reageren. 

We zullen eerst kort uitleggen wat het Dagcafé is. Het Dagcafé is een alternatieve kroeg in de Grote Broek. Behalve kroeg-draaien organiseren we thema-/discussiedagen. 

In mei ontstond het idee om een themadag over discriminatie van potten en flikkers te organiseren. Aangezien dat een veelomvattend thema is besloten we er een themacyclus van te maken. Deze themadagen werden door de Dagcafé-groep globaal ingevuld. Iemand van de Dagcafé-groep vroeg K. om zijn medewerking. Hij heeft een sterke binding met het onderwerp en was erg enthousiast. 

Het leek ons leuk om met iemand van buiten de Dagcafégroep samen te werken. Volgens K. was de cyclus ook geschikt om een integratie van de homobeweging en het alternatieve circuit tot stand te brengen. Ook was de cyclus voor hem een manier om zijn positie als vluchteling uit België onder de aandacht te brengen. Tegelijk kon hij zo contacten in Nijmegen/Nederland te leggen om daarmee een steungroep/collectief op te zetten. 

De eerste keer dat K. bij een vergadering van het Dagcafé was werd er uitvoerig over de cyclus gepraat en de ideeën kwamen goed overeen. We vertelden hem dat we op kleine schaal themadagen organiseren en dat er voor deze cyclus maximaal f 200,- beschikbaar was. 

Na deze eerste vergadering kwam de organisatie van de cyclus in een stroomversnelling. Binnen één week had K. een heel programma voor de cyclus in elkaar gedraaid. Dit bevatte behalve het inhoudelijke gedeelte ook een cultureel gedeelte, onder andere theater, film en dans. K. wilde de cyclus afsluiten met een groot swingfeest. Aan de ene kant vonden wij het fantastisch dat hij er zoveel energie in stopte, aan de andere kant schrok dat ons ook af. 

Geen van ons was bereid zoveel tijd en energie in de organisatie van de cyclus te steken. Daardoor was het in plaats van "onze" cyclus, "zijn" cyclus geworden. Van samenwerken was geen sprake; K. vroeg alleen om onze hulp als het om het opknappen van klusjes ging. Ieder van ons nam individueel de beslissing om zich verder niet intensief met de organisatie van de cyclus bezig te houden. Deze beslissing namen we echter niet als Dagcafé-groep. 

Zo'n drie weken voor de eerste cyclus-dag begonnen de eerste problemen te ontstaan. Het was ons onduidelijk hoe het hele programma betaald zou moeten worden. De f 200,- die wij beschikbaar hadden gesteld zou ver overschreden worden. Hoe ver was toen nog onduidelijk. We waren daar erg bezorgd over, maar K. ging daar niet op in.  

De vergaderingen begonnen steeds vervelender te worden. Als hem directe vragen werden gesteld, draaide hij om het antwoord heen. Uiteindelijk werden we deze gesprekken moe en hadden dan nog geen antwoord. Verder richtte hij vragen vaak niet tot de hele groep maar tot mensen apart, ook buiten de vergaderingen om. Hierdoor bracht hij mensen in een moeilijke situatie. Over wie het organiseerde deed hij tweeslachtig. Als het om klusjes ging sprak hij over collectiviteit en samenwerking, terwijl als het over veranderingen van het programma of over financiën ging het volgens hem zijn programma was. Hij wilde niet samenwerken op momenten dat daar concessies van zijn kant aan verbonden waren. 

Over de financiën kregen we maar geen duidelijkheid. K. had allerlei fondsen aangeschreven en verzekerde ons dat het wel goed zou komen. Toen bleek dat er weinig subsidies kwamen, zei K. dat er wel een garantiesubsidie bij de gemeente te regelen was. Onze ongerustheid nam toe, discussie hierover was niet mogelijk. De financiën waren volgens hem immers niet onze verantwoordelijkheid maar de zijne. 

De donderdag voor eerste themadag bleek dat er ook geen geld van de gemeente zou komen. Pas toen werd ons duidelijk hoeveel kosten er al gemaakt waren en nog gemaakt zouden worden. De totale kosten van het programma bedroegen f 11.000,- en zelfs als alles afgelast zou worden waren de kosten nog f 4.000,-. Ondanks al deze problemen besloten we toch met de cyclus door te gaan. 

Die eerste themadag ging over AIDS en homoseksualiteit. Omdat er alleen 's avonds vijf mensen kwamen opdagen voor het forumgesprek werd de rest van het programma van die dag afgelast. Eén van de redenen voor de lage opkomst was dat de publiciteit te laat gestart was. Verder bleek uit gesprekken met sprekersters/genodigden dat K. hen voornamelijk informatie over zijn persoonlijke zaak had toegestuurd en veel minder over het inhoudelijke gedeelte van de cyclus. 

Na de eerste themadag waren we ervan overtuigd dat de cyclus gestopt moest worden. Ons vertrouwen was weg en de samenwerking liep totaal niet meer. De irritaties namen toe. Het besluit hierover werd uitgesteld tot de eerstvolgende vergadering, de woensdag daarop. Als groep waren we niet sterk genoeg om gelijk na de themadag de cyclus te stoppen: hij kreeg tot die vergadering de tijd om een collectief te vormen dat de verantwoordelijkheid voor de cyclus wilde nemen. 

Twee dagen voor de vergadering weigerden de mensen van Assata om hun infowinkel nog langer door K. als secretariaat te laten gebruiken. Door vergaande irritaties was het voor de mensen van Assata onmogelijk geworden nog langer met hem in één ruimte te werken. Na overleg met mensen van Assata werd op de Dagcafé-vergadering besloten de cyclus te stoppen. Onze opluchting was groot. 

We wilden wel alles goed afronden, wat ons betreft met de medewerking van K. Mensen afbellen, brieven schrijven en proberen tot een financiële afronding te komen. Ook dit verliep problematisch, helemaal toen bleek dat K. gewoon door ging met programmeren zonder dat hij daarvoor een andere ruimte had geregeld. Zijn argument hiervoor was dat hij zich niet neer legde bij ons besluit om de cyclus te stoppen.  

We voelden ons wederom onder druk gezet omdat hij probeerde allerlei mensen naar het programma te laten komen. Wij zouden die mensen dan teleur moeten stellen. Ook maakte hij nog meer onkosten terwijl het al onmogelijk was om de eerder gemaakte kosten te betalen. Het begrip dat we opnieuw voor hem hadden gekregen, gezien zijn moeilijke positie als vluchteling, was weer weg. Helemaal toen bleek dat hij een contract had ondertekend als vertegenwoordiger van Assata, een groep waar hij niets mee te maken heeft.  

Vanwege deze druppel en de hoog opgelopen emoties hebben we besloten K. tot aan de zomer een caféverbod te geven. Het is duidelijk dat we veel eerder in hadden moeten grijpen. We hebben te lang vertrouwen gehad in zijn vermogen om de cyclus te organiseren en we stonden niet sterk genoeg doordat we zelf geen hechte groep vormden. 

Van de andere kant gebruikte hij oneigenlijke argumenten en intimiderende gesprekstechnieken (bijvoorbeeld "Jullie hetero's begrijpen er toch niets van."). Wat ons rest is te proberen alles financieel zo goed mogelijk af te ronden. Toch nog iets positiefs aan het einde van dit stuk: door deze crisis zijn we als Dagcafé een sterkere groep geworden. 

Groetjes Het Dagcafé

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1991