●
Ravage ●
Archief
● Overzicht
1988 ● Overzicht
#13 UIT: NN #13 van
20 OKTOBER 1988
Op 7 oktober
1988 werd een achttal mensen uit Nijmegen op grond van hun kontakten met het
door justitie gekonstrueerde samenwerkingsverband 'De Mariënburcht' veroordeeld
tot een gevangenisstraf van negen maanden. Het artikel dat tot de veroordeling
leidde is het gevreesde artikel 140. Dat zij zelf daders van misdrijven waren
hoefde volgens het Gerechtshof in Arnhem niet bewezen te worden.
Het feit dat zij
met anderen in vergaderingen gepraat hadden over akties tegen de ontruiming van
de Mariënburcht, de Leegstandswet en de onderdrukking van de zwarte bevolking
in Zuid-Afrika maakte hen medeverantwoordelijk voor akties (misdrijven) die
door derden later en elders gepleegd waren. Lust u nog peultjes?
De
voorgeschiedenis van het proces beschouwen we als bekend. In het eigenlijke
proces was de aanklager er niet in geslaagd de acht aangehouden mensen
veroordeeld te krijgen op grond van artikel 140. Het was niet gelukt aan te
tonen dat er sprake was geweest van een organisatie met criminele doeleinden,
waarvan de acht deel zouden hebben uitgemaakt.
De rechtbank had
de acht via een overigens andere uiterst kromme formulering toch tot een
gevangenisstraf van maanden veroordeeld. In het vonnis heette het dat zij zich
schuldig hadden gemaakt aan 'het medeplegen van medeplichtigheid aan het
medeplegen van een aantal misdrijven' te weten: openlijke geweldpleging, poging
tot doodslag en brandstichting. Acht maanden waarvan vier voorwaardelijk luidde
het vonnis.
Zowel de
veroordeelden als de staat gingen in beroep. De staat met als reden dat artikel
140 zo'n handig kapstokartikel is als je aktiegroepen wilt aanpakken en om
achteraf een enorme afluister- en registratiekampagne van niet verdachte
burgers te legitimeren. De verdachte aktivisten omdat ze vonden dat de staat
geen poot om op te staan had en de afluister- en infiltratieakties afgekeurd
dienden te worden.
Het Gerechtshof in
Arnhem nam 7 oktober niet alleen aan dat de mensen die vergaderd hadden over
akties tegen de ontruiming van de Mariënburcht een organisatie vormden, maar
stelde op onnavolgbare wijze vast dat het hier een 'duurzaam
samenwerkingsverband' betrof. In het vonnis staat namelijk: 'Uit de
bewijsmiddelen leidt het hof voorts af dat het samenwerkingsverband niet
slechts het plegen van een enkel misdrijf in het kader van één enkele actie als
oogmerk had, doch het op deze wijze ageren wilde voortzetten ten dienste van
het verzet tegen de leegstandswet, onderdrukking van de zwarte bevolking in
Zuld-Afrika en nog een reeks andere zaken, in verband waarmede meerdere
objecten als doelwit werden aangemerkt.'
Volgens het hof
was artikel 140 van toepassing omdat er sprake was van een organisatie.
Argumenten die het daarvoor aanvoert zijn:
– er werd
vergaderd (wekelijks), er werden besluiten genomen;
– van de
vergadering vond verslaglegging plaats;
– er werd een
werkverdeling gemaakt, binnen- buitengroep, contact- en persgroep en een
EHBO-post werden geformeerd;
– er werden
posters en pamfletten geredigeerd en interviews gegeven;
– er werd
georganiseerd dat er een actiepot kwam;
– mensen ook uit
andere steden werden gemobiliseerd (in taal van het hof heet dat 'de werving
werd opgezet van handlangers onder sympathisanten in andere plaatsen').
Deze 'organisatie'
had kriminele doeleinden want 'het geproclameerde verzet impliceerde het plegen
van misdrijven, met gebruikmaking van onder meer rookbommen, verfbommen,
barricademateriaal en brandende autobanden', schrijft het hof in haar overwegingen
voor het vonnis.
We beschrijven
hier zo uitvoerig wat de redenering van het Arnhemse hof was om te laten zien
hoe je met artikel 140 gepakt kunt worden. En dat niet alleen tijdens een aktie
maar ook, zoals met de veroordeelde Nijmeegse mensen, maanden nadien. Door de
konstruktie van de veroordeling kan artikel 140 ingezet worden tegen vrijwel
elke aktievorm die verder gaat dan achter politiepaarden aan demonstreren of
handtekeningen ophalen. Maar niet alleen aktie voeren wordt riskanter, ook over
voorbereiding van akties praten, uitspraken tegen de media over akties kunnen
aangemerkt gaan worden als uitlokken.
De advokaten van
de Nijmegenaarsters gaan tegen de uitspraak in beroep omdat zij zich zorgen
maken over de konsekwenties van het vonnis. Namens de advokaten formuleert Ties
Prakken dit als: "De gezamenlijke advokaten zijn verontwaardigd over de
wijze waarop deelnemers aan politieke protest-vergaderingen om die reden
verantwoordelijk worden gesteld voor alles wat zich heeft afgespeeld ver buiten
de invloedssfeer van de deelnemers aan dat overleg. Zij maken zich zorgen over
de rijkweidte van deze beslissing die in principe alle politieke
protest-vergaderingen en alle aktie-overleg binnen de sfeer van het strafrecht
en dus binnen de sfeer van de opsporing brengt, wanneer later bij akties door
anderen geweld wordt gebruikt. Deze uitspraak kriminaliseert zelfs de diskussie
over aktie en aktie-methodes en is daarom een bedreiging van de elementaire
politieke vrijheden."
De advokaten gaan
in beroep bij de Hoge Raad (in cassatie heet dat). Zolang die uitspraak er niet
is heeft justitie met artikel 140 vrij spel. Reden voor paranoia is er niet,
want elke aktie aanpakken met een wetsartikel leidt tot inflatie. Reden tot
voorzichtigheid is er wel, maar was er altijd al. Reden om de diskussie over
het Arnhemse vonnis met andere aktievoerders te openen en op konsekwenties voor
hun mogelijkheden te wijzen is er volop. En het moet al vreemd lopen willen er
niet een aantal gerespecteerde juristen tegen 140 of de Arnhemse interpretatie
ervan in het geweer te brengen zijn.
Om het offensief
te openen zou het goed zijn als de plannen die in Nijmegen bestaan om met een
speciale publikatie over artikel 140 te komen, uitgevoerd worden. Het lijkt wel
zaak de diskussie niet te beperken tot konsekwenties voor 'de beweging'. Ook
gevestigde groepen als vakbonden, anti-apartheidsbeweging, Greenpeace of
Milieudefensie kunnen aangepakt worden als tijdens akties waartoe zij oproepen
wat met agentjes wordt gestoeid. Dat de overheid tot processen tegen
aktievergaderingen van bonden of milieuorganisaties overgaat is natuurlijk zeer
onwaarschijnlijk, maar het kán wel. En met dat uitgangspunt moet het verzet
tegen 140 heel breed kunnen worden.
Erik
|
||