●
Ravage ●
Archief
● Overzicht
1988 ● Overzicht
#7 UIT: NN #7 van 4 AUGUSTUS 1988
Op de komende 6 paginaas besteedt NN aandacht aan het komende proces van de nog als enige vast zittende zgn. RaRa-verdachte. een korte voorgeschiedenis, een samenvatting van het pleidooi van advokaat Bakker Schut, een samenvatting van een Utrechtse diskussie over Europese eenheidsvorming en een bespreking van de net uitgekomen brochure die is samengesteld ter inleiding van de manifestatie volgende week in Paradiso. De dag dat René, de laatste nog vast zittende RaRa-verdachte, op z'n proces op 10 augustus wordt voorgeleid, zit hij ondertussen al 122 dagen in voorarrest. René werd, samen met nog 7 anderen, op maandagmorgen 11 april 1988 van z'n bed gelicht. In totaal tien woningen werden door de politie met een bezoekje vereerd. Deze 'inval-operatie' was het resultaat van de aktiviteiten van het Landelijk Coördinatie Team (LCT), begin '87 opgericht om het groeiend politiek verzet een grens te stellen. Met name naar aanleiding van de aanvallen op de MAKRO en de akties rond de Mariënburcht in Nijmegen. De operatie was groots opgezet; een inzet van 150 smerissen (uit het LCT en de verschillende korpsen) en gelijk vette koppen in de pers: 'RARA opgerold', 'RARA uit de anonimiteit gehaald' enz. In eerste instantie werd geprobeerd de arrestanten zo'n beetje alle militante akties van de laatste 5 jaar in de schoenen te schuiven: de inbraak in het Marokkaanse Consulaat in '84 te Amsterdam, de aktie tegen het Van Heutzmonument in '84 te Amsterdam, de aanval op de villa van oliehandelaar Deuss in '85 te Berg en Dal, alle akties van RaRa gedurende de periode '85-' 87, de aanslag op de PTT-schotelantenne en het gebouw van NOC in '86 tot aan de aanval op de ELBA-drukkerij begin dit jaar te Schiedam. Intimiderende verhoren Al snel was de waanzinnig grote ophef rond de invallen en daarmee gepaard gaande arrestaties enigszins geluwd. Vier dagen na de operatie werden de eerste vijf mensen vrij gelaten wegens 'gebrek aan bewijs'. De volgende twee kwamen op 21 april vrij; ook voor hen was er niet voldoende bewijs voorhanden om hun voorarrest te kunnen verlengen. René bleef als laatste over en zit nu al bijna 4 maanden in voorarrest. Alle arrestanten zijn vanaf de eerste dag van arrestatie uiterst intimiderend verhoord, merendeels kontinu de hele dag, soms ook 's avonds. Iedere arrestant kreeg een eigen verhoor koppel, allemaal politiemensen van het LCT. En ondanks dat alle arrestanten zich vanaf het begin beroepen hebben op hun zwijgrecht werden zij dagenlang verhoord en onder druk gezet. Dat waren vooropgezette en konstant doorgevoerde methodieken met als doel de verdachten psychies te breken. Daarbij is het opsporingsteam uitermate intimiderend, beledigend en onbeschoft te werk gegaan. Een voorbeeld van zo'n psychiese intimidatie van een arrestante: "Je hebt niets van je leven gemaakt. Je bent één brok frustratie. Wij denken dat 't tijd wordt voor opname in 't Pieter Baan Centrum. Je hebt je ouder worden niet verwerkt. Je bent een soort tante Bet. Je kunt allang niet meer mee. Daarom moet je jezelf bewijzen." En soms begonnen ze te schreeuwen: "Geef toch een reaktie. Ga toch huilen. Ga toch schreeuwen. Kijk ons in ieder geval even aan, maar dat durf je niet want anders ben je gebroken. En dan zou je gaan praten. Je bent een verwend en eigenwijs kind. Dat was je vroeger al. Als je een nieuwe pop wilde dan kreeg je er een." En vervolgens: "Moet je jezelf nu eens zien. je bent een zielig klein vogeltje. Je bent helemaal niets. Je bent een oud wijf. Zelfs als je hier uit zult komen dan ben je niemand meer. We blijven je altijd achtervolgen. Van nu af aan zijn wij je schaduw." Na de vrijlating van de zeven arrestanten, heeft René als de laatste vast zittende verdachte een kort geding aangespannen tegen het verhoorgeweld. Met positief resultaat: Op 16 mei sprak rechter Asscher zich uit tegen het verhoren van René zonder uitdrukkelijke toestemming van de rechter-commissaris. Sinds deze uitspraak is hij min of meer met rust gelaten. Eis: vrijlating Op vrijdag 22 juli vond de pro-forma zitting tegen René plaats. Deze pro-forma zitting was nodig omdat het voorarrest niet langer dan 106 dagen mag duren. Door zo'n pro-forma zitting wordt het voorarrest verlengd. De advokaat van René, Pieter Bakker Schut, eiste tijdens deze zitting de onmiddellijke vrijlating van z'n kliënt voor de Amsterdamse rechtbank. De rechter ging, na het pleidooi van Bakker Schut, niet op deze eis in. René zou vast blijven zitten tot aan z'n proces op 10 augustus. Uit het betoog van Bakker Schut bleek dat justitie vooral technische bewijzen tegen René heeft verzameld. Dat zijn vingerafdrukken op een tijdontsteking van een brandbom waarmee gepoogd is brand te stichten bij de drukkerij ELBA, wat aankoopbonnen van een Tandy-elektronikazaak en wat verfdeeltjes, aangetroffen op een brandbom. Deze verfdeeltjes zouden afkomstig zijn van een huistafel van René. Bakker Schut beschikt voor wat betreft de zgn. Tandy-connectie over een deskundigenrapport van een elektronisch ingenieur, waarin o.a. korte metten worden gemaakt met alle konklusies en suggesties van het LCT op basis van de bij de verschillende (pogingen tot) brandaanslagen gevonden materialen en de in de woning van kliënt aangetroffen materialen, aankoopbonnen en literatuur. Over die aangetroffen verfdeeltjes op een brandbom, die afkomstig zouden zijn van een tafel van René, het volgende. Deze tafel heeft slechts enkele maanden in de kamer van René gestaan. Daarvoor werd ie als gemeenschappelijke tafel gebruikt door medebewoners/sters. Deze ruimte werd tevens regelmatig bezocht door niet-bewoners/sters (vele sleutels zijn/waren van het pand in omloop). Op de zitting van 10 augustus zullen enige getuigen dit bevestigen. Verder betoogde Bakker Schut dat aan géén van de tijdens de huiszoeking in beslag genomen goederen enige waarde mag worden gehecht. Deze huiszoeking werd namelijk op onwettige wijze uitgevoerd, zodat het bewijsmateriaal onrechtmatig is verkregen en derhalve niet kan meewerken tot bewijs. Dit omdat de rechter-commissaris vrijwel niet bij de huiszoeking aanwezig was. Bij huiszoekingen is het wettelijk verplicht dat een rechter-commissaris kontinu aanwezig is. Medeplichtigheid in... René wordt ervan verdacht medeplichtig te zijn geweest in de volgende zaken: ELBA, Van Heutz, MAKRO Duivendrecht, MAKRO Duiven, Shell Alphen a/d Rijn, Shell Nieuwegein en Shell Postjesweg. Zaak ELBA 24-1-88: Hier berust de verdenking van medeplichtigheid op 2 feiten; aankoop van jerrycans en gevonden vingerafdrukken. De verklaring van een pompbediende rommelt aan alle kanten. Deze anonieme man heeft verklaard dat hij René herkend zou hebben op 15 januari dit jaar tijdens het kopen van drie jerrycans bij een benzinestation aan de Amsterdamse Sarphatistraat. Verderop in hetzelfde LCT-dossier staat beschreven dat de desbetreffende pompbediende werkt in een filiaal aan de Marnixstraat, dit terwijl gebleken is dat de bewuste jerrycan nu juist niet in de Marnixstraat gekocht is (vanwege de prijsstikker). Or grond van onderzoek, gedaan door het gerechtelijk laboratorium en de onderafdeling Dactyloscopie van de CRID, wordt gekonkludeerd dat zich enkele vingerafdrukken van René en van anderen bevonden op enkele plaatsen van een tijdmechanisme van een brandbom. Dit houdt niet in dat René vanzelfsprekend medeplichtig is aan poging tot brandstichting in de ELBA-drukkerij. Het is binnen de elektronika-hobbyistenwereld gebruikelijk dat men elkaars konstrukties 'keurend' door hun handen laten gaan. Zelfs indien op grond van vingerafdrukken zou worden aangenomen dat René betrokken is geweest bij de konstruktie van de tijdschakeling, kan alleen daaruit op geen enkele wijze worden afgeleid dat hij de opzet zou hebben gehad op het gebruik van die tijdschakeling bij een brandaanslag. Een tijdschakeling zou ook gemaakt kunnen worden ten behoeve van civiele toepassingen. Zaak Monument Van Heutz 11-9-84: Men baseert René's betrokkenheid bij de poging van het opblazen van dit monument op telefoongesprekken. Men heeft 'een belangrijke mate van overeenkomst' tussen de telefonische stem van René aangetroffen met betrekking tot de telefonische stem van degene, die voor de ontploffing waarschuwde. De laatste stem zou de BVD als de stem van René hebben herkend 3,5 jaar na dato. Vervolgens wordt Scotland Yard aan het werk gezet omdat dergelijke overeenkomsten in Nederland niet zouden zijn te bewijzen, volgens de Officier van Justitie. Vervolgens komt dr. French van Scotland Yard met een 2 paginaas tellend rapportje, waarin hij enerzijds een 'belangrijke mate van overeenkomst' poneert maar welk rapport anderzijds bol staat van de voorbehouden. De onderzoeker kan derhalve geen volledige analyse maken en dus -impliciet- dat het hier niet gaat om een 'steekhoudende identifikatieverklaring'. De 'belangrijke mate van overeenkomst' blijkt derhalve slechts betrekking te hebben op een beperkt aantal komponenten van een goede stemvergelijking. Zaak MAKRO Duivendrecht 18-1286: Ten aanzien van deze zaak levert de grootst mogelijke kriminalistische fantasie zelfs geen 'redelijk vermoeden', laat staan 'ernstige bezwaren' op. Een en ander is slechts anders als men daarvoor genoegzaam acht de door de BVD gereleveerde 'cryptische uitlatingen en conspiratieve gedragingen', zoals deze ook ten aanzien van de overige arrestanten terecht ter zijde zijn gelegd. In verband met het met betrekking tot de huiszoeking naar voren gehaalde bij de ELBA-zaak, hoeft verder geen aandacht meer besteed te worden aan de mistige konstrukties op grond van de beweerdelijke Tandy-konnektie en mysterieuze verfdeeltjes. Zaak MAKRO Duiven 18-12-86: Idem als vorige zaak. Zaak Shell Alphen a/d Rijn 266-87: Idem als vorige 2 zaken. Zaak Shell Nieuwegein 19-6-87: Idem als vorige drie zaken. Zaak Shell Postjesweg 7-3-88: In deze zaak is geen sprake geweest van openlijke geweldpleging maar hooguit van vernieling, c.q. diefstal. Daarom ook hier: onmiddellijke invrijheidstelling. Anti-racistische wapenfeiten MAKRO Duiven 18-12-86: Brandstichting door RaRa. Het filiaal fikte tot de grond toe af. De schade werd geschat op 49 miljoen gulden. Shell Alphen a/d Rijn 26-6-87: RaRa claimt de brandstichting bij deze Shell-dochter Boot Olie in Alphen a/d Rijn. De schade was 550 duizend gulden. De aktie werd ondernomen vanwege Shell's ondersteuning van het racistische regime in Zuid-Afrika. Shell Amsterdam 7-3-88: Op de Postjesweg werd 1 van de 38 Shell-pompen gesaboteerd. In het hele land werden die nacht akties gevoerd. U begrijpt inmiddels wel waarom. Shell Nieuwegein 19-6-87: De schade bedroeg 35 duizend gulden. RaRa eiste de verantwoordelijkheid op voor deze anti-racistische aktie. ELBA 24-1-88: Mislukte brandstichting door het 'Revolutionair Commando No Pasaran' bij de ELBA-drukkerij in Schiedam. Bij ELBA wordt het nieuwe Europese Paspoort gedrukt. No Pasaran verklaarde onder meer dat 'de invoering van het nieuwe paspoort een verscherping betekent van de repressieve funktie van de staat.' MAKRO Duivendecht 18-12-86: Brandstichting in de net gebouwde MAKRO-vestiging in Duivendrecht. Werd vroegtijdig ontdekt door over werkend personeel. Daardoor 'slechts' 100.000 gulden schade. De brand werd gesticht door de Radikale Anti Racistische Aktie (RaRa) groep uit protest tegen de MAKRO in Zuid-Afrika. Van Heutz monument 11-09-84: Mislukte 'opblaasaktie' van dit oorlogsmonument op het Amsterdamse Olympiaplein. Van Heutz was als militair gezagshebber verantwoordelijk voor grootschalige moordpartijen in Indonesië in het verleden. De aktie werd opgedragen aan alle totaalweigeraars.
|
|||