Naar archief

UIT: NN #81 van 4 april 1991    

OLDELFT & CO 

Oldelft heeft de afgelopen jaren een aardige reputatie opgebouwd wat betreft het ontduiken van embargo's en exportbepalingen. Een overzichtje.  

Toen in 1981, na het begin van de eerste Golfoorlog, Irak tot spanningsgebied werd verklaard, waar geen wapens meer aan geleverd mochten worden, had Oldelft net een verdrag tot levering van nachtkijkers ter waarde van 40 miljoen afgesloten. Geen nood: men vroeg gewoon een exportvergunning aan voor levering aan bedrijfjes in de bevriende mogendheden Portugal en Groot-Brittannië, en stuurde vanaf daar de spullen door naar de legers van Saddam Hoessein.

De staat kreeg echter lucht van de zaak en deed in 1983 huiszoeking. In 1987 volgde een proces, waarbij bleek dat het hoofd van de administratie geknoeid had met papieren van de Kamer van Koophandel. Hij voorzag de papieren van de toevoeging: 'In transit to Iraq' nadat deze reeds waren voorzien van de goedkeuringsstempels voor de export. 

Deze brave steunpilaar van de vaderlandse ekonomie kreeg een boete van 3000 gulden. De financieel direkteur van het bedrijf, die toegaf dat er bewust voor sluiproutes was gekozen, werd in eerste instantie vrijgesproken. En wel omdat op de aanvraagformulieren voor exportvergunning werd gesproken over 'land waarheen de goederen gezonden worden' en niet over 'eindbestemming'. In hoger beroep werd Oldelft tenslotte in 1988 toch veroordeeld voor de zending via Engeland tot een boete van 25000 gulden, niet bepaald een rib uit het lijf van dit miljoenenbedrijf. 

De Belgiese route is echter nooit goed uitgezocht. Met reden, zoals verderop zal blijken. Aan het feit dat men ook na de inval van justitie gewoon was doorgegaan met leveren, totdat aan de kontrakt verplichtingen was voldaan werd geen aandacht besteed. Je moet tenslotte niet op alle slakken zout leggen. Of, om met de woorden van officier van justitie De Wit te spreken: "omdat je dan de indruk wekt dat je je gram wilt halen in deze zaak, dat je wraakgierig bent". 

IRAK  

Geld moet rollen en dus werd in 1984 (nog steeds tijdens de eerste Golfoorlog) in het diepste geheim door het ministerie van Defensie toestemming gegeven aan Oldelft om zijn nieuwste defensie-apparatuur te demonstreren op de Trade Fair in Bagdad. Dit nieuwste staaltje was de Samtor, een onbemand verkenningssysteem dat de 'vijand' dag en nacht registreert binnen een straal van 30 kilometer.

Irak was enthousiast en wilde er tientallen kopen. Er moest dus een sluipweg bedacht worden. In eerste instantie werd daarvoor NAVO partner Italië gebruikt. Hoge ambtenaren van EZ waren daar gewoon van op de hoogte, zoals blijkt uit een streng vertrouwelijke direktienota van Oldelft. 

Volgens de nota wensen de ambtenaren echter "niet belast te worden met details over de werkelijke toedracht en samenhang van deze zaken" en "voorts de stellige indruk vestigen het belang van het benutten van zulke afzetkanalen door de Nederlandse industrie in te zien, mits daarvan op diskrete wijze gebruik gemaakt zou worden". 

Helaas maakte ook Italië  op een gegeven moment een eind aan de bevoorrading van Irak. De jongens (en wellicht ook enige meiden) van Oldelft zijn echter niet voor één gat te vangen en zochten de oplossing in België. Dat land interpreteert embargo's nogal vrij, wapens en munitie vallen er wél onder, strategiese goederen niet. Door het opkopen van een klein bijna failliet opties bedrijfje in de buurt van Gent, O.I.P., heeft Oldelft zich voorzien van een eenvoudige achterdeur.  

Overigens meldt een betrokkene van het bedrijf dat het ministerie van EZ Oldelft expliciet op deze konstruktie heeft gewezen, en aan de Ekonomiese Controle Dienst heeft laten weten dat een onderzoek van deze route 'niet geapprecieerd' zou worden. Een boeiend beleid: enerzijds wetten maken om de publieke opinie tevreden te stellen, anderzijds de naleving van de wetten voorkomen. 

ZUID-AFRIKA 

Oldelft heeft nog een andere illustere handelspartner: Zuid-Afrika. Precies één dag voor het van kracht worden van het wapenembargo van de VN in 1977 sloot het dochterbedrijf Delft Electroniese Producten, samen met de Israëliese dochter El-Op, een kontrakt het Zuid-Afrikaanse Barlow-Elektronika concern.  

Het kontrakt betrof licensierechten voor nachtzichtkijker apparatuur, toelevering van nieuwe onderdelen, training van personeel en medewerking aan verdere ontwikkeling van de apparatuur in Zuid Afrika. Zo werd nijver meegewerkt aan de opbouw van de boere-wapenindustrie. 

Pas in 1981 was de Nederlandse wetgeving, altijd al traag in ratificatie van de internationale wetgeving, vooral als dat ekonomies onvoordelig is, zover, dat ook licentie produktie onder het embargo kwam te vallen. Maar toen was het projekt al zover ontwikkeld dat Israël en Zuid-Afrika broederlijk zelfstandig de zaken konden voortzetten. 

Op dit moment lijkt het erop dat er eindelijk, na al die jaren, paal en perk gaat worden gesteld aan de praktijken van Oldelft en zijn vriendjes op het ministerie van EZ. Het bedrijf, dat inmiddels Delft Instruments heet en probeert meer civiele produktie in zijn pakket op te nemen, hoofdzakelijk vanwege het verslechteren van de wapenmarkt, heeft een ernstige misrekening gemaakt. De Nederlandse wapenexportwetten omzeilen mag dan geen probleem zijn, het doorkruizen van het militair beleid van de VS is natuurlijk een onvergeeflijke fout! 

CONCURRENTIE MOTIEVEN  

Wellicht spelen op de achtergrond nog wat ekonomiese motieven mee: de Nederlandse nachtzichtapparatuur hoort bij de beste ter wereld en is in elk geval geavanceerder dan de spullen die de Amerikanen op dit gebied zelf op de markt brengen. Ook voor de Nederlandse regering zijn de leveringen, die tot aan december 1990 doorliepen, een pijnlijke zaak. In de herfst hebben ze Kamervragen over Oldelft nog afgedaan met 'er is niets aan de hand'. 

De Belgiese dochteronderneminng O.I.P., inmiddels voorzien van een geheel Nederlandse direktie en ook deze keer weer betrokken bij de export schijnt overigens de laatste twee jaar gewerkt te hebben aan een geheel eigen produktielijn van nachtzichtkijkers in Irak. 

Maar met al deze winstgevende praktijken is het voorlopig afgelopen. Hoewel overheid en bedrijf met veel gekonkel en gevlei proberen de VS weer wat gunstiger te stemmen, lijkt het einde van de nijvere Delftse wapengrutter in zicht. Nu Melchemie nog, en Franerex en Philips en DAF enzovoorts...

Naar boven
Naar overzicht dit nummer
Naar Jaargang 1991